De oorlog tegen Afghanistan is begonnen als een represaille voor de terroristische aanval op de New Yorkse Twin towers in 2001. Het voornaamste doel van deze Amerikaanse wraakactie tegen Al Qaeda en hun Afghaanse beschermheren de Taliban, was Osama Bin Laden te pakken krijgen. Dat is nu, bijna tien jaar later, kennelijk gelukt. Hij werd niet gevangen genomen om dan berecht te kunnen worden, nee, hij werd samen met enkele naasten neergeschoten door VS-soldaten die zonder medeweten van de Pakistaanse autoriteiten opereerden op hun grondgebied. Dat is zeker niet volgens de regels van het internationaal recht, dat niet toelaat dat regeringsagenten individuen gewoon gaan neer maaien op vreemd grondgebied. De normale weg is die van justitie. Maar Washington koos van in het begin voor een militair antwoord in plaats van een gerechtelijke aanpak van het probleem. Op dit vlak trekt president Obama gewoon de lijn door van zijn voorganger G.W. Bush en de neo-conservatieve ploeg die hem omringde.
Onmiddellijk na 9/11 kreeg de CIA opnieuw de toestemming om geheime moordopdrachten uit te voeren. Naar verluidt werd deze richtlijn twee jaar geleden opnieuw ingetrokken. President Obama heeft dus specifiek toestemming moeten geven voor deze moordaanslag tegen Bin Laden. Het beleid van Obama is in woorden verschillend van dat van Bush, maar in de praktijk? Heel wat commentaarschrijvers hebben ons de laatste tijd bijvoorbeeld gewezen op de discrepantie tussen het zogenaamde CIMIC beleid -civiele en militaire samenwerking - om 'de harten en de geesten'van de Afghanen te winnen en het groeiend aantal gerichte moordoperaties die de VS in Afghanistan uitvoeren. Die zijn aanzienlijk gestegen sinds generaal Petraeus de Amerikaanse operaties in Afghanistan is gaan leiden. Petreaus is onlangs door Obama gevraagd om de nieuwe baas van de CIA te worden wanneer de oude CIA-directeur, Leon Panetta, de post van minister van Defensie zal bekleden ter vervanging van Robert Gates.
Een dode Osama Bin Laden - wiens lijk in zee werd gegooid kwestie van geen bedevaartsoord te creëren - is wellicht handiger voor de VS-elite dan een levende. Zaak gesloten. Tijdens een juridisch proces zou hij misschien te veel kunnen aanklagen dat de VS militairen overal in de Arabische wereld aanwezig zijn – ook in het land waar de heilige stad Mekka ligt, met name Saoedi-Arabië - , en zou hij misschien te veel de nadruk kunnen leggen op hoe hij door de VS werd grootgemaakt in de strijd tegen het goddeloze communisme in Afghanistan in de jaren 1980. En dat is wellicht voor niemand interessant: niet voor de Republikeinen van president Reagan die deze politiek van steun aan de jihadistische moedjahedien uitvoerden, noch voor de Democraten wiens grote strateeg, Zbigniew Brzezynski, dit beleid had bedacht en al onder president Jimmy Carter in gang had gezet.
Vormt het neerschieten van Bin Laden nu de nodige voorwaarde opdat Barack Obama de door hem uitgestippelde weg zou kunnen volgen in functie van zijn herverkiezing? Dit plan -een kopie van de Iraakse situatie- bestaat na het opdrijven van het aantal VS-militairen in Afghanistan (de zogenaamde 'surge'), uit een begin van de terugtrekking van de troepen. Tegen 2014 zou die terugtrekking beëindigd moeten zijn. Uiteraard zullen er dan nog altijd 'niet-vechtende' VS troepen in het land blijven om het Afghaanse leger bij te staan, zoals dat ook nu in Irak het geval is. Dat heeft de Amerikaanse president immers zelf al met zoveel woorden aangekondigd. Want de oorlog tegen Afghanistan, inderdaad begonnen als een wraakactie, groeide immers uit tot de huidige proporties omdat het land van bijzonder strategisch belang is. Afghanistan beschikt zelf over een rijke ondergrond, grenst aan de Centraal-Aziatische landen maar ook aan China, Pakistan en Iran. Het is bovendien van cruciaal belang als doorvoerland voor de ontsluiting van de gasvelden van Centraal-Azië.
Betekent de dood van Bin Laden nu het einde van het VS-beleid dat gebaseerd is op de strijd tegen het terrorisme? Daar zal wellicht heel wat druk van onderuit voor nodig zijn. In de realiteit is Al Qaeda al lang niet meer het operationele wereldwijd terreurnetwerk maar is het eerder een roepnaam die lokale terroristen zich aanmeten om hun daden in een breder internationaal kader te kunnen presenteren. Misschien heeft het wegvallen van het boegbeeld dat Osama Bin Laden ongetwijfeld was, een negatieve invloed op de sympathie voor het terrorisme die er hier en daar heerste. Als naast de oorlog tegen het terrorisme ook nog de Westerse machtspolitiek met twee maten en twee gewichten zou kunnen verdwijnen, komt onze relatie met de Arabische wereld misschien ooit nog goed.