Voorafgaand aan de recente Duitse budgetverhoging voor Defensie besteedden wapenbedrijven 6 miljoen euro aan lobbywerk. Dit nieuws doet vragen rijzen over de toegang van de industrie tot de politieke macht, met invloedrijke politici waarvan bekend is dat ze samenwerken met vertegenwoordigers van wapenbedrijven op hoog niveau.
Op 27 februari, vier dagen na de illegale Russische invasie van Oekraïne, kondigde de Duitse bondskanselier Olaf Scholz aan dat het Defensiebudget van het land verhoogd zou worden tot meer dan 2% van het Bruto Binnenlands Product (BBP) en dat er dit jaar 100 miljard euro geïnvesteerd zou worden in een eenmalig speciaal fonds voor de gewapende strijdkrachten.
De budgetverhoging werd gekaderd als een reactie op de oorlog, maar zat al maanden in de pijplijn.
Hoewel dit besluit gekaderd werd als een reactie op de oorlog in Oekraïne, zat het al maanden in de pijplijn. Het Duits ministerie van Defensie drong in oktober 2021 al aan op een 'speciaal fonds' van 102 miljard euro voor de gewapende strijdkrachten. Dit werd toendertijd verworpen door de nieuwe regeringscoalitie.
In februari werd het financieringsverzoek van het ministerie van Defensie herverpakt en gepresenteerd als noodzakelijk in het licht van Vladimir Poetins invasie. Op de dag dat de budgetverhoging werd aangekondigd kon ze rekenen op overweldigende partij-overschrijdende steun en een staande ovatie in het parlement. Tegelijk schoten de aandelenkoersen van de wapenbedrijven de lucht in.
Achter de schermen dringen wapenbedrijven er al lang bij Duitsland op aan om zijn militaire uitgaven te verhogen. Volgens het lobbyregister van het Duits parlement hebben veel van de bedrijven die nu rechtstreeks zullen profiteren van de stijging van het Defensiebudget -waaronder Airbus, Hensoldt, Krauss-Maffei Wegmann (KMG), Leonardo, Lockheed Martin, Rheinmetall en ThyssenKrupp- sinds 2020 samen meer dan 6,4 miljoen euro uitgegeven aan het lobbyen bij politici. Gevraagd om hierop te reageren, verklaarde een regeringswoordvoerder dat “de regering onafhankelijk en naar eigen wil handelt”.
Directe toegang tot macht
Deze 6,4 miljoen euro is waarschijnlijk slechts het topje van de ijsberg, aangezien de wapenindustrie een overvloed aan lobbystrategieën gebruikt. Deze omvatten het samenbrengen van invloedrijke politici en hoge vertegenwoordigers van de industrie in structuren die bekend staan als 'Gesellschaften', die in wezen fungeren als lobbyverenigingen. De drie meest invloedrijke verenigingen in de defensiesector zijn de 'Förderkreis Deutsches Heer' (FKH), 'Deutsche Gesellschaft für Wehrtechnik' (DWT) en 'Gesellschaft für Sicherheitspolitik' (GSP).
Van de 38 mensen in de Commissie Defensie van het Duits parlement, zijn tenminste 7 leden -waaronder de huidige voorzitter en ondervoorzitter, plus een vroegere voorzitter- lid van één of meerdere van deze verenigingen. Op die manier heeft de wapenindustrie een geprivilegieerde toegang tot de wandelgangen van de politieke macht.
De voorzitter van de Parlementaire Commissie Defensie, Marie-Agnes Strack-Zimmermann, van de centrumrechtse, liberale 'Freie Demokratische Partei', zit in het bestuur van DWT. In hetzelfde bestuur zetelt Lockheed Martins vice-directeur voor Centraal- en Oost-Europa, Dennis Göge, die nog als adviseur gewerkt heeft voor het Duits ministerie van Defensie.
De afgelopen maanden heeft Strack-Zimmermann er met succes op aangedrongen dat Duitslands Tornado gevechtsvliegtuigen vervangen zouden worden door F-35's van Lockheed Martin. Dit was verrassend, aangezien heel wat Duitse en EU-politici de Eurofighter publiekelijk gesteund hadden als de enige vervanger van de Tornado’s.
