Image
15694390430_20f5d548c3_b
Van Gaza tot Ferguson: 'Als ik hen zie, zie ik ons'
Dossier
20 minuten

De eenheid en solidariteit tussen zwarten en Palestijnen bevindt zich op een absoluut hoogtepunt in de Verenigde Staten omdat beide volkeren zich realiseren dat de racistische aard van de Amerikaanse regering en de racistische aard van Israël detzelfde zijn.

De eenheid en solidariteit tussen zwarten en Palestijnen bevindt zich op een absoluut hoogtepunt in de Verenigde Staten omdat beide volkeren zich realiseren dat de racistische aard van de Amerikaanse regering en de racistische aard van Israël detzelfde zijn. Toen ik die blanke racisten zag marcheren in Virginia, kon ik alleen maar denken aan de blanke kolonisten in Israël die Palestijnse kinderen doden of die oprukken om mijn volk aan te vallen in Jeruzalem’, observeert Rasmea Odeh.

Van Assata Shakur tot Rasmea Odeh

Op 12 augustus 2017 kwamen meer dan 1200 mensen samen in Chicago om Rasmea Odeh een hart onder de riem te steken. Deze Palestijns-Amerikaanse gemeenschapsactiviste werd gedeporteerd, de VS-regering wil immers de strijd voor sociale rechtvaardigheid en de steun voor Palestijnse vrijheid onderdrukken.

Tijdens de bijeenkomst prees Angela Davis het levenslange engagement van Rasmea Odeh voor de revolutionaire strijd tegen racisme, zionisme en imperialisme. Een week later stond Kristian Davis Bailey, een in Detroit gevestigde activist bij het Black4Palestine-netwerk, voor het gerechtsgebouw waar Rasmea veroordeeld zou worden, met banners waarop stond: ‘From Assata to Rasmea, We Fight for Freedom/Hurriya.’

‘Decennialang hebben Rasmea en het Arab American Action Network nauw samengewerkt met zwarte bevrijdingsbewegingen’

Deze momenten benadrukken de eenheid tussen zwarten en Palestijnen die door Rasmea gehuldigd werd in haar laatste, aan het begin van dit artikel geciteerde verklaring voor de rechtbank.

Decennialang hebben Rasmea en het Arab American Action Network nauw samengewerkt met zwarte bevrijdingsbewegingen, waaronder de Chicago Alliance Against Racist and Political Repression. Voortbouwend op deze en andere historische connecties, hebben de bewegingen voor zwarte en Palestijnse bevrijding de banden van solidariteit tijdens de afgelopen drie decennia verder aangehaald.

Raciaal kapitalisme in de Verenigde Staten, Europa en Israël

Twee recente boeken bieden krachtige getuigenissen van het feit dat de zwarte-Palestijnse solidariteit diepe wortels heeft in de transnationale strijd voor bevrijding. In Geographies of Liberation: The Making of an Afro-Arab Political Imaginary brengt Alex Lubin een lange geschiedenis van zwart-Amerikaans politiek engagement ten opzichte van de Palestijnse kwestie.

‘Sinds het einde van de 19de eeuw werden de visies van de zwarte diaspora over een terugkeer naar het Afrikaanse thuisland beïnvloed door de idee van joodse emancipatie via het zionisme’

Sinds het einde van de 19de eeuw werden de visies van de zwarte diaspora over een terugkeer naar het Afrikaanse thuisland beïnvloed door de idee van joodse emancipatie via het zionisme.

Lubin toont aan dat zwarte schrijvers, activisten en organisatoren meer dan een eeuw politieke denkbeelden hebben gevormd, manieren om het heden te conceptualiseren en de toekomst te visualiseren, aan de hand van vergelijkingen en connecties tussen vormen van raciaal kapitalisme in de Verenigde Staten, Europa en Palestina/Israël.

Tijdens de jaren 1960 en 1970 bijvoorbeeld behelsde de Black Panther Partij een politiek van ‘intercommunalisme.’ Ze argumenteerde dat zowel de Palestijnse strijd voor nationale bevrijding als de zwarte vrijheidsbeweging hetzelfde globale systeem van Amerikaans imperialisme viseerden. Lubin stelt dat zwarte-Palestijnse solidariteit recenter terug is opgedoken in een context die bepaald wordt door neoliberalisme en securitisatie.

