Op 5 november 2024 staan de kiezers in de Verenigde Staten voor de keuze tussen twee presidentskandidaten. De ene is nog genocidaler dan de andere, maar beiden verraden een diepe loyaliteit ten opzichte van Israël en een totale minachting voor Palestijnse levens.
Mensen die zich verbaasd afvragen hoe het kan dat de 'grootste democratie ter wereld' een genocide in Gaza steunt, zouden een blik moeten werpen op de geschiedenis. In de afgelopen eeuw hebben genocides meer dan honderd miljoen slachtoffers gemaakt - en Westerse democratieën, die zichzelf als anti-genocidaal bestempelen, hebben behoorlijk wat massaslachtingen gepleegd.
Het verwarren van Demos en Ethnos
Liberale historici hebben de neiging om genocides te beschouwen als aberraties, in strijd met de democratie, die zij op haar beurt afschilderen als in wezen vreedzaam, welwillend en absoluut antithetisch aan genocide. Ze schilderen genocides af als primitieve, onbeschaafde, barbaarse, in wezen antimoderne gruweldaden die worden uitgevoerd door achterlijke en kwaadaardige politieke krachten.
Zoals Michael Mann, schrijver van ‘The Dark Side of Democracy’, het standpunt van deze liberale historici sardonisch formuleert: “Geef de politici, de sadisten, de vreselijke Serviërs (of Kroaten) of de primitieve Hutu's (of Tutsi's) de schuld - want hun daden hebben weinig met ons te maken".
In werkelijkheid is het zo dat genocides hand in hand zijn gegaan met de opkomst van etno-nationalistische rijken en staten - waaronder de Verenigde Staten van Amerika. In sommige manifestaties is genocide zelfs inherent aan de moderne natiestaat, waarvan het etno-nationalistische karakter, tot het uiterste gedreven, de uitroeiing noodzakelijk maakt van etnische groepen die worden gezien als obstakels voor etnische hegemonie binnen een samenleving die vastbesloten is om haar schijnbaar naadloze raciale weefsel te behouden.
Niet alleen zijn genocides uitdrukkelijk modern - Raphael Lemkin, die de term bedacht, gebruikte hem om “een oude praktijk in zijn moderne gedaante” te definiëren - maar ze worden vaak uitgevoerd door staten die zichzelf als democratisch definiëren.
Volgens Mann is etnische zuivering door democratieën “het gevolg van de verwarring tussen de uit het Oudgrieks stammende termen Demos [in politieke context wordt dit woord gebruikt om de uitoefening van macht door het volk te omschrijven, d.w.z. democratie] en Ethnos [volk, etnische groep]... Dit is het resultaat van complexe interacties tussen leiders, militanten en etno-nationale kerngroepen”. Je zou deze verwarring bijvoorbeeld gemakkelijk kunnen toepassen op het geprojecteerde beeld dat Israël 'Joods en democratisch' is.
De gevaarlijke verwarring tussen de twee termen heeft geleid tot genocidale wreedheden, van de genocide op de Indianen in de VS tot de Holocaust in Europa en de genocide in Bosnië. VS-leiders probeerden hun genocidale daden te rechtvaardigen door zich te beroepen op nationale belangen en liberale en democratische idealen.
Voetsporen van ‘beschaving’
De stichters en presidenten van de VS keurden genocide goed in naam van de beschaving. Thomas Jefferson -de derde president van de VS, die tijdens zijn leven meer dan 600 slaven bezat- verklaarde dat de “barbaarsheden” van de inheemse volkeren “uitroeiing rechtvaardigden”. Een eeuw later zei president Theodore Roosevelt dat “uitroeiing uiteindelijk even heilzaam was [voor de inheemse Amerikanen] als onvermijdelijk”.
In navolging van de VS verklaarde SS-leider Heinrich Himmler, die de belangrijkste opdrachtgever was van de genocidale pogroms van nazi-Duitsland, en als zodanig erkend en benoemd werd door de Verenigde Staten: “Het is de vloek van grootsheid dat het over dode lichamen moet stappen om nieuw leven te creëren”.
Vergelijkbare justifiërende verklaringen hebben andere genocidale daden mogelijk gemaakt die werden uitgevoerd of gefaciliteerd door VS-strijdkrachten, voornamelijk buiten hun nationale grenzen en vaak in samenwerking met andere Westerse democratieën. Denk aan het platbombarderen van Dresden, het droppen van de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki, het intensief gebruik van Napalmbommen op het Vietnamese platteland, het bombarderen van Cambodja, de 'geheime' rol van de VS in de Rwandese genocide en nu de medeplichtigheid aan Israëls decimering van Gaza.
Deze daden zijn altijd gesteld in naam van de 'beschaving'. Het verlichte Frankrijk slachtte meer dan een miljoen Algerijnen af in naam van de beschaving - zijn ‘Mission Civilisatrice’ gaf het meer dan een eeuw lang een coherente rechtvaardiging voor koloniaal geweld en etnische zuiveringen. Zoals Benjamin Netanyahu, een genocidale oorlogsmisdadiger die gezocht wordt door het Internationaal Strafhof, verklaarde voor het VS-congres: “Het is een botsing tussen barbarij en beschaving”.
