Hoe de stijgende militaire uitgaven van de NAVO bijdragen aan de afbraak van het klimaat

Image
TNI
Hoe de stijgende militaire uitgaven van de NAVO bijdragen aan de afbraak van het klimaat
Artikel
8 minuten

Een nieuw rapport van de internationale organisatie ‘Transnational Institute’ (TNI), het Nederlandse ‘Stop Wapenhandel’ en het Britse ‘Tipping Point North South’ roept dringend op tot een 'klimaatdividend' vergelijkbaar met het 'vredesdividend' dat werd gewonnen door het einde van de Koude Oorlog.  

In het rapport, getiteld 'Climate Crossfire', wordt onderzocht wat de financiële en milieu-implicaties zouden zijn voor de wereld als alle leden van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) hun belofte nakomen om 2% van hun Bruto Binnenlands Product (BBP) te besteden aan militarisering en bewapening.  

De ministers van Defensie van de NAVO kwamen in 2006 al overeen om ernaar te streven hun militaire uitgaven op te trekken naar 2% van hun respectievelijke BBP’s. Het ging echter om een losse richtlijn en de financiële crisis van 2007-2008 bevorderde de naleving ervan niet bepaald. In 2014, op de NAVO-top in Wales werd echter besloten om de inspanningen met het oog op een stijging van de militaire uitgaven op te krikken. Alle lidstaten verbonden zich ertoe om binnen de tien jaar een verhoging van hun nationale defensiebudgetten tot 2% van hun BBP’s na te streven. 

In dat jaar brak de oorlog in Oekraïne uit en annexeerde Rusland de Krim. Rusland kwam in de NAVO-documenten terug centraal te staan als een belangrijke militaire dreiging. Samen met China werd Moskou door de NAVO bestempeld als "een strategische vijand" en aangegrepen als ideale rechtvaardiging voor haar ambitieuze budgettaire plannen, hoewel die dus al lang op tafel lagen. Nu konden ze echter verdedigd worden als noodzakelijk om de Russische dreiging het hoofd te bieden. Met de inval in Oekraïne in februari 2022 speelde Moskou de NAVO wat dat betreft volledig in de kaart. De 2%-norm van de NAVO won wijdverbreide steun en de secretaris-generaal van de NAVO, Jens Stoltenberg, bestempelt deze doelstelling nu als het vereiste “absolute minimum” voor de lidstaten en hun bondgenoten. De realiteit is dat het gezamenlijke militaire budget van de NAVO-leden een jaar voor de Russische invasie al meer dan 16 keer hoger lag dan dat van Rusland en zijn bondgenoten (Armenië, Wit-Rusland, Kazachstan, Kirgizië en Tadzjikistan).

De militaire uitgaven van de Europese NAVO-lidstaten plus Canada stegen sinds 2014 onafgebroken. Waar ten tijde van de top in Wales slechts drie staten (De Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Griekenland) aan de 2%-norm voldeden, waren dat er eind 2021 al zeven (de VS, het VK, Griekenland, Estland, Letland, Polen en Litouwen, met Frankrijk en Slowakije heel dicht in de buurt). Volgens de cijfers van de NAVO spendeerde België in 2022 een equivalent van 1,18% van zijn BBP aan Defensie. Vorig jaar besloot het kernkabinet dat dit budget tegen 2035 opgetrokken zal worden tot 2% van het BBP.   

Op de NAVO-top in 2014 werd ook beslist dat de lidstaten ernaar zouden streven om 20% van hun defensiebudgetten te besteden aan investeringen in militair materieel. Deze NAVO-richtlijn heeft ertoe bijgedragen dat de omzet van de militaire industrie sterk de hoogte inging. De waarde van de verkoop van wapens en militaire diensten door de 100 grootste bedrijven in de sector bedroeg in 2021, 592 miljard dollar, een reële stijging van 1,9% ten opzichte van 2020.