Zionisme vorm van racisme

Keith Feldman breidt deze analyse verder uit in zijn nieuwe boek A Shadow Over Palestine: The Imperial Life of Race in America. Daarin betoogt hij dat de strijd voor raciale rechtvaardigheid in de Verenigde Staten vanaf de late jaren 1960 tot het midden van de jaren 1980 enorm gevormd werd door gecontesteerde interpretaties van de politieke situatie in Palestina/Israël.

‘De strijd voor raciale rechtvaardigheid in de Verenigde Staten deceinnialang gevormd werd door gecontesteerde interpretaties van de politieke situatie in Palestina/Israël’

Feldman focust op de rol van culturele producenten die deze debatten beïnvloed hebben. Bijvoorbeeld, tijdens de besprekingen over VN-resolutie 3379 van 1975, die bepaalt dat het zionisme een vorm van racisme is, was de Amerikaanse ambassadeur bij de VN Daniel Patrick Moynihan. Moynihan staat gekend in de VS voor zijn standpunt dat armoede in zwarte gemeenschappen het product is van een pathologische cultuur gebaseerd op matriarchale familiestructuren.

Bij de VN verzette Moynihan zich tegen sterke kritieken op het Israëlische racistische nederzettingenkolonialisme geformuleerd door het Palestine Research Center (PRC), onder meer vergelijkingen tussen Israël en Zuid-Afrika.

Insisterend dat Israël een bastion van vrijheid was, verwierp Moynihan de analyse van de PRC als een antisemitisch instrument van totalitair communisme. Maar de PRC-analyse kreeg de bovenhand en de Algemene Vergadering van de VN keurde Resolutie 3379 goed.

Schadevergoeding voor slavernij en apartheid

Belangrijk is dat Feldman en Lubin beiden hun boeken afsluiten met de discussies op de Wereld Conferentie Tegen Racisme (WCAR) in 2001 in Durban, Zuid-Afrika. Twee van de belangrijkste debatten op de WCAR focusten op schadevergoeding voor de trans-Atlantische slavenhandel en op Israël als een racistische apartheidsstaat. De Verenigde Staten en Israël ondermijnden het officiële WCAR-forum door hun delegaties terug te trekken uit protest tegen de discussies over slavernij en apartheid.

‘Uit protest tegen de discussies over slavernij en apartheid trokken de VS en Israël hun delegaties terug uit het WCAR-forum’

Maar het parallelle onofficiële NGO-forum, dat bijgewoond werd door duizenden vertegenwoordigers van de sociale middenveld uit de hele wereld, produceerde een krachtig rapport dat Israël veroordeelde als een racistische apartheidsstaat en dat uitgebreide schadeloosstellingen eiste voor de slavenhandel.

Tijdens de conferentie marcheerden tienduizenden zwarte Zuid-Afrikanen door de straten van Durban om hun solidariteit te betuigen met de Palestijnen, zwarte Amerikanen en andere volkeren die vechten tegen racisme, discriminatie, xenofobie, en genocide.

De WCAR was een belangrijk moment in de voortdurende inspanningen om transnationale politieke denkbeelden en bewegingen te creëren die de strijd tegen racisme in Palestina, de Verenigde Staten, Zuid-Afrika en over de hele wereld met elkaar verbindt.

Overleven van Palestina tot Ferguson

Een ander sleutelmoment voor de zwarte-Palestijnse solidariteit vond plaats in de zomer van 2014. In juli lanceerde Israël een zeven weken durende aanval op de Gazastrook waarbij meer dan 2100 Palestijnen gedood werden en 10.000 anderen gewond geraakten. Op 9 augustus, terwijl Israël Gaza aan het bombarderen was schoot agent Darren Wilson de ongewapende zwarte jongere Michael Brown dood in de straten van Ferguson, Missouri.

‘Tijdens de betogingen in Ferguson plaatsten Palestijnen foto’s op de sociale media met instructies over wat te doen bij het inhaleren van traangas’

Verontwaardigd over het herhaaldelijk doden van zwarten door de politie in de Verenigde Staten, trokken demonstranten de straat op in Ferguson. Het verzet verspreidde zich snel naar Baltimore, Chicago en andere steden waar de devaluatie van zwarte levens zich continu manifesteert.

In een gezamenlijke verklaring omschreven zwarte en Palestijnse activisten dit moment. ‘In het kader van de weerbaarheid tegen de genadeloze kant van staatsgeweld droegen de demonstranten in Ferguson spandoeken waarop ze hun solidariteit betuigden met het Palestijnse volk.

