De wapenindustrie kan alleen floreren als er oorlogen zijn, bij voorkeur langdurige, destructieve impasses in verre oorden.
Hoewel de meesten het ermee eens zouden zijn dat er niet zoiets bestaat als een 'goede oorlog', zouden degenen die een berekende kijk hebben op de zaak kunnen stellen dat zoiets een snelle overwinning betekent met minimale verliezen aan eigen kant en een zodanig verslagen andere kant dat die in de toekomst maar weinig problemen meer kan stellen. Een 'perfecte oorlog' zou er dus een kunnen zijn waarbij er sprake is van capitulatie en volledige overgave zonder dat er een schot is gelost.
De wapenhandelaars in de wereld houden er echter een vernietigend andere kijk op na. Hun belangrijkste functie -net als die van elke andere industriële onderneming met aandeelhouders in een kapitalistisch systeem- is geld verdienen voor de aandeelhouders en tegelijkertijd zorgen voor fatsoenlijke salarissen en nog aanzienlijkere bonussen voor de CEO en collega's in kaderfuncties. Voor hen is een ‘perfecte oorlog’ een conflict dat ontaardt in een gewelddadige patstelling die een onverzadigbare vraag creëert naar wapens en de vervanging van versleten uitrusting, terwijl elke partij tegelijkertijd voortdurend probeert haar wapens en tactieken te verbeteren.
Winst wordt boven levens geplaatst, hoewel het aantoonbaar beter is als de oorlog relatief weinig slachtoffers maakt zodat de publieke steun hoog blijft en de oorlog -en het geld dat het oplevert- kan aanhouden. Een nog ‘beter’ scenario voor een wapenhandelaar is het verkopen van wapens aan een ander land dat verwikkeld is in een eeuwigdurende oorlog waar het eigen land niet aan participeert. Zo mogelijk nog beter is als er aan beide partijen tegelijkertijd wapens verkocht kunnen worden.
Als we deze redenering nu eens doortrekken naar de echte wereld van het begin van de 21e eeuw, dan komen we tot een aantal ongewone en verschrikkelijke resultaten. De door de VS geleide oorlog in Afghanistan duurde lang, en de 20 jaar van conflict hebben wapenhandelaars in veel landen zonder twijfel in staat gesteld om veel geld te verdienen, net zoals de kortere achtjarige oorlog in Irak. Beide oorlogen bleken thuis in de VS echter niet bijzonder populair en beide liepen uit op een catastrofaal einde, met honderdduizenden doden en twee verwoeste landen - maar de wapenhandelaars tekenden alsnog winst op.
Irak bleek een gecompliceerdere oorlog, waarbij ISIS snel verrees uit de chaos die de Westerse troepen achterlieten. Tegen 2014 had ISIS de controle over een groot deel van Noord-Irak en Syrië. Er werd gauw een door de VS geleide coalitie samengesteld om een intensieve luchtoorlog te organiseren in deze twee landen, met over een periode van vier jaar duizenden luchtbombardementen en aanvallen met kruisraketten, tot ISIS was lamgelegd.
Volgens 'AirWars' werden zo’n 30.000 doelwitten aangevallen, gebruikmakend van meer dan 100.000 raketten en geleide bommen. Ten minste 60.000 mensen werden gedood. Sommigen van hen zullen paramilitairen van ISIS geweest zijn, maar duizenden waren burgers van alle leeftijden. Afgezien van incidentele ongelukken, vielen er echter nauwelijks dodelijke slachtoffers onder westerse militairen. Er was ook weinig media-verslaggeving, behalve toen steden als Mosoel en Raqqa werden ingenomen, dus er was weinig publieke aandacht voor wat -vanuit westers perspectief- een succesvolle oorlog leek.
Maar zelfs over het zogenaamde 'succes' ervan valt te discussiëren, want er zijn nog steeds zo'n duizend VS-troepen in Noord-Syrië en nog veel meer in Irak, coalitietroepen voeren nog steeds luchtaanvallen uit in beide landen, en ISIS breidt zijn banden met gelijkgestemde islamistische paramilitairen uit over de Sahel en naar de Democratische Republiek Congo, Oeganda en zelfs Mozambique. Deze oorlog is nog steeds niet voorbij. De winsten blijven bijgevolg binnenrollen.
