Een kwakkel, een misverstand of sluipende besluitvorming? De VRT verspreidde het nieuws dat defensie de aankoop van 14 extra F35-gevechtsvliegtuigen voorbereidt. Volgens andere bronnen gaat het om een misverstand als gevolg van een fout in de vertaling.
Het verslag van de betrokken Commissie in het parlement, bevestigt alleen dat de NAVO verwacht dat België over minstens 45 gevechtsvliegtuigen moet beschikken. Navraag bij de bron van het VRT-bericht leert dat er wel degelijk sprake is van de voorbereiding van het dossier voor een nieuwe aankoop volgend op de laatste levering (voorzien in 2029) van de reeds bestelde gevechtsvliegtuigen. De beslissing daartoe is niet voor onmiddellijk en zou moeten wachten tot de volgende legislatuur ergens in 2025/26. Wat de NAVO vraagt, zijn 11 extra toestellen, plus drie reservetoestellen, goed voor een bedrag van 1,2 miljard euro. Die komen bovenop de reeds contractueel vastgelegde aankoop van 34 toestellen waar een bedrag voor is uitgetrokken ter waarde van 3,8 miljard euro.
NAVO wil veel meer geld voor defensie
In het licht van de groeiende sociale noden is een extra smak geld van 4 miljard op de begroting defensie compleet absurd.
Het is duidelijk dat ons land, dat met een snel stijgend begrotingstekort kampt van 12 miljard euro, onder zware druk staat van de NAVO om zijn militaire financiële inspanningen sterk te verhogen. Het defensieplan dat de regering in de vorige legislatuur goedkeurde met daarin een enveloppe van 9,4 miljard aan militaire investeringen, is daar een eerste resultaat van. Maar voor de NAVO is dat lang niet genoeg. Op de NAVO-top in Wales (2014) is beslist dat de lidstaten er zich toe engageren om te streven naar een defensiebudget van 2% van het BBP. Ons land is daar zelfs met de afspraken van de vorige regering, nog lang niet. Moest België daar vandaag aan tegemoet komen, dan zou dat een extra smak geld van om en bij de 4 miljard op de begroting defensie betekenen. In het licht van de groeiende sociale noden is dat compleet absurd. Bovendien trok de stafchef van het Belgisch leger in oktober vorig jaar aan de alarmbel met de boodschap dat er de komende jaren een extra injectie in het militair apparaat nodig is van 2,4 miljard om de ‘normale werking’ van ons leger te garanderen en de militaire pensioenen te kunnen betalen.
De vraag die zelden wordt gesteld is waarom – in het licht van de wereldwijde militaire verhoudingen — de Europese NAVO-lidstaten tientallen miljarden euro extra in hun militaire budgetten moeten pompen. Nu al is het gecombineerde NAVO-budget goed voor 987 miljard dollar of 55 procent van de wereldwijde militaire uitgaven. Ter vergelijking, het Russische defensiebudget (61 miljard dollar) is goed voor slechts 6 procent van dat van de NAVO. Sinds de afspraken in Wales stijgt het NAVO-budget jaarlijks met gemiddeld 4 procent of 91 miljard dollar meer (in 2019) in vergelijking met 2015. Meer dan de helft van de stijging staat op conto van de Europese lidstaten en Canada. Als we kijken naar de luchtgevechtscapaciteit, dan zien we dat de NAVO ook daar superieur is. Anno 2020 beschikken de NAVO-lidstaten over ruwweg 3.700 gevechtsvliegtuigen. Zelfs zonder de VS is de Europese capaciteit met 1.600 toestellen bijna dubbel zo groot als die van Rusland.
“Nieuwe” Koude Oorlog
Niet alleen de stijgende NAVO-budgetten en de forse militaire investeringen doen terugdenken aan de periode van de Koude Oorlog. 75 jaar na de atoomaanvallen op Hiroshima en Nagasaki worden afspraken en verdragen over nucleaire ontwapening de prullenmand ingegooid. Alle kernwapenstaten zijn gestart met forse investeringen in de “modernisering” van hun kernwapenarsenalen. De VS alleen al voorzien 1.200 miljard dollar aan nucleaire investeringen de komende dertig jaar.