Op hun beurt plaatsten Palestijnen foto’s op de sociale media met instructies over wat te doen bij het inhaleren van traangas. Daaruit groeide organisch een analyse over de overeenkomsten, maar niet over de totale overeenkomstigheid, van het zwarte en Palestijnse leven, en meer bepaald van hun overleving.

Als ik hen zie, zie ik ons

De afgelopen drie jaar hebben activisten, kunstenaars en opleiders de banden tussen de strijd voor zwarte bevrijding en de strijd voor Palestijnse bevrijding nieuw leven ingeblazen. In augustus 2015 brachten meer dan 1000 zwarte organisatoren, activisten, academici en artiesten de Black Solidarity Statement uit, een verklaring van solidariteit met Palestina. Bijna 50 grassroots organisaties onderschreven de verklaring, waaronder de Dream Defenders, de Malcolm X Grassroots Movement, Assata’s Daughters en de James and Grace Lee Boggs Center.

Hetzelfde jaar kwamen meer dan 60 zwarte en Palestijnse activisten bij elkaar om de video When I See Them, I See Us te produceren. In deze krachtige video waarin de wederzijdse solidariteit verklaard wordt tussen de zwarte en Palestijnse bevrijding, verschijnen toegewijde vrijheidsstrijders zoals Angela Davis, Rasmea Odeh, Omar Barghouti, Cornel West, Rafeef Ziadeh, Robin D.G. Kelley, Linda Sarsour en Kristian Davis Bailey.

In augustus 2016, bracht de Movement for Black Lives (M4BL), een collectief van meer dan 50 grassroots organisaties dat zwarten over heel de Verenigde Staten vertegenwoordigt, een gedetailleerd platform uit waarin eisen voor politieke, economische en sociale transformatie worden gesteld.

‘Naast oproepen voor gemeenschapscontrole, schadeloosstelling en het einde van de oorlog tegen zwarten, eist M4BL de desinvestering uit gevangenissen en de investering in onderwijs, gezondheid en de veiligheid van zwarte gemeenschappen’

Naast oproepen voor gemeenschapscontrole, politieke macht en economische rechtvaardigheid, schadeloosstelling en een einde aan de oorlog tegen zwarten, eist het M4BL-platform de desinvestering uit gevangenissen, politie en het leger, en de investering in onderwijs, gezondheid en de veiligheid van zwarte gemeenschappen.

Als onderdeel van dit eisenpakket, geeft het M4BL-platform een striemende kritiek op het VS-imperium, het militair-industrieel complex, de globale “oorlog tegen terreur”, AFRICOM, Amerikaanse interventies –in Libië, Somalië, Haïti en Honduras- en de Amerikaanse militaire hulp aan Israël.

De US Campaign to End the Israeli Occupation, Jewish Voice for Peace en de US Campaign for the Academic and Cultural Boycott of Israel ondertekende het M4BL-platform, terwijl het Palestinian BDS National Committee zich engageerde ‘om standvastig en consequent solidair te zijn met onze zwarte zusters en broeders in de Verenigde Staten en over heel de wereld door de eisen en beleidsvoorstellen in dit platform te steunen.’

Deze publieke uitingen van wederzijdse solidariteit bieden een forum waar zwarte en Palestijnse activisten de relatie tussen hun strijd articuleren en visies uittekenen voor collectieve bevrijding. Zoals Lubin zou verwachten, is de verdieping van het gerelateerde politieke denkbeeld gebaseerd op een kritiek op staatsgeweld en neoliberaal raciaal kapitalisme.

Detentie en gevangenschap

Aan de basis omvat dit politieke denkbeeld een wederzijdse erkenning van de systematische racistische onderdrukking waar Palestijnen en zwarte Amerikanen mee geconfronteerd worden. Deze erkenning wordt perfect gecapteerd in de video When I See Them, I See Us met zijn naast elkaar geplaatste beelden van politiegeweld, ontheemding, gevangenschap en dood in enerzijds de Verenigde Staten en anderzijds Palestina.

Op gelijkaardige wijze trekt het Black Solidarity Statement parallellen tussen de vormen van staatsgeweld gebruikt tegen de Palestijnen en de zwarte Amerikanen.

