Image
Tigray

Betoging tegen het escalerend militair conflict in Tigray, 9/11/2020, Washington DC; Beeld: Phil Pasquini, Shutterstock.com

Vredesakkoord in Tigray houdt voorlopig stand
Artikel
6 minuten

Na een verwoestende burgeroorlog die twee jaar duurde en resulteerde in honderdduizenden doden, miljoenen ontheemden en een hongersnood, ondertekenden de federale regering van Ethiopië en het Tigray Volksbevrijdingsfront (TPLF) op 2 november 2022 een vredesverdrag. Het verrassingsakkoord was het resultaat van vredesgesprekken die belegd waren door de Afrikaanse Unie. Tot dusver zijn de gevechten nog altijd gestaakt en beide partijen lijken dit zo te willen houden.

De burgeroorlog in Ethiopië brak op 3 november 2020 uit toen de Ethiopische premier Abiy Ahmed -die in 2019 nog de Nobelprijs voor de Vrede won voor zijn aandeel in het oplossen van het langdurige grensconflict met buurland Eritrea- besloot om de oppositiebeweging in Tigray, een regio langs de noordgrens van het land, met geweld neer te slaan.

Abiy Ahmed werd in april 2018 ingezworen als premier van Ethiopië. Vóór de verkiezing van Abiy werd de regering van Ethiopië gedomineerd door het Tigray Volksbevrijdingsfront (TPLF), dat het land feitelijk had bestuurd sinds 1991, toen het de krachten bundelde met andere gewapende groepen om de vorige regering omver te werpen. Abiy kwam aan de macht nadat hij erin geslaagd was om een heel aantal op etnische oorsprong gebaseerde partijen samen te voegen tot de zegevierende ‘Prosperity Party’. Het was een poging om komaf te maken met het etnisch federalisme dat heerste in het land. 

De TPLF sloot zich echter niet aan en het leiderschap ervan keerde terug naar Tigray, waar het zich concentreerde op het consolideren van zijn gezag in de regio en het inperken van de invloed van de Ethiopische regering en het leger. De spanningen tussen het TPLF en de regering van Abiy liepen echter gestaag op. In augustus 2020 waren er Ethiopische verkiezingen gepland, maar die werden uitgesteld door de COVID-19 pandemie. De TPLF beschouwde dit als een excuus en een verraad, en organiseerde haar eigen verkiezingen in de Tigray-regio. De centrale regering werd bijgevolg als onwettig beschouwd. Dit, in combinatie met de inbeslagname door de TPLF van militaire bases in Tigray, dreef Abiy ertoe om het Ethiopisch leger naar de regio te sturen.

Abiy kondigde de oorlog aanvankelijk aan als een ‘law and order’-campagne die volgens hem snel en zelfs zonder bloedvergieten zou verlopen. Maar de situatie ontaardde al snel in een moordzuchtig, grootschalig conflict waarin talloze wreedheden gepleegd werden, waaronder plunderingen, martelingen, slachtpartijen tegen burgers, groepsverkrachtingen, enz.

De humanitaire gevolgen in de regio waren desastreus. De federale regering ontzegde ongeveer zes miljoen mensen meer dan een jaar lang de toegang tot basisdiensten, waaronder elektriciteit, internet, telecommunicatie en bankdiensten. Meer dan 90% van de bevolking van Tigray had behoefte aan voedselhulp (een stijging van 80% in vergelijking met voor de oorlog). De aanvoer daarvan werd echter grotendeels tegengehouden en er was nog maar weinig hulppersoneel ter plaatse om wat wel arriveerde te verdelen onder de bevolking. 

Tijdens twee jaar van oorlog breidde het conflictgebied en het aantal participerende actoren aanzienlijk uit.

Beide strijdende partijen maakten zich bovendien schuldig aan intimidatie van en geweldpleging tegen hulpverleners. Ethiopië zette de operaties van verschillende internationale organisaties, zoals Artsen Zonder Grenzen (AZG) en de Noorse Vluchtelingenraad, stop. Ook de Verenigde Naties schroefde zijn personeelsbestand ter plaatse terug en in september 2021 zette Ethiopië zeven hoge VN-functionarissen, waaronder de landenhoofden van UNICEF en het VN-bureau voor de Coördinatie van Humanitaire Zaken, het land uit. 

Tijdens de afgelopen twee jaar van oorlog breidde het conflictgebied en het aantal participerende actoren aanzienlijk uit. De Ethiopische regering maakte gebruik van milities uit de Amhara-regio en stond de interventie toe van troepen uit het naburige Eritrea. De TPLF sloot bondgenootschappen met verschillende andere gewapende oppositiegroepen, zoals het Oromo Bevrijdingsleger, het Afar Revolutionair Democratisch Eenheidsfront, enz. Samen vormden deze gewapende groepen in november 2021 het Verenigd Front van Ethiopische Federalistische en Confederalistische Krachten (UFEFCF). Het Verenigd Front streefde naar het behoud van de grondwet van 1995 die het federalisme en het recht op zelfbeschikking waarborgt.

