Aanhoudend protest en repressie in Colombia

Image
colombia
Bogota, juni 2021; Foto: SVM
Aanhoudend protest en repressie in Colombia
Artikel
7 minuten

Hoewel daar niet veel van te merken valt in de internationale media, is het sociaal protest dat eind april uitbrak in Colombia nog lang niet gaan liggen. De schaal is wel afgenomen en de centra van het protest zijn verschoven. 

Meer dan twee maanden nadat in Colombia massaal burgerprotest uitbrak tegen armoede en ongelijkheid, blijft het aanhouden. Woensdagen zijn vaste protestdagen en in de weekends worden heel wat acties en sociaal-culturele activiteiten georganiseerd ter ondersteuning van ‘El Paro Nacional’ (de Nationale Staking), een benaming die inmiddels het geheel van protestacties aanwijst dat ontstond in de nasleep van de eerste algemene staking op 28 april.      

Verschuiving

Colombia heeft ondertussen de strenge lockdown-periode achter zich gelaten. Hoewel het aantal COVID-19 gevallen en overlijdens de laatste maanden aanzienlijk is gestegen, hebben een heel pak mensen opnieuw de mogelijkheid om te proberen voorzien in hun levensonderhoud (o.a. de vele Colombianen die werken in de informele economie, zoals straatverkopers). Dat is een van de redenen waarom de schaal van de sociale protesten enigszins is afgenomen. 

Een andere belangrijke reden is de strenge repressie van de regering. Al sinds het begin van het sociaal protest wordt zeer hardhandig opgetreden door de veiligheidsdiensten (de nationale politie en het leger) en in het bijzonder de speciale anti-oproerpolitie ‘Escuadrón Móvil Antidisturbios’ (ESMAD). Er wordt disproportioneel geweld gebruikt, traangas ingezet en met echte kogels geschoten, vooral in de arme wijken van de steden. 

Het is voornamelijk in deze wijken -bevolkt door jongeren die al van bij de geboorte het slachtoffer zijn van het Colombiaans neoliberaal economisch model- dat het protest blijft aanhouden. De epicentra van het protest hebben zich dan ook meer naar daar verplaatst. In de steden worden op tijd en stond grote demonstraties georganiseerd op iconische pleinen, maar op bepaalde plaatsen in de achtergestelde ‘barrios’ (wijken) wordt er nog dagelijks actie gevoerd – ook voor het recht op sociaal protest.

Op bepaalde plaatsen, voornamelijk in achtergestelde wijken, wordt er nog dagelijks actie gevoerd.

In de Colombiaanse hoofdstad Bogotá verzamelen actievoerders bijvoorbeeld elke dag aan ‘Portal de las Americas’, een busterminal in het armere zuidwesten van de stad die herdoopt werd tot ‘Portal de Resistencia’. Het creëren van dergelijke ‘humanitaire ruimtes’ waar plaats wordt gemaakt voor allerlei vormen van protest, maar ook voor solidariteit (bijv. door volkskeukens te organiseren) is een praktijk die in tal van barrios gehandhaafd wordt. Tot voor kort werd de humanitaire ruimte van Portal de las Americas alle dagen, van zodra de zon onderging, belaagd door de politie.

Er is een Nationaal Stakingscomité, dat in naam van de traditionele vakbonden en verschillende sociale bewegingen een dialoog wil aangaan met de regering, maar heel wat achtergestelde jongeren zonder jobs en zonder middelen om te studeren voelen zich niet per se vertegenwoordigd door dit comité. Ze behoren niet tot bestaande middenveldorganisaties, maar hebben eenheid gevonden in verzet. Het Nationaal Stakingscomité heeft dan ook maar weinig vat op hen.

Solidariteit

Het repressieve optreden van de staat gaat gepaard met een nationale mediacampagne die de demonstranten en actievoerders systematisch afschildert als gewelddadige criminelen, vandalen en terroristen. Er wordt zelden of nooit verslag uitgebracht over de vele vreedzame en multisectionele protestacties die elke week plaatsvinden over heel het land. Alleen als er geweld uitbreekt, pikt de reguliere media de gebeurtenissen op, maar dan met het gebruikelijke door de overheid gestuurde narratief van criminalisering. 

Journalisten die wel verslag willen uitbrengen van de protestacties en het overheidsoptreden worden vaak zelf geconfronteerd met politiegeweld. Tussen 28 april en 10 juni documenteerde de ‘Fundación para la Libertad de Prensa’ (FLIP) al 235 gevallen van verschillende soorten van agressie tegenover de pers (reporters, fotografen, enz.), die nochtans duidelijk identificeerbaar is via speciale witte helmen en hesjes.    

Onafhankelijke journalisten die verslag willen uitbrengen van de protestacties en het overheidsoptreden worden vaak geconfronteerd met intimidatie en geweld van de politie.

Naast onafhankelijke journalisten worden ook mensenrechtenwaarnemers, medisch personeel dat de gewonde demonstranten op straat wil helpen en leiders van allerlei civiel-maatschappelijke organisaties die de Nationale Staking ondersteunen, regelmatig geconfronteerd met intimidatie en doodsbedreigingen van de politie en paramilitaire organisaties. 