‘Amerikaanse en Israëlische soldaten, politieagenten en rechtbanken rechtvaardigen dodelijk geweld tegen ons en onze kinderen die geen onmiddellijke dreiging vormen’

‘Israëls wijdverspreide gebruik van detentie en gevangenschap tegen de Palestijnen doet denken aan de massale opsluiting van zwarten in de Verenigde Staten, waaronder de politieke gevangenneming van onze eigen revolutionairen. Soldaten, politieagenten en rechtbanken rechtvaardigen dodelijk geweld tegen ons en onze kinderen die geen onmiddellijke dreiging vormen.’

In plaats van de gelijkenissen te reduceren tot een simpele equivalentie erkennen de auteurs van deze verklaringen dat structuren van dominantie contextspecifiek zijn. ‘We respecteren het unieke karakter van elkaars strijd en onze verschillende geschiedenissen’, wordt gesteld in When I See Them, I See Us. Het Black Solidarity Statement wijst erop dat de apartheidsconfiguratie in Israël/Palestina uniek is, verschillend van de Verenigde Staten (en Zuid-Afrika).’

Verderop benadrukken de solidariteitsverklaringen de linken tussen de VS en Israël die de onderdrukking van Palestijnen en zwarte Amerikanen met elkaar verbindt. De belangrijkste linken zijn gezamenlijke trainingsoefeningen en de circulatie van militaire en politiestrategieën tussen Israël en de VS.

Militaire steun in plaats van onderwijs

Zoals de Black Solidarity Statement getuigt, ‘terwijl de VS en Israël ons zouden blijven onderdrukken zonder dat ze met elkaar samenwerken, hebben we gezien dat politieagenten en soldaten van de twee landen zij aan zij trainen.’ Ze wisselen ook inlichtingen, technologie en tactieken met elkaar uit.

‘de militaire hulp van de VS ontneemt broodnodige financiering aan binnenlandse sociale en onderwijsprogramma’s’

Op gelijkaardige wijze focust het M4BL-platform op de impact van de Amerikaanse militaire steun voor Israël. Het betoogt dat de militaire hulp van de VS ‘niet alleen broodnodige financiering ontneemt aan binnenlandse sociale en onderwijsprogramma’s, maar de Amerikaanse burgers ook medeplichtig maakt aan de misstanden gepleegd door de Israëlische regering.’

Kristian Davis Bailey, een in Detroit gevestigde schrijver en activist, omschrijft zwarte Amerikanen en Palestijnen ‘als doorns die bestaan en weerstand bieden vanuit verschillende hoeken van het Amerikaanse koloniale en imperiale project.’

Hij verduidelijkt dat ‘de afstammelingen van Afrikaanse slaven een van de eerste en grootste onderdrukte nationale groepen zijn op gekoloniseerd territorium op Turtle Island [Noord-Amerika] en Palestijnen zijn het grootste doelwit van ‘s werelds meest recente koloniale entiteit, die dienst doet als een poot van het VS-imperialisme in het Midden-Oosten. Samen strijden we intern en extern tegen de grootste en meest racistisch kapitalistische, koloniale en imperiale machten.’

Aansluiting met heel het globale Zuiden

Het politieke denkbeeld van hedendaagse zwarte-Palestijnse solidariteit is daarom gebaseerd op een analyse van gelijkaardige maar toch verschillende structuren van dominantie, verbonden via een mondiaal netwerk van imperiale macht. De visies voor bevrijding benadrukken op dezelfde manier het belang van een verenigde strijd.

‘We kiezen ervoor om elkaar te vervoegen in verzet, niet omdat onze strijd identiek is, maar omdat we allemaal strijden tegen de enorme krachten van structureel racisme en de opsluitings’

De gezamenlijke verklaring van zwarte en Palestijnse activisten in de When I See Them, I See Us-video getuigt hiervan.

‘We kiezen ervoor om samen te werken aan de strijd, schouder aan schouder, tegen door de staat gesanctioneerd geweld. […] We kiezen ervoor om elkaar te vervoegen in verzet, niet omdat onze strijd identiek is, maar omdat we allemaal strijden tegen de enorme krachten van structureel racisme en de opsluitings- en dodelijke strategieën die worden ingezet om ze te handhaven.’

‘We streven ernaar onze praktijk van gezamenlijk verzet tegen kapitalisme, kolonialisme, imperialisme en de verschillende vormen van racisme, die verankerd zitten in en rond onze maatschappijen, aan te scherpen’, aldus het Black Solidarity Statement. Ook het M4BL-platform verwoordt een globale visie voor bevrijding. ‘Tot we in staat zijn om het VS-imperialisme, het kapitalisme en de blanke suprematie omver te werpen, zullen onze broeders en zusters over heel de wereld blijven leven in ketenen.