Eind juni 2021 heroverde de centrale regering Mekelle, de hoofdstad van Tigray. Kort daarop kondigde Abiy eenzijdig een staakt-het-vuren af, maar de TPLF bleef vechten. De Ethiopische troepen werden opnieuw uit Tigray verdreven, vervolgens richtten de oppositionele groepen hun aandacht zuidwaarts richting hoofdstad Addis Abeba. De Ethiopische regering kondigde daarop de noodtoestand af en moedigde burgers aan om de wapens op te nemen. Na een succesvol tegenoffensief van de regering, en vervolgens een reeks onderhandelingen met de TPLF, kondigde Ethiopië op 24 maart 2022 een humanitair bestand voor onbepaalde tijd af, om de levering van humanitaire hulp in Tigray mogelijk te maken. 

Eind augustus 2022 laaiden de gevechten echter terug op. Een snelle mobilisatie van allerhande troepen en strijders volgde. Na een aantal vredes- en bemiddelingsvoorstellen kwamen Ethiopië en het leiderschap in Tigray op 2 november -enigszins verrassend- tot een vredesakkoord. De overeenkomst werd ondertekend door Getachew Reda, een leider van het TPLF, en Redwan Hussien, de nationale veiligheidsadviseur van Abiy, in Pretoria, Zuid-Afrika. Het ging van kracht op 3 november, exact twee jaar na de start van de oorlog. 

De overeenkomst bevat een reeks bepalingen over de ontwapening van strijders en over de vrije doorgang van humanitaire hulpgoederen. Sinds kort kunnen de meer dan 5 miljoen mensen in Tigray die dringend nood hebben aan voedselhulp dus eindelijk bereikt worden.

Met het oog op een permanente vrede is het akkoord slechts een eerste stap in wat waarschijnlijk nog moeilijke onderhandelingen zullen worden. De huidige vrede is precair. Krachten binnen en buiten Ethiopië kunnen het vredesproces nog doen ontsporen. Maar de betrokken partijen lijken vooralsnog de intentie te hebben om dit niet te laten gebeuren. 

De oorlog eiste ondertussen een heel zware tol. Volgens een rapport van de VN en de Internationale Commissie van Mensenrechtenexperts over Ethiopië (gepubliceerd in september 2022), maakten zowel regeringstroepen als strijders uit Tigray en Amhara zich sinds het begin van het conflict schuldig aan allerlei schendingen van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht. Veel van deze daden komen volgens het rapport neer op oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid.

Alle strijdende partijen hebben op ontstellende schaal seksueel geweld gepleegd tegen burgers. 

Zo vond het rapport redelijke gronden om aan te nemen dat de federale regering honger gebruikte als een oorlogswapen. De wanhopige omstandigheden leidden tot een toename van radeloze middelen om te overleven, zoals kinderhuwelijken en kinderarbeid, mensenhandel en transactionele seks. De Commissie stelde ook vast dat er sinds het begin van het conflict op ontstellende schaal seksueel geweld is gepleegd. Vrouwen en meisjes in Tigray werden bijzonder gewelddadig geviseerd door Ethiopische en Eritrese troepen en regionale milities. Troepen uit Tigray pleegden dan weer seksueel geweld tegen Amhara-vrouwen en -meisjes, en Eritrese vluchtelingen. Overlevenden worden geconfronteerd met de verwoestende langetermijngevolgen voor hun lichamelijke en geestelijke gezondheid.

Rapporten zoals het hier geciteerde en andere onderzoeken van mensenrechtenorganisaties zijn van cruciaal belang om conflicten, hun impact en hun mogelijke gevolgen (ook qua post-conflictbeleid) correct te kunnen inschatten, maar ze gaan zoals verschillende deskundigen opmerken vaak voorbij aan de voorgeschiedenis en meer bepaald aan de blijvende impact van het kolonialisme.  

De constructie van veel postkoloniale staten omvat een mix van etnische groepen waarvan de identiteit tijdens de koloniale periode doelbewust werd gepolitiseerd in een verdeel-en-heers-strategie die de Europese overheersing mogelijk en gemakkelijker maakte. Ook in Ethiopië, een land met meer dan 80 verschillende etnische groepen en een bevolking van meer dan 100 miljoen mensen (na Nigeria het Afrikaanse land met de grootste bevolking), blijven deze problematische dynamieken een grote rol spelen in de samenleving en de politiek (die er bewust op voortbouwt). Hoewel Abiy en de verschillende gewapende actoren in het land verantwoordelijk zijn voor de oorlog, hebben de voormalige koloniale machten zeker ook schuld aan het ontstaan van de huidige onstabiele omstandigheden, om nog maar te zwijgen van de impact van de historische economische Noord-Zuid-uitbuiting en de vlotte verkoop van wapens vanuit het Westen.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Land

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.