Hoewel het politiegeweld en de gekleurde verslaggeving over het protest ongetwijfeld mensen afschrikt om zich fysiek bij acties te voegen, leeft er grote solidariteit bij een aanzienlijk deel van de bevolking. Heel wat Colombianen begrijpen en/of delen de onvrede van de demonstranten over de buitenproportionele sociale ongelijkheid en over het beleid van de rechtse regering van president Iván Duque. De muren in Bogotá zijn massaal bedekt met graffiti, zelfgemaakte affiches en stickers met politieke boodschappen van solidariteit en veroordelingen van de politie en de regering.

Alarmerend

De Colombiaanse civiel-maatschappelijke organisaties slaagden er in juni in om een bezoek af te dwingen van een delegatie van de Inter-Amerikaanse Commissie voor Mensenrechten (IACHR) en momenteel is er een internationale mensenrechtencommissie in het land die komt pijlen naar het institutioneel geweld tegen het sociaal protest. 

De internationale commissie bestaat uit vertegenwoordigers van mensenrechtenorganisaties uit 12 landen die Colombia afzonderlijk binnen geraakt zijn door niet op voorhand te zeggen wat hun doel was. Het Nationaal Stakingscomité en de vele civiel-maatschappelijke en grassrootsorganisaties op de barricades hopen via deze commissie wat meer internationale aandacht te kunnen vestigen op de situatie in hun land.   

En de situatie is alarmerend. Sinds de start van het protest zijn al meer dan 55 actievoerders vermoord door de politie. Meer dan 220 mensen liepen schotwonden op en vele honderden werden het slachtoffer van brutaal politiegeweld (waaronder ook een 30-tal gevallen van seksueel geweld). Er werden al meer dan 2500 arbitraire arrestaties verricht en een paar honderd mensen werden opgegeven als vermist. Een deel van hen dook weer op nadat ze dagenlang illegaal en zonder aanklacht werden vastgehouden door de politie, maar meer dan 77 personen zijn tot nu toe spoorloos verdwenen. 

In steden als Cali, Pereira en Pasto maakte de politie gebruik van publieke plaatsen zoals voetbalstadions en winkelcentra om demonstranten buitengerechtelijk vast te houden zonder formele aanklacht. Deze praktijken doen denken aan de afgelopen decennia van burgeroorlog waarin het leger, de politie en paramilitaire organisaties duizenden mensen deden ‘verdwijnen’.

Internationaal

De oogluikende samenwerking van de politie met paramilitaire organisaties klinkt helaas bekend in de oren. Sinds de ondertekening van het Vredesakkoord met de linkse guerrilla FARC in 2016, werden in Colombia al ongeveer 1100 sociale en inheemse leiders geliquideerd, vaak door paramilitairen en zonder veel gevolgen voor hen.
 
President Duque, die fel gekant is tegen het vredesakkoord gesloten door zijn voorganger, doet er sinds zijn aantreden in 2018 alles aan om het te laten ontsporen. Hoewel het economisch model dat aan de basis ligt van de grote ongelijkheid in Colombia geen onderdeel uitmaakt van het vredesakkoord, heeft Duque de politieke en sociaal-economische situatie in het land nog verslechterd door zich bewust niet te houden aan de bepalingen van het akkoord. 

De economische crisis veroorzaakt door de COVID-19 pandemie en de gebrekkige publieke gezondheidszorg heeft de wanhoop van de Colombianen tot het kookpunt gebracht. Duque lijkt echter vastbesloten om de legitieme bezorgdheden en eisen van de protesterende bevolking de kop in te drukken.         

Hij kan daarbij alvast rekenen op de steun van oude bondgenoot de Verenigde Staten. De Amerikaanse president Biden had het een aantal weken geleden nog wel over het respect voor de mensenrechten en het recht op mobilisatie, maar in een recent telefoongesprek met zijn Colombiaanse collega stelde hij laatstgenoemde gerust. 

Colombia is de grootste ontvanger van Amerikaanse militaire steun in de westelijke hemisfeer.

CIA-directeur William Burns bracht begin juli een bezoek aan Colombia en sprak er zijn steun uit voor de regering en de veiligheidstroepen. Het VS-beleid ten opzichte van het land is al decennia hetzelfde. Colombia is de grootste ontvanger van Amerikaanse militaire steun in de westelijke hemisfeer. De oorlog tegen drugs en linkse guerrillagroepen, maar ook de vele initiatieven om de sociale bewegingen in Colombia te destabiliseren worden mee gedreven door de CIA en VS-beleidsmakers. 

Elke oppositie tegen het rechts economisch-politiek model van autoritarisme en militarisme wordt al decennia met de zegen van de VS onderdrukt. Dat de initiatieven en eisen van demonstranten, mensenrechtengroepen en sociale leiders ernstig genomen zullen worden door de Colombiaanse autoriteiten lijkt dus ijdele hoop, maar de internationale commissie kan helpen er ruchtbaarheid aan te geven in het buitenland.  
 


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Land

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.


Source URL: https://vrede.be/nieuws/aanhoudend-protest-en-repressie-colombia