Onze strijd wordt verstrekt door onze connecties met het verzet van volkeren over heel de wereld die vechten voor hun bevrijding. De zwarte radicale traditie is altijd geworteld geweest in het zoeken naar aansluiting met heel het globale Zuiden in de erkenning dat onze bevrijding intrinsiek verbonden is met de bevrijding van zwarten en gekleurden over heel de wereld.’

Het verbinden van gemeenschappen in verzet

Verklaringen van wederzijdse solidariteit zijn slechts de meest zichtbare uitingen van de verdiepende relaties tussen zwarte en Palestijnse gemeenschappen in verzet. De afgelopen jaren werden de relaties versterkt via delegaties en educatieve uitwisselingen, populaire kunst en scholing en workshops die academici en activisten samenbrengen.

‘De afgelopen jaren werden de relaties versterkt via delegaties en educatieve uitwisselingen, populaire kunst en scholing en workshops die academici en activisten samenbrengen’

Delegaties zijn een van de belangrijkste mechanismen voor het smeden van connecties tussen gemeenschappen en bewegingen. Sinds 2008 heeft Interfaith Peace-Builders (IFPB) zes delegaties van zwarte, inheemse en andere gekleurde mensen naar Palestina/Israël begeleid voor educatieve solidariteitsbezoeken van twee weken.

In 2011 trok een groep inheemse en gekleurde vrouwen -waaronder Angela Davis, Beverly Guy-Sheftall, Barbara Ransby, Chandra Mohanty en Waziyatawin- naar Palestina in een solidariteitsdelegatie. Dream Defenders organiseerde delegaties naar Palestina voor zwarte-, inheemse- en immigrantenrechtenactivisten in 2015 en 2016.

Deze delegaties stellen activisten in staat om getuige te zijn van de Israëlische apartheid en van de onderdrukking waar de Palestijnen dagelijks mee geconfronteerd worden. Ze helpen de deelnemers ook om hun inzicht te verdiepen in de ervaringen van Afrikaanse Palestijnen, Mizrahi-joden en Afrikaanse vluchtelingen. En ze creëren mogelijkheden voor Palestijnen, Israëli’s en in de VS-gevestigde organisatoren om elkaar te ontmoeten, van elkaar te leren en zij aan zij te staan tijdens protestacties.

Boycot, desinvestering en sancties

Rapporten gepubliceerd door deze delegaties omvatten oproepen voor het stopzetten van de Israëlische bezetting, voor het recht op terugkeer voor Palestijnse vluchtelingen, voor de volledige gelijkheid van Palestijnse burgers van Israël, gelijke rechten voor Mizrahi-joden en Afrikaanse vluchtelingen, een stopzetting van de Amerikaanse hulp aan Israël, en steun voor de boycot, desinvestering en sancties (BDS) campagnes.

‘In de strijd voor waardigheid, rechtvaardigheid en vrijheid is de Movement for Black Lives toegewijd aan de mondiale gedeelde strijd van onderdrukte volkeren, met name het volk van bezet Palestina’

Leden van de Movement for Black Lives die deelnamen aan de Palestina-delegatie georganiseerd door IFPB in 2016 brachten een verklaring uit waarin de visie van een samengekoppelde strijd wordt herhaald.

‘In de strijd voor waardigheid, rechtvaardigheid en vrijheid is de Movement for Black Lives toegewijd aan de mondiale gedeelde strijd van onderdrukte volkeren, met name het volk van bezet Palestina en andere inheemse gemeenschappen die zich al decennialang verzetten tegen de bezetting van hun land, de etnische zuivering van hun volk en het uitwissen van hun geschiedenis en ervaringen.

In dit gewelddadig politiek klimaat is het dringend nodig dat we het verband duidelijk maken tussen geweld dat gepleegd wordt tegen zwarten op mondiaal vlak, aangemoedigd en toegestaan door de staat, en de profilering, de schade en de genocide aangericht door de zionistische burgerwachten en de Israëlische Defensietroepen tegen het Palestijnse volk, gefinancierd door de Verenigde Staten. Onze collectieve onderdrukking verplicht ons om samen te werken over geografische, taal- en culturele grenzen heen om een einde te brengen aan kapitalistische, imperialistische regimes.’

