Sinds er video’s opdoken van de chaotische terugtrekking van de Amerikanen en van drommen Afghanen die op de vlucht slaan voor de oprukkende Taliban, trekken alsmaar meer mensen in twijfel of het VS-leger wel moet vertrekken.
De VS zou de Afghanen in de steek laten. Op een bepaalde manier is dat ook zo, maar niet door een jarenlang aanhoudende illegale oorlog en bezetting te beëindigen, eerder door initieel binnen te vallen, krijgsheren en criminelen die al heel wat op hun kerfstok hadden te bewapenen en te financieren om ze in te zetten in de oorlog, vele tienduizenden burgers te doden in luchtaanvallen, een door en door corrupt pro-Amerikaans regime te installeren dat bevolkt werd door in de VS-opgeleide marionetten en krijgsheren die beloond moesten worden voor hun oorlogsinspanningen, enz.
Taliban-opmars
Twintig jaar nadat ze van de macht verdreven werden door de VS, namen Taliban-strijders op zondag 15 augustus opnieuw de Afghaanse hoofdstad Kaboel in, waar ze zich tegen de avond installeerden in het presidentieel paleis, de ‘Arg’, de historische zetel van de centrale macht.
President Ashraf Ghani, was het land eerder die dag ontvlucht -volgens de Russische ambassade met een aantal wagens vol cash- en Amerikaanse burgers trokken in paniek naar de luchthaven van Kaboel in een poging het land zo snel mogelijk te verlaten. Een menigte Afghanen, wanhopig om weg te geraken, verzamelde op de landingsbaan. In de onrust kwamen 7 Afghanen om. De in beeld gebrachte chaos van de VS-aftocht was hallucinant.
De machtsovername van de Taliban stond al een tijdje in de steigers. In mei hadden Taliban-strijders een offensief gelanceerd dat hen bijna heel ruraal Afghanistan en de belangrijkste grensovergangen leverde. Deze maand drongen ze de stedelijke gebieden binnen en in de 14 dagen voor ze Kaboel bemachtigden, veroverden ze alle provinciehoofdsteden van Afghanistan.
De machtsovername van de Taliban stond al een tijdje in de steigers.
Vorige week vrijdag namen ze de tweede en derde grootste steden van het land in, respectievelijk het zuidelijke Kandahar en het westelijke Herat. Zaterdag was de noordelijke stad Mazar-i-Sharif aan de beurt. In de vroege uren van zondagochtend veroverden ze in het oosten Jalalabad -op de hoofdstad na, de laatste stad in regeringshanden- en de nabijgelegen grensovergang met Pakistan.
Dat alles ineens zo snel zou gaan, was niet voorzien. Zelfs de Taliban-militanten waren verbaasd over de vaart die de gebeurtenissen plots namen, zoals bevestigd werd door Taliban-leider Mullah Abdul Ghani Baradar in een videostatement gepost op zondagavond.
Toespraak Biden
Na een zoveelste radiostilte van president Biden terwijl er zich cruciale gebeurtenissen afspelen rechtstreeks verbonden aan het VS-beleid, gaf hij maandagnamiddag 16 augustus eindelijk een toespraak over de situatie in Afghanistan.
Daarin werden geen nederlaag of begane fouten toegegeven, laat staan dat de noodzaak erkend werd van een grondige analyse van het verloop van en de besluitvorming tijdens de oorlog. Wel bestendigde hij voor een groot deel het bedrieglijke Afghanistan-discours waar het Amerikaanse volk al twee decennia mee geconfronteerd wordt.
Eerst en vooral beweerde hij dat Afghanistan binnengevallen werd omdat het Amerika aangevallen had op 11 september 2001. Dat is niet correct. Het was Al-Qaeda, een niet aan een bepaalde staat gebonden islamistische terroristische organisatie die de aanslagen pleegde. Als de aanslagen al gelinkt moeten worden aan een land, dan is dat niet Afghanistan, maar VS-bondgenoot Saoedi-Arabië, waar 15 van de 19 daders en het ‘brein’ van de operatie, Osama Bin Laden, vandaan kwamen.
President Biden stelde in zijn toespraak dat de VS militair moest ingrijpen in Afghanistan om “af te rekenen met Osama Bin Laden” (die er in 2001 verbleef) en dat na deze “overwinning”, besloten werd om in het land een “democratie op te bouwen”. In de praktijk kwam dit neer op de creatie van een cliëntstaat.
De werkelijke motivatie van de VS om militair in Afghanistan te blijven was niet het installeren van 'democratie' (of het garanderen van 'vrouwenrechten'), maar het faciliteren van een regime en een militaire macht die loyaal is aan de Amerikaanse politieke en economische belangen, op een geostrategisch belangrijke plaats. De controle over Afghanistan zou de VS toegang verschaffen tot de Kaukasus in het noorden, tot Iran in het westen en tot China in het Oosten. Altruïsme komt niet in het stuk voor. Democratische natie-opbouw wordt in deze strategie louter gezien als een middel om het doel te bereiken.
