Een onderzoek van OpenDemocracy onthult dat meer dan 50 betaalde personeelsleden van mondiale wapenbedrijven werken binnen het Ministerie van Defensie van het Verenigd Koninkrijk. Dit roept vragen op over belangenconflicten en de nationale veiligheid.
Onder hen zijn er negen stafleden die langdurig gedetacheerd zijn door de grootste Britse wapenfabrikant, BAE Systems. Sommigen van hen zijn al jaren ingebed in het Ministerie van Defensie.
Vorig jaar verdiende BAE meer dan 4,1 miljard Britse pond door de verkoop van wapens aan datzelfde Ministerie van Defensie. Bijna al dit geld werd besteed aan contracten die toegewezen werden zonder aanbesteding. Het bedrijf pakt ook uit met zijn “sterke en langdurige betrekkingen” met de VK-overheid.
De regering wil niet reageren op de vraag of het detacheringsprogramma gepaard gaat met belangenvermenging. Actievoerders riepen de regering alvast op om open kaart te spelen over de lobbyisten en bedrijfsfunctionarissen die in Westminster (de zetel van het Brits parlement) werkzaam zijn.
De bevindingen van openDemocracy komen er nadat al bekend geraakte dat Mark Fullbrook, de belangrijkste adviseur van de nieuwe premier van het VK, Liz Truss, betaald wordt via zijn eigen lobbybedrijf.
Dr. Michael Ofori-Mensah, onderzoeksdirecteur bij ‘Transparency International’ verklaarde: “Het detacheren van insiders uit de industrie voor belangrijke Whitehall rollen kan waardevolle inzichten leveren, maar brengt ook enorme risico’s op belangenconflicten met zich mee”.
“Regeringen zouden meer moeten doen om de risico’s op gecoöpteerd beleid en vastgelegde ‘aanbestedingen’ te verminderen door een uitgebreid register van lobbyisten bij te houden en het toezicht op de draaideur tussen de openbare en private sector te versterken”.
Gegevens verkregen door openDemocracy tonen aan dat ten minste vier BAE-functionarissen al meer dan drie jaar werkzaam zijn in ‘Defence Equipment and Support’, het regeringsorgaan dat militaire goederen en diensten aankoopt van bedrijven als BAE.
Verder zijn er zes defensiemedewerkers gedetacheerd door Qinetiq, een gigantisch defensietechnologiebedrijf. Ook Rolls- Royce en Babcock leverden ten minste twee personeelsleden.
Andere ambtenaren die geïnstalleerd zijn in het ministerie van Defensie lijken verloren geraakt te zijn in het systeem, met geen enkele indicatie van wie er hen eigenlijk betaalt. Als antwoord op een verzoek onder de Wet op Vrijheid van Informatie (‘Freedom of Information Act’), gaf het ministerie toe dat het de werkelijke werkgevers van zeker 23 gedetacheerde personen, niet kon identificeren.
Het Brits ministerie van Defensie geeft toe dat het de werkgevers van zeker 23 gedetacheerde personen, niet kon identificeren.
Op de directe vragen vragen van openDemocracy over hoe dit kan en of het een nationaal veiligheidsrisico zou kunnen vormen, werd niet geantwoord door een woordvoerder.
Ondertussen blijkt dat ook werknemers van zeven wapenbedrijven, waaronder BAE, Leonardo en MBDA gedetacheerd zijn bij het Ministerie van Internationale Handel. Het ministerie wilde niet prijsgeven welke rollen ze daar vervullen, maar bevestigde dat ze zich vooral in het Brits directoraat voor Defensiebeveiliging en Export bevinden, een orgaan dat wapenbedrijven helpt bij het verkopen van hun goederen en diensten in het buitenland.
Een woordvoerder van de regering vertelde openDemocracy dat de detacheringen deel uitmaken van een “een reeds lang bestaande regeling ontwikkeld met het oog op het aanmoedigen van betere samenwerking en het bevorderen van de technische expertise”. Daarnaast verzekerde de woordvoerder dat alle gedetacheerde personen onder de normale regels van de ambtenarij vallen en onderworpen worden aan “robuuste veiligheidscontroles”.
Dr. Sam Perlo-Freeman, onderzoekscoördinator bij ‘Campaign Against the Arms Trade’, zegt dat de hele opzet aantoont hoe “diep” de wapenindustrie “verankerd” is in de regering. “Hetzelfde ministerie dat belast is met het reguleren van de wapenexport, heeft vertegenwoordigers van de wapenindustrie in zijn kern,” stelt hij. “De regering behandelt de belangen van de industrie in feite als haar eigen belangen, met tragische gevolgen voor de slachtoffers van conflicten en repressie, in Jemen en wereldwijd.”
BAE, Leonardo en MBDA hebben allemaal wapens geëxporteerd naar Saoedi-Arabië die vervolgens zijn ingezet in de oorlog in Jemen. Alle drie deze bedrijven werden vernoemd als partijen bij vermeende Saoedische oorlogsmisdaden in een klacht van mensenrechtenorganisaties voor het Internationaal Strafhof.
De klacht stelt dat vliegtuigen, raketten en andere wapens geleverd door de bedrijven hebben bijgedragen tot het vergroten van de “capaciteit” van de door de Saoedi’s geleide coalitie, die beschuldigd wordt van het bombarderen van scholen, hospitalen en burgers.
Alleen al BAE Systems heeft sinds het conflict in Jemen in 2015 begon voor 15 miljard pond aan wapens verkocht aan Saoedi-Arabië, waaronder Typhoon en Tornado gevechtsvliegtuigen. Vorig jaar bracht het bijna 2,5 miljard pond op voor het VK, met de verkoop en levering van “operationele capaciteitsondersteuning voor de Saoedische lucht- en zeemacht”.
Een woordvoerder van BAE benadrukte dat het werk voor Saoedi-Arabië “het bedrijf niet betrekt bij militaire operationele activiteiten” en “onze mensen evenmin betrokken zijn bij het laden van wapens voor operationele vluchten”.
Ze voegde toe: “Een handvol van onze medewerkers zijn gedetacheerd naar functie bij de overheid om het begrip van onze complexe industrie te helpen vergroten... Gedetacheerde werknemers zijn onderworpen aan strenge vertrouwelijkheids- en eigendomsregels om elk mogelijke belangenverstrengeling te voorkomen”.
Dit artikel werd eerder gepubliceerd op openDemocracy