Kunst voor verzet

Terwijl de meeste delegaties Noord-Amerikanen naar Palestina brengen, bezocht een delegatie van Palestijnse activisten de VS in 2014 via de Recht op Onderwijs-campagne van de Birzeit Universiteit uit de Westelijke Jordaanoever. De delegatie ontmoette activisten en grassroots-organisaties in Ferguson, St. Louis, Detroit, Philadelphia en andere Amerikaanse steden.

Gecoördineerd door Students for Justice in Palestine, werd de delegatie op touw gezet ‘om linken te creëren tussen de studentenbeweging in de VS en Palestina; om langdurige institutionele relaties op te bouwen tussen onze universiteiten; en om informatie uit te wisselen tussen Palestijnse en Amerikaanse sociale bewegingen die zich bezighouden met de gerelateerde kwesties van racisme, kolonialisme en aanvallen op educatie (bijvoorbeeld de strijd van inheemsen, migranten en zwarten).’

‘Dichters zoals Rafeef Ziadah en Rami Kenazi zijn krachtige stemmen die connecties leggen tussen de Palestijnse strijd en bewegingen tegen raciaal kapitalisme en Noord-Amerika, Groot-Brittannië en Europa’

Solidariteit tussen zwarten en Palestijnen wordt ook gesmeed via kunst, muziek, poëzie en populaire educatiecampagnes. Lubins analyse van zwarte-Palestijnse solidariteit in de context van neoliberalisering en staatsgeweld, onderstreept de spoken-word poëzie van Suheir Hammad en de muziek van de Palestijnse hip-hop groep DAM.

Dichters zoals Rafeef Ziadah en Rami Kenazi zijn krachtige stemmen die connecties leggen tussen de Palestijnse strijd en bewegingen tegen raciaal kapitalisme en Noord-Amerika, Groot-Brittannië en Europa.

Kanazi’s gedichten, zoals #InsideOut en #NoLessWorthy, verweven incidenten van raciaal en gender-gerelateerd geweld uit Gaza, Ferguson, Irak en Parijs om de nadruk te leggen op de mondiale verbanden tussen raciale regimes van ontmenselijking en overbodigheid.

‘Dezelfde stimulans die me ertoe drijft om in actie te schieten tegen de Israëlische bezetting en apartheid motiveert me om me te verzetten tegen Amerikaans militarisme, het industrieel complex van gevangenissen, politiegeweld en de uitsluiting van gemeenschappen zonder papieren.

Dit werk kan ook niet los gezien worden van de strijd tegen transfobie, vrouwenhaat en valadisme. Het moet bekrachtigen dat mensen vrijheid en rechtvaardigheid verdienen, zowel in bezet Palestina als in het gebrutaliseerde Baltimore’, aldus Kanazi.

George Jackson in de Palijstijnse zon

In 2015, opende in het Abu Jihad Museum in Abu Dis een tentoonstelling getiteld George Jackson in the Sun of Palestine, in elkaar gestoken door Greg Thomas. Als lid van de Black Panther Party werd Jackson in 1971 vermoord door gevangenisbewakers in San Quentin.

‘De tentoonstelling van Greg Thomas bouwt op de connectie tussen Jackson en al-Qasim om de diepe historische linken tussen de Palestijnse en zwarte revolutionaire bewegingen te benadrukken’

Onder zijn bezittingen in de cel vond men gedichten van de Palestijnse poëet Samih al-Qasim. Door boeken, tekeningen, politieke posters en andere kunstwerken samen te brengen, bouwt de tentoonstelling van Greg Thomas op de connectie tussen Jackson en al-Qasim om de diepe historische linken tussen de Palestijnse en zwarte revolutionaire bewegingen te benadrukken.

Na Abu Dis reisde de tentoonstelling doorheen Palestina en de Verenigde Staten –van het Afrikaans Cultureel Centrum in Jeruzalem tot op de 50ste verjaardagsconferentie van de Black Panther Party in Oakland, California.

De tentoonstelling zette aan tot publieke gesprekken over politieke gevangenschap, opsluiting en de relatie tussen enerzijds de zwarte en anderzijds de Palestijnse strijd tegen racisme en kolonialisme.

Gevangenissen, onderwijs en economie

Een ander forum voor de verdieping van de connecties tussen de zwarte en de Palestijnse strijd zijn workshops en conferenties die academici en activisten bij elkaar brengen. In 2016–2017, organiseerde de University of Illinois at Chicago, een serie transnationale workshops rond ‘Geographies of Justice’ die ruimte boden aan politieke organisatoren, publieke intellectuelen en interdisciplinaire academici om linken te onderzoeken en banden op te bouwen tussen de strijden voor gerechtigheid in Palestina, de Verenigde Staten en Zuid-Afrika.