De wereldwijde militaire uitgaven bereikten in 2022 een recordhoogte van 2,24 biljoen dollar (dat is 2240 miljard dollar!), een reële stijging van 3,7% ten opzichte van het jaar ervoor en een toename voor het achtste jaar op rij. Met de VS op eenzame hoogte als grootste verteerder, wordt meer dan de helft van dit bedrag besteed door de 31 lidstaten van de NAVO. En de militaire budgetten van deze landen zullen de komende jaren nog verder oplopen. De 2%-norm (en de gerelateerde 20%-norm) van de NAVO is dus één van de belangrijkste drijfveren van deze wereldwijde toename.  

Klimaatcrisis

Tegenover dit alles staat dat de inspanningen om de klimaatverandering in te perken en de kwetsbaarheid van samenlevingen voor de klimaatverandering te verminderen, zwaar en chronisch ondergefinancierd worden. Terwijl de klimaatcrisis en de gevolgen ervan voor burgers over de hele wereld alleen maar erger worden, houden de rijkste landen -die de meeste broeikasgassen uitstoten en die eveneens de grootste (historische) verantwoordelijkheid dragen voor deze crisis- zich in dat verband zelfs niet aan hun zeer bescheiden financiële beloftes. De financiering om de klimaatcrisis te bestrijden is ondertussen uitgegroeid tot een van de meest controversiële onderwerpen op de jaarlijkse klimaattoppen van de Verenigde Naties.  

Het contrast tussen het engagement voor de NAVO-doelstelling rond militaire uitgaven en de doelstelling van de Intergouvernementele Werkgroep inzake Klimaatverandering (IPCC) van de VN, met name de vermindering van de broeikasgasemissies tegen 2030 met 43% om de gemiddelde temperatuurstijging wereldwijd onder de 1,5° Celsius te houden, kan niet groter zijn. De IPCC-doelstelling is gebaseerd op de beste klimaatwetenschap die ter beschikking is, maar wordt toch grotendeels genegeerd, ook door de NAVO-landen. Geen van de 31 lidstaten heeft zich ertoe verbonden om een reële vermindering van de uitstoot met 43% tegen 2030 te realiseren.  

Door de 2%-norm van de NAVO te omarmen, maken ze het zelfs nog moeilijker om de IPCC-doelstelling te halen. Ten eerste omdat de geplande verhoging van de militaire budgetten de uitstoot van broeikasgassen door legers aanzienlijk zal doen toenemen en ten tweede omdat ze financiële middelen zal afleiden van de noodzakelijke klimaatmaatregelen. 

De NAVO en de wapenindustrie hebben het tegenwoordig regelmatig over “het groener maken” van het leger, maar hebben de uitstoot op nog geen enkele manier teruggedrongen. Daaruit volgt dat een stijging van de militaire uitgaven, altijd gepaard zal gaan met een stijging van de broeikasgasemissies.

Bevindingen

Gebaseerd op gedetailleerde berekeningen, schatten de auteurs van het TNI-rapport dat:

- De totale koolstofvoetafdruk van de NAVO-legers steeg van 196 miljoen ton koolstofdioxide-equivalent (tCO2e – een maat die aangeeft hoeveel een gegeven hoeveelheid broeikasgas bijdraagt aan de opwarming van de planeet) in 2021 naar 226 miljoen tCO2e in 2023. Dat is 30 miljoen ton meer in twee jaar tijd, wat gelijk staat aan meer dan 8 miljoen extra auto's op de weg.

- De gemiddelde jaarlijkse koolstofvoetafdruk van de NAVO-legers is 205 miljoen tCO2e en ligt hoger dan de totale jaarlijkse broeikasgassenuitstoot van heel wat afzonderlijke landen. Als de NAVO-legers één land zouden zijn, zou het de 40e grootste koolstofvervuiler ter wereld zijn. (Als het VS-leger een land zou zijn, zou het 47e staan in de lijst van de meest koolstofvervuilende naties ter wereld.)    

- Als alle NAVO-lidstaten de doelstelling van 2% van het BBP voor Defensie halen, zou hun totale collectieve militaire koolstofvoetafdruk tussen 2021 en 2028, 2 miljard tCO2e bedragen. Dat is meer dan de totale jaarlijkse uitstoot van een groot olieproducerend land als Rusland.