In 2019 veroorzaakte het debat hierover opschudding in de regering, toen breed gerapporteerd werd dat het hoofd van de Duitse luchtmacht, Karl Müllner, ontslagen was door de toenmalige Defensieminister Ursula von der Leyen, omdat hij te uitgesproken voor de F-35 was. Dat de Duitse regering vorige maand haar beslissing aankondigde om de F-35 aan te kopen, demonstreert dus misschien wel de invloed die het Amerikaans bedrijf heeft op de Duitse besluitvormers.
Strack-Zimmermann en het ministerie van Defensie wensten niet te reageren op de verzoeken van de nieuwssite OpenDemocracy naar commentaar.
Terwijl von der Leyen ondertussen de voorzitter van de Europese Commissie geworden is, maakte Karl Müllner recent een comeback als lobbyist voor niet nader bekendgemaakte defensiebedrijven.
Dirk Niebel, die van 2009 tot 2013 minister van Economische Samenwerking en Ontwikkeling was, is nu de belangrijkste lobbyist voor het Duitse wapenbedrijf Rheinmetall, een andere zeer waarschijnlijke grote winnaar van de stijgende militaire uitgaven.
Europa’s militarisering
Op Europees niveau lijken de wapenlobbyisten ook het oor te hebben van zij die de wandelgangen van de macht in Brussel bevolken. Het bedrag dat de wapenindustrie spendeert aan lobbywerk in de EU verdubbelde bijna tussen 2012 en 2017. Sindsdien is er een enorme stijging van de Europese militaire uitgaven opgetreden.
De lobbyisten lijken ook het oor te hebben van zij die de wandelgangen van de macht in Brussel bevolken.
Defensiebudgetten dikken aan: een nieuw Europees Defensiefonds van 8 miljard euro zal voor het eerst openbaar EU-geld ter beschikking stellen voor onderzoek en ontwikkeling van hoogtechnologisch militair materiaal, terwijl de Orwelliaans klinkende Europese Vredesfaciliteit -een off-budget initiatief dat buiten de controle van het Europees Parlement valt- de levering van dodelijke wapens naar landen buiten de EU financiert.
De reactie op de oorlog in Oekraïne is in de eerste plaats een gemilitariseerde en er zijn grote hoeveelheden gesofisticeerde wapens gestuurd. Dit gebeurde op basis van beleid dat ontwikkeld werd als resultaat van het lobbyen en zich positioneren als experten door de wapenindustrie. Het is zeer waarschijnlijk dat deze trend zich tijdens de oorlog verder zal verankeren, met wapenbedrijven die dit als een opportuniteit zien om niet alleen hun winsten op te krikken, maar ook hun rollen te verstevigen als belangrijke en noodzakelijke expertadviseurs rond Europa's veiligheidsstrategie.
100 miljard betere ideeën
Militaire uitgaven maken de eigenaars van wapenbedrijven rijker, maar zullen ons niet veiliger maken. Nu we het derde jaar van de pandemie ingaan -en na veel talmen- heeft de Duitse regering eindelijk 1 miljard euro aan bonussen voor gezondheidswerkers goedgekeurd. Dit bedrag ziet er nu belachelijk uit in vergelijking met wat het leger zal ontvangen.
Het is om dit soort redenen dat activisten eind maart op straat kwamen in heel Duitsland om te protesteren tegen deze ongeziene stijging van de militaire uitgaven door '100 miljard betere ideeën' te presenteren waaraan dit geld besteed zou kunnen worden. Suggesties omvatten investeringen in gezondheidszorg, een rechtvaardige klimaattransitie, zoek- en reddingsmissies voor vluchtelingen op zee, enzovoort. In het belang van een vreedzame en veilige toekomst, moeten we ons verzetten tegen militarisme en in de plaats daarvan prioriteit geven aan deze ideeën.
Dit artikel verscheen eerder op OpenDemocracy.net