De eerste workshop focuste op gevangenissen, politieoptreden en geweld; de tweede legde de nadruk op educatie en pedagogie; en de derde behandelde welvaartsongelijkheid en economische rechtvaardigheid. Deelnemers van drie continenten gaven een overzicht van aankomende acties en opkomende bewegingen, bespraken werkkaders en infrastructuren van verzet en produceerden politieke analyses van de huidige conjunctuur.

‘Door de onderling verbonden geschiedenissen van slavernij, racisme, kolonialisme en kapitalisme te traceren, leerden participanten over de aan de gang zijnde strijden en bouwden ze aan de banden tussen hun bewegingen’

Met aandacht voor het unieke karakter van elke context, namen de workshopdeelnemers de overlappende structuren van raciaal kapitalisme onder de loep en bekeken ze mogelijkheden om de connecties tussen de strijden uit te breiden.

In December 2016 reisden organisatoren en academici-activisten naar Brazilië voor een workshop van twee dagen getiteld ‘The Arab Spring meets Black Lives Matter in Rio de Janeiro’.

Zwarte Amerikanen, Palestijnen, Egyptenaren en anderen ontmoetten er zwarte Braziliaanse organisatoren en gemeenschapsleden, waaronder een groep studenten die universiteitsgebouwen bezette uit protest tegen racisme en privatisering. Door de onderling verbonden geschiedenissen van slavernij, racisme, kolonialisme en kapitalisme te traceren, leerden participanten over de aan de gang zijnde strijden en bouwden ze aan de banden tussen hun bewegingen.

Deze workshops illustreren het internationalisme dat ten grondslag ligt aan de zwarte-Palestijnse solidariteit. In plaats van een beperkte focus op de VS en Palestina, maakt de beweging deel uit van een extensief mondiaal netwerk van organisaties die vechten tegen raciaal kapitalisme, nederzettingenkolonialisme en imperium. In 2014 brachten Ana Tijoux en Shadia Mansour het liedje Somos Sur uit, een eerbetoon aan de muzikale beweging en politieke solidariteit doorheen het globale Zuiden.

Tijdens de Olympische Spelen van 2016 trok een delegatie van Black Lives Matter-activisten van de VS naar Rio de Janeiro om de banden aan te halen met Braziliaanse activisten die protesteren tegen politiegeweld en ontheemding. Later dat jaar stapten vrouwen uit vijf continenten aan boord van de Women’s Boat to Gaza in een poging de Israëlische blokkade te doorbreken.

Nadat het Israëlische leger de boot in beslag genomen had en de activisten had gedeporteerd, verklaarde de Zuid-Afrikaanse deelneemster Leigh-Ann Naidoo dat ‘mensen vroegen waarom ik het risico nam om voor Palestina te strijden? Omdat apartheid iets is dat we zelf ervaren hebben in Zuid-Afrika en ik vind dat er zoveel gelijkenissen zijn met de manier waarop Israël opereert en de Palestijnen behandelt.’

Niemand is vrij totdat iedereen vrij is

Het revitaliseren van de zwarte-Palestijnse solidariteit is al doeltreffend gebleken. BDS-campagnes gericht tegen Group4Securicor (G4S) -’s werelds grootste multinationale private beveiligingsbedrijf- werden bijvoorbeeld bevorderd door de kritieken op de mondiale circulatie van veiligheidstroepen die racistische regimes ondersteunen. Tot vorig jaar voorzag G4S beveiligingsdiensten voor Israëlische gevangenissen, het hoofdkwartier van de Israëlische politie en voor bedrijven die actief zijn in de joodse nederzettingen op de bezette Westelijke Jordaanoever.

‘Group4Securicor profiteert van detentie en deportatie, van in de VS en Palestina tot in het Verenigd Koninkrijk, Zuid-Afrika en Australië’

In 2012 riepen organisaties die de Palestijnse gevangenen steunen op tot een internationale boycot van G4S. Het volgende jaar beëindigde een hospitaal in Kaapstad zijn contract met G4S onder druk van Zuid-Afrikaanse BDS-activisten.

Sindsdien hebben bedrijven, universiteiten en vakbonden in Groot-Brittannië, Europa, Latijns-Amerika en het Midden-Oosten hun contracten met G4S stopgezet in oppositie tegen de medeplichtigheid van het bedrijf aan de onderdrukking van de Palestijnen.