Het is moeilijk vol te houden, zoals NAVO-Secretaris-Generaal Jens Stoltenberg beweert, dat deze massale troepenontplooiing niet gericht is tegen Rusland.
De “nieuwe” Koude Oorlog laat zich ook op het terrein voelen. Op dit ogenblik zijn de voorbereidingen van de grootste militaire manoeuvres in NAVO-verband sinds 1983 bezig, Defender Europe 20 gedoopt. Daaraan nemen 37.000 troepen uit 18 landen deel en zijn ook twee NAVO-partners (Georgië en Finland) bij betrokken. Het gros van de troepen (20.000 manschappen) wordt ontscheept in Europese lucht- en zeehavens, samen met een 500-tal Amerikaanse tanks, ander zwaar wapentuig en duizenden voertuigen. De haven van Antwerpen speelt een cruciale rol. Het gaat om echte war games die in Polen en de Baltische staten zullen plaatsvinden, waarbij de NAVO zowel de militaire infrastructuur als de commandostructuren en bevoorradingsroutes wil testen. Het is moeilijk vol te houden, zoals NAVO-Secretaris-Generaal Jens Stoltenberg beweert, dat deze massale troepenontplooiing niet gericht is tegen Rusland. De confrontatiepolitiek met Rusland sinds 2014, zorgt er wel voor dat we in een nieuwe wapenwedloop zijn terechtgekomen. Ook Rusland (en China) plannen grote militaire investeringen.
Zorgen meer wapens voor meer veiligheid?
Dat brengt ons bij de tweede vraag die te weinig wordt gesteld. Komt een dergelijke militarisering tegemoet aan meer veiligheid? Mij dunkt van niet. Een wapenwedloop zorgt eerder voor een groeiend wederzijds wantrouwen tussen de grootmachten en daarmee neemt ook de dreiging op een echte confrontatie toe.
De diplomatie lijkt dus meer en meer het onderspit te moeten delven. Daarbij is de nefaste rol van de erg invloedrijke wapenindustrie niet te onderschatten. In Europa zijn we er de jongste jaren getuige van hoe zij er in slagen om de politieke agenda te beïnvloeden, met als resultaat dat voor het eerst in de geschiedenis miljarden euro Europees geld zullen worden gestopt in militair onderzoek en ontwikkeling, en gezamenlijke bewapeningsprogramma’s.
Een fundamenteel veiligheidsdebat die naam waardig, ontbreekt in ons land.
In de VS verloopt het al jaren niet anders. De waarde van de aandelen van Lockheed Martin bijvoorbeeld, de producent van de F35, is de afgelopen vijf jaar verdubbeld. De wapenindustrie spint garen bij de militarisering die de wereld al een paar jaar opnieuw in de greep heeft. Als de Amerikaanse president Trump er keer op keer op hamert dat de Europese NAVO-leden hun militaire budgetten en investeringen de hoogte moeten induwen, dan spreekt hij ook namens de wapenindustrie in zijn land, die zeker wat de Oost-Europese landen betreft, de grote bestellingen verder hoopt binnen te rijven.
Een fundamenteel veiligheidsdebat die naam waardig, ontbreekt in ons land. Dat geldt ook voor de andere NAVO-lidstaten. Dat militair bondgenootschap staat een echt veiligheidsbeleid, dat kijkt naar de oorzaken van gewelddadige conflicten en in eerste instantie werkt met politieke, sociale en economische instrumenten binnen een VN-kader, grondig in de weg. In de VS zien we hoe de militarisering noodzakelijke budgetten voor een sociaal- en milieubeleid wegsnoept en dat beleid de wapenindustrie met overheidsgeld spijst. Europa is ook dit pad ingeslagen, een doodlopend pad. Hoogtijd om het tij te keren, maar de politieke agenda’s lijken daar lang niet aan toe.
Dit opiniestuk verscheen op MO*
Meer over dit onderwerp vind je in het boek 'Weg van oorlog. Over militarisme en antimilitarisme' dat u als welkomstgeschenk krijgt als u zich lid maakt van Vrede vzw