Er zijn over de hele wereld veel conflicten waar wapenhandelaars naar kijken met dollartekens in de ogen.
Om terug te komen op vandaag: er zijn over de hele wereld veel conflicten waar wapenbedrijven naar kijken met dollartekens in de ogen. Laten we beginnen met de Indo-Pacifische regio, waar veel nieuwe kansen liggen voor de wapenmarketing. De Chinese manoeuvres richting Taiwan gaan samen met de grotere militaire activiteit van de VS in de regio en stimuleren een ware wapenverkoop-bonanza in heel Zuidoost-Azië. Maleisië, Indonesië en de Filipijnen investeren allemaal fors in defensie, vooral in nieuwe zeemachten.
Meer naar het zuiden is Australië zijn militaire strategie nauw aan het integreren met de Verenigde Staten en Groot-Brittannië in het AUKUS-programma dat nieuwe, nucleair aangedreven aanvalsonderzeeërs omvat. En verder naar het westen ontwikkelt zich een kleine wapenwedloop tussen India en Pakistan, die momenteel beide investeren in nieuwe generaties luchtverdedigingsraketten. Volgens ‘Jane's Defence Weekly’ zijn de belangrijkste nieuwe wapens van Pakistan de Russische geavanceerde S-400 langeafstandsraketten die vanop land gelanceerd worden.
India heeft ondertussen onenigheden met China en is ook bezorgd over wat het beschouwt als te nauwe banden tussen China en Pakistan. India heeft zich ook ingekocht in het S-400 systeem, maar koopt ook Barak-8 luchtdoelraketten voor de middellange afstand aan van Israël.
Wat China zelf betreft, hadden mensen van de Chinese versie van het militair-industrieel complex tot nog toe bijna geen rol gespeeld in het nationaal leiderschap, maar dat is veranderd in het kielzog van president Xi Jingpins herverkiezing voor een historische derde termijn: vijf nieuwe leden van het politbureau komen uit de militaire sector. China mag dan wel een hybride staatskapitalistische economie zijn, individuele bedrijven zijn nog steeds uit op zakelijk succes en hun eigen welzijn.
En dan is er de oorlog van Rusland in Oekraïne, die zowel lang als wreed blijkt te zijn, met veel catastrofes en een groot verlies aan mensenlevens. Drie weken na het Oekraïense tegenoffensief in de Donbas-regio bleek het aantal slachtoffers aan beide kanten groot. Het lijkt erop dat het offensief er waarschijnlijk niet in zal slagen om Rusland tot bepaalde voorwaarden te dwingen.
De Russische militaire sector is meer dan in staat gebleken om grote hoeveelheden artillerie en munitie te blijven produceren en de leiders hebben geleerd van een aantal van hun vroege fouten. Poetin heeft nog steeds de touwtjes stevig in handen, hoewel zijn positie van de ene op de andere dag zou kunnen veranderen.
Oekraïne blijft ondertussen veel wapens, munitie en materieel van de NAVO ontvangen, hoewel een deel van de leveringen traag op gang komt, vooral de felbegeerde F-16 straaljagers laten op zich wachten. De oorlog kan nog jaren duren, in plaats van maanden - ideale omstandigheden voor wapenbedrijven om te profiteren.
Veel van de leiders in de wapenindustrie kiezen er misschien voor om zichzelf te zien als patriottische beschermers van hun land. Maar het systeem waarin ze opereren roept echte ethische vragen op, die weinigen lijken te willen beantwoorden.
Terwijl het conflict in Oekraïne zich langzaam beweegt richting een 'perfecte oorlog', zullen er meer mensen sterven, meer steden en dorpen met de grond worden gelijkgemaakt - wat allemaal simpelweg gezien zal worden als nevenschade (‘collateral damage’) van onze wereldwijde oorlogscultuur.
Dit vertaalde artikel verscheen eerder op OpenDemocracy.net