In 2015 identificeerde de Black Solidarity Statement G4S als een doelwit voor de gezamenlijke strijd.

‘G4S schaadt duizenden Palestijnse politieke gevangenen die illegaal vastgehouden worden in Israël en honderden zwarte en gekleurde jongeren die opgesloten zitten in geprivatiseerde jeugdgevangenissen in de VS. Het bedrijf profiteert van detentie en deportatie, van in de VS en Palestina tot in het Verenigd Koninkrijk, Zuid-Afrika en Australië. We verwerpen ideeën over ‘veiligheid’ die gevaarlijk zijn voor een van onze groepen, en blijven erbij dat niemand vrij is totdat iedereen vrij is.’

Weerstand bieden werkt

Door samen te werken hebben BDS-activisten en gevangenis-abolitionisten de Columbia Universiteit overtuigd om te desinvesteren uit G4S. De Bill & Melinda Gates Foundation en de Kerk van Verenigde Methodisten deden hetzelfde. Onder de groeiende druk van de BDS-beweging verkocht het Britse bedrijf G4S in december 2016 al zijn activiteiten in Palestina en Israël aan het Israëlisch aandelenfonds FIMI.

‘Onder de groeiende druk van de BDS-beweging verkocht het Britse bedrijf G4S in december 2016 al zijn activiteiten in Palestina en Israël’

De terugtrekking van G4S vertegenwoordigt een belangrijke overwinning voor de BDS-beweging. Het is een volgende internationale onderneming die zich realiseert dat er kosten verbonden zijn aan het ondersteunen van de Israëlische apartheid. Niettemin heeft FIMI alle bestaande activiteiten van G4S in Israël behouden, evenals de naam ‘G4S Israël’.

In juli 2017 leverden voertuigen met het G4S-logo de bewakingstechnologie die geïnstalleerd werd aan de ingang van de al-Aqsa moskee in Oost-Jeruzalem. Bovendien blijft het multinationale bedrijf Group4Securicor de gevangenissen, migrantendetentiecentra en opsluitingsfaciliteiten voor jongeren uitbaten, en blijft het beveiligingsdiensten leveren aan regeringen en bedrijven over heel de wereld. Om die reden is het volgens activisten belangrijk om zich te blijven verzetten tegen het bedrijf.

Net zoals de zwarte vrijheidsbeweging, hebben organisaties ter bevordering van de rechten van inheemse Amerikanen die weerstand bieden tegen nederzettingenkolonialisme, evenals bewegingen voor migrantenrechten en tegen de gevangenissenindustrie, een lange geschiedenis van wederzijdse solidariteit met Palestina.

Onder de Trump-regering werken bewegingen die zich verzetten tegen staatsgeweld en raciaal kapitalisme aan de versterking van de connecties tussen de inspanningen om de opsluiting en dood van zwarte jongeren tegen te gaan, de detentie en deportatie van Latijns-Amerikaanse immigranten te bestrijden, de bewaking en intimidatie van Arabieren en moslims te beteugelen, en een einde te maken aan de uitbuiting en verwaarlozing van arbeidersgemeenschappen. De bevrijding van Palestina maakt deel uit van het politieke denkbeeld dat al deze bewegingen bezielt.

Deze tekst, eerder verschenen in het magazine van MERIP, illustreert hoe de strijd van volkeren en groepen tegen staatsgeweld en onderdrukking, politieke gevangenneming en onrecht overal ter wereld met elkaar verbonden is. Het artikel benadrukt de lange erfenis van solidariteit tussen zwart-Amerikanen en Palestijnen met diepe wortels in de transnationale bevrijdingsstrijd.

Een ideale inleiding voor ‘Processions of the sun’, de zevende editie van het Eye On Palestine kunst en film festival dat academici, kunstenaars en activisten bij elkaar brengt om te discussiëren en te reflecteren over intieme gevangenisgeschriften, posters, films, poëzie en ervaringen. Het programma wil het ontwrichtende potentieel van kunst en strijd tonen om zo onze politieke verbeeldingskracht te vergroten. Het artikel opent met een citaat van de prominente Palestijnse activiste Rasmea Odeh, die op 21/02 zal deelnemen aan een panelgesprek over ‘gevangenschap en solidariteit’. Processions of the Sun (18/02 > 24/02) vindt plaats in Gent als onderdeel van Under Construction.

Dit artikel werd vertaald door SVM (Vrede vzw).​

 


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.