- De militaire uitgaven van de NAVO stegen tussen 2021 en 2023 van 1,16 biljoen dollar naar 1,26 biljoen dollar, en het aantal landen dat vandaag voldoet aan de 2%-norm staat op elf. Als alle 31 lidstaten deze norm zouden halen, zou dit leiden tot een geschatte totale militaire uitgave van 11,8 biljoen dollar tussen 2021 en 2028.

- Met de 1,26 biljoen dollar die de NAVO in 2023 zal uitgeven aan Defensie, zou de onvervulde belofte van de meest vervuilende landen om 100 miljard dollar per jaar te spenderen aan het tegengaan van de klimaatcrisis, gedurende 12 jaar gefinancierd kunnen worden. 

- Als elke lidstaat aan de 2%-norm zou voldoen, zou de NAVO tegen 2028 naar schatting 2,57 biljoen dollar extra besteden aan militaire uitgaven. Dat is genoeg om gedurende zeven jaar te betalen voor wat het Milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) inschat als de kosten voor de aanpassing aan de gevolgen van klimaatverandering voor landen met een laag of gemiddeld inkomen.  

- Specifiek voor de Europese NAVO-leden komt het ene biljoen euro extra dat nodig is om de 2%-doelstelling voor militaire uitgaven te halen, overeen met het ene biljoen euro nodig om de ‘Green Deal’ van de EU te bekostigen.

Conclusie

Het is duidelijk dat de belangrijkste begunstigde van de NAVO-doelstellingen de wapenindustrie is, die inkomsten, winsten en aandelenkoersen ziet stijgen. De industrie lobbyt bovendien intensief om ervoor te zorgen dat deze winststromen permanent worden, door structurele verbintenissen op lange termijn te eisen voor wapenproductie en door milieuregulering te beperken. En het lobbywerk werpt vruchten af, zoals ook dit jaar blijkt uit de ‘EU Act in Support of Ammunition Production’ (ASAP), het ‘Defence Production Action Plan’ van de NAVO, en de gulle steun van de regering Biden voor de wapenproductie.

De wapenexport naar landen buiten de NAVO zal ook gestimuleerd worden, omdat de oorlogseconomie al naar afzetmarkten zoekt voor het tijdperk na de oorlog in Oekraïne.

Uit een analyse van de wapenexport van de NAVO-landen blijkt dat die op dit moment naar 39 van de 40 meest klimaatgevoelige landen ter wereld gaat. Van deze landen zijn er 17 in een gewapend conflict verwikkeld, 22 hebben een autoritair regime, 26 scoren laag wat indicatoren voor menselijke ontwikkeling betreft, en op 9 van deze landen rust zelfs een wapenembargo van de VN of de EU. De wapenexport van de NAVO-landen voedt conflicten en onderdrukking op een moment van klimaatafbraak, en de NAVO-doelstellingen -met alle gevolgen voor het milieu van dien- ontketenen een nieuwe wapenwedloop net nu de klimaatcrisis verergert. 

Dit alles leidt tot meer broeikasgasuitstoot en voert middelen weg van de toch al schromelijk ontoereikende klimaatcrisisfinanciering. Het is een politieke afleiding van de grootste veiligheidscrisis waar de mensheid ooit mee te maken heeft gehad: de ineenstorting van het klimaat. Uiteindelijk kan geen enkele sector aanspraak maken op een 'uitzonderingspositie' ten opzichte van radicale klimaatmaatregelen, en al zeker het leger en de wapenindustrie niet. De gemeenschappelijke veiligheid en zelfs het leven op aarde hangen af van slechts één doel - dringende klimaatactie, ondernomen door iedereen.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Thema
Land

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.


Source URL: https://vrede.be/nieuws/hoe-de-stijgende-militaire-uitgaven-van-de-navo-bijdragen-aan-de-afbraak-van-het-klimaat