De tragische ironie is dat dit versleten argument van de 'beschavingsmissie', gepropageerd door genocidale regimes verbonden aan het 'beschaafde' Westen, van genocide een intrinsiek deel heeft gemaakt van wat wij verstaan onder 'moderne beschaving'. Zoals Mann concludeert: “Moorddadige etnische zuiveringen zijn een centraal probleem van onze beschaving, onze moderniteit, onze opvattingen over vooruitgang en onze pogingen om democratie in te voeren... moorddadige etnische zuiveringen komen voort uit onze beschaving…”.
Het uitwissen van cultureel pluralisme
Verschillende historici hebben genocide teruggevoerd tot de modernisering in Groot-Brittannië, het settler-kolonialisme, de moderne staat, het nationalisme of de opkomst van het kapitalisme. In al deze ontelbare verschijningsvormen is genocide een doelbewust instrument geweest van de natiestaat en zijn verlangen om nationale soevereiniteit en etnische homogeniteit te creëren. Het is onlosmakelijk verbonden met het begrip ethnos, of volk, en wordt vaak gepleegd in naam van het volk (natie/etnische groep).
De genocides van de twintigste en eenentwintigste eeuw zijn gebaseerd op moderne mythen en mythologieën, verzonnen tradities en gevaarlijke ideologieën over ras en natie. Met andere woorden, de aanspraken van de moderne natiestaat op het monopolie op soevereiniteit, gekoppeld aan zijn territoriale ambities, hebben het verlangen gecreëerd om de culturele pluraliteit van de oude rijken uit te wissen.
De Armeense genocide werd bijvoorbeeld niet gepleegd door het stervende Ottomaanse Rijk, maar door de modernistische en hervormingsgezinde Jong-Turkse regering, die etno-nationalistisch van aard was. En denk aan Palestina vóór het zionisme, dat bestond uit een brede mozaïek van Arabieren, Joden, christenen, moslims, Armeniërs, Circassiërs, en zelfs Joodse Palestijnen. De etnische zuivering van Palestina, die de zionistische leiders noodzakelijk achtten, is een integraal onderdeel en een beoogd resultaat van de wens van het politiek zionisme om in Palestina een puur joodse staat te creëren.
Economische macht en de wil om te vernietigen
De geschiedenis leert ons onomwonden dat moderne genocide wordt uitgevoerd met moderne wapens en vaak wordt gefaciliteerd door een alliantie van democratische regeringen, bureaucratieën, media en een complex netwerk van defensie-industrieën, Big Tech, bedrijfs- en lobbybelangen, en geld in de politiek.
Het gebeurt wanneer de etno-nationalistische staat genoeg economische en militaire macht accumuleert om een plotselinge en overweldigende kracht in te zetten tegen de ongewenste etnische groep. Janet Yellen, de VS-minister van Financiën, drukte deze economische realiteit duidelijk uit toen ze verklaarde: “We kunnen het ons zeker veroorloven om achter Israël te staan en Israëls militaire behoeften te ondersteunen”.
Deze factoren verklaren gedeeltelijk waarom de regering Biden niet bereid is of in staat is om de reeds één jaar durende en aanhoudende genocide van Israël in Gaza te stoppen. Daarbij zijn nu al meer dan vijftigduizend mensen, de meerderheid vrouwen en kinderen, gedood. De Verenigde Staten is medeplichtig aan deze genocide in Gaza, niet ondanks zijn democratisch karakter, maar voornamelijk omwille ervan.
Zoals VS-diplomate en academica Samantha Power ooit opmerkte: “De Verenigde Staten heeft in zijn geschiedenis nog nooit ingegrepen om genocides te stoppen en heeft er zelfs zelden een punt van gemaakt om genocides te veroordelen op het moment dat deze plaatsvonden”. De VS heeft een duistere geschiedenis van het door de vingers zien van genocides, maar ook van medeplichtig zijn aan of het plegen ervan - van de Holocaust tot Rwanda.
Maar de medeplichtigheid aan de genocide in Gaza is de donkerste tot nu toe, die wordt uitgevoerd met een sterk ‘democratisch’ mandaat van de twee partijen in de VS, en in stand gehouden door de grassroots anti-oorlogsbewegingen in het land streng te onderdrukken.
Zoals de voormalige Britse diplomaat Craig Murray het onlangs verwoordde: “Niet alleen is het Westen medeplichtig aan de genocide in Palestina, de heersende klasse van het Westen is zo bang voor haar eigen burgers dat ze nu bereid is om haar eigen burgers te vervolgen ter ondersteuning van die genocide”.
Zonder fundamentele hervormingen van zijn democratisch systeem en instellingen, is het moeilijk te zien hoe de Verenigde Staten van koers zou kunnen veranderen wat genocides betreft.
Dit vertaalde artikel verscheen eerder in het magazine 'Red Pepper'.