Voorgeschiedenis
De VS geraakte reeds lang vóór 9/11 voor het eerst betrokken bij Afghanistan. In de jaren 1970, in volle koudeoorlogscontext, was de Afghaanse communistische partij aan de macht gekomen. Fundamentalistische islamistische groepjes, die in de jaren 1960 ontstaan waren onder de misnoegde stedelijke jeugd, kondigden onmiddellijk een jihad (heilige oorlog) af tegen de ‘satanische’ communistische regering.
De verzetsgroepen waren aanvankelijk klein en hun acties ongecoördineerd, maar toen de Sovjet-Unie Afghanistan in december 1979 binnenviel, kreeg het islamistisch verzet een nationalistische dimensie, waardoor het aan populariteit won. Moslims werden in de bredere regio gerekruteerd om in Afghanistan te komen vechten. De fundamentalistische verzetsstrijders (moedjahedeen), die vanuit uitvalsbasis Pakistan opereerden, werden gesteund door buitenlandse machten zoals Saoedi-Arabië, Pakistan én de VS.
Volgens de Nationale Veiligheidsadviseur van toenmalig VS-president Carter en tevens spilfiguur achter het Amerikaans steunprogramma, Brzezinski, besloot de inlichtingendienst CIA al 6 maanden voor de Sovjet-invasie om het fundamentalistisch verzet van fondsen te voorzien.
Toen de Sovjet-tanks Afghanistan effectief binnenrolden, werden ook de wapenleveringen opgestart. Van 1979 tot 1989 zou de CIA de moedjahedeen onder de codenaam 'Operation Cyclone' bewapenen, trainen en financieren.
Van 1979 tot 1989 werden de moedjahedeen via de CIA-operatie 'Cyclone' bewapend, getraind en gefinancierd.
Het overgrote deel van deze hulp kwam via de Pakistaanse inlichtingendienst (ISI) bij een aantal fundamentalistische leiders terecht die de volledige controle over de buitenlandse steun verkregen en veel invloed genoten in de vluchtelingenkampen langs de Pakistaans-Afghaanse grens. Een invloed die totaal niet in verhouding stond met de kleine aanhang die ze hadden bij de bevolking in Afghanistan, maar die hen uiteindelijk de kans gaf om uit te groeien tot belangrijke spelers in de post-communistische maatschappij.
De VS-inmenging had helemaal geen alternatieve politieke structuur voor ogen, maar was alleen gericht op het uitputten van de grote ideologische vijand, de Sovjet-Unie. Dat ondertussen een hele generatie fundamentalisten gekweekt werd, baarde de Amerikanen geen zorgen. Later zou één van de door de CIA gesteunde moedjahedeen-strijders zich ontpoppen tot 's werelds meest gezochte terrorist: Osama Bin Laden.
Organisaties als Al-Qaeda, en later ook de Islamitische Staat (IS) in Irak en Syrië, zijn als het ware monsters van Frankenstein die mede gecreëerd en aangesterkt werden door het buitenlands beleid van de VS dat vaak zodanig gefocust is op regimeverandering dat het aan zware tunnelvisie lijdt.
Verrassing?
In de Amerikaanse media wordt enorm verbaasd gereageerd op de vaart waarmee de Taliban de macht overnam in Afghanistan, na de plots eveneens snelle terugtrekking van de VS. Voor wie de ontwikkelingen in het land de voorbije 20 jaar wat gevolgd heeft en niet louter afging op de misleidende goed-nieuws-shows van de opeenvolgende VS-regeringen, is wat er vandaag gebeurt echter niet zo’n grote verrassing.
Ruim 10 jaar geleden werd de propaganda-bubbel al eens brutaal doorprikt door ex-soldaat Chelsea Manning die de ‘Afghan War Diary’ -tienduizenden geheime VS-documenten over de oorlog- doorspeelde aan de klokkenluiderssite WikiLeaks. Uit deze documenten bleek toen onder meer dat er veel meer burgerslachtoffers vielen dan officieel werd toegegeven, dat Amerikaanse speciale eenheden in Afghanistan geselecteerde individuen opspoorden om op te sluiten of te vermoorden zonder enige vorm van proces, en dat de Taliban veel sterker stond dan men officieel liet uitschijnen.
Het verzet tegen de buitenlandse aanwezigheid is de afgelopen twee decennia nooit volledig de kop ingedrukt. De oorlog tegen verzetshaarden bleef woeden en hoe langer de buitenlandse troepen in het land bleven, hoe meer het verzet kon uitbreiden, omdat het zich net als in de tijd van de Sovjet-invasie een elan van nationalistische bevrijder tegen buitenlandse bezetter kon aanmeten, wat sympathie opwekte bij een aanzienlijk deel van de bevolking. Veel Afghanen -ook tegenstanders van de Taliban- beschouwden de aanhoudende buitenlandse militaire bezetting immers als ongerechtvaardigd en brutaal.
De luchtoorlog van de VS en de NAVO, die vele tienduizenden Afghaanse burgerslachtoffers eiste, zorgde er mede voor dat het verzet nooit te kampen had met een gebrek aan rekruten. Op dit vlak was de VS-oorlog in Afghanistan simpelweg contraproductief.
Het feit dat Washington in 2018 uiteindelijk onderhandelingen opstartte met de Taliban met het oog op een vredesakkoord en een militaire terugtrekking uit het land, zegt genoeg over de machtspositie van de islamistische verzetsgroep. Dat sommige media nu reageren alsof de terugkeer van de Taliban plotseling uit de lucht komt vallen, lijkt wat vreemd, maar vergeet niet dat de VS-regering en de NAVO het publiek jarenlang systematisch hebben voorgelogen met positieve updates over de evolutie in Afghanistan.
Dat het kaartenhuisje in Afghanistan zou instorten, stond al lang vast, maar dat het zo snel zou gaan, lijkt ook de VS-autoriteiten te verrassen, zoals blijkt uit de paniekerige beelden van Amerikaanse ambassademedewerkers die zondagochtend nog vlug documenten trachtten te verbranden, voor de inname van Kaboel door de Taliban.
Dat het kaartenhuisje in Afghanistan zo snel instortte, lijkt ook de VS-autoriteiten te verrassen.
Ter verklaring van de gezwinde opmars van de Taliban, verweet Biden in zijn recente speech de Afghaanse militairen en politietroepen dat ze niet bereid zijn te vechten voor “hun land”. De president benadrukte dat een land dat “zichzelf niet wil verdedigen”, niet gered kan worden door de VS.
Jens Stoltenberg, secretaris-generaal van de NAVO, legt de schuld voor de razendsnelle desintegratie van het Afghaans nationaal leger ook bij de Afghanen zelf. De NAVO, die de VS sinds 2003 bijstaat in Afghanistan, besloot in 2014 om haar gevechtsmissie terug te schroeven en zich volledig te focussen op het trainen van de Afghaanse troepen. In theorie is de NAVO dus voor een groot stuk verantwoordelijk voor de paraatheid van deze troepen. Toch stelde Stoltenberg: “Het Afghaans leiderschap liet het na om op te staan. Dit gebrek aan leiderschap heeft geleid tot de tragedie waarvan we vandaag getuige zijn”.
Het is duidelijk dat het Afghaans leger zich de afgelopen maanden op veel plaatsen inderdaad zonder slag of stoot heeft overgegeven aan de Taliban. De macht en vooral de legitimiteit van de door de VS geïnstalleerde Afghaanse regeringen was altijd wankel te noemen en strekte zich op sommige momenten niet veel verder uit dan Kaboel en de grotere stedelijke gebieden. Ruim 74% van de Afghaanse bevolking leeft echter in rurale gebieden, waar het gezag van clanouderen en plaatselijke krijgsheren nog zwaar doorweegt.
De Taliban kon heel wat van deze gebieden gewoon inlijven door het op een akkoordje te gooien met de plaatselijke (officieuze en officiële) autoriteiten. Vermits lokale krijgsheren en traditionele gezagsdragers jarenlang buitenspel gezet werden door de centrale regering die haar autoriteit probeerde op te leggen in de eigengereide provincies, kon president Ashraf Ghani er niet echt rekenen op bondgenoten.
Veel gewone Afghanen beschouwden de centrale regering bovendien niet als de hunne, maar als een marionettenregime van de VS dat zich voornamelijk bezighield met zelfverrijking via de Amerikaanse financiële hulp. Ze zijn dan ook niet bereid om er voor te vechten, laat staan om er hun leven voor te geven. Merk op dat zich aansluiten bij het Afghaans nationaal leger -waarvan de lonen betaald werden door de VS- in het arme land een manier was om een vast inkomen te verwerven. Bij gebrek aan politieke overtuiging van de soldaat, is er bij het potentieel wegvallen van zijn economische motivatie, geen reden meer om zich in te spannen.
Kosten
Het parcours van de VS in Afghanistan is opmerkelijk. Het geeft blijk van een zware overschatting van het eigen kunnen en van een behoorlijk talent voor zelfbegoocheling.
De in 2001 verklaarde militaire objectieven van toenmalig president Bush, de uitroeiing van Al-Qaeda en de bestraffing van het Taliban-regime (dat wist dat Osama Bin Laden in Afghanistan verbleef), waren al bereikt in maart 2002. De missie veranderde daarna in een natie-opbouw-operatie, die de democratie en vrouwenrechten moest opleggen. Dit zijn echter totaal geen militaire objectieven en eenvoudigweg onbereikbaar met militaire middelen. Op die manier werd de interventie in Afghanistan al vrij vroeg een eindeloze oorlog die nooit gewonnen zou kunnen worden.
Washington had klaarblijkelijk totaal geen lessen getrokken uit de ervaringen van het Sovjet-leger dat ruim 9 jaar tevergeefs probeerde om Afghanistan volledig onder controle te krijgen.
Op het hoogtepunt van de Sovjet-ontplooiing waren er 120.000 soldaten in het land. Toen het rode leger Afghanistan in februari 1989 verliet, waren er ongeveer 13.000 Sovjet-soldaten gesneuveld en waren er vele tienduizenden gewond of verminkt geraakt. De enorme financiële kater veroorzaakt door de oorlogsinspanning in Afghanistan, speelde bovendien een aanzienlijke rol bij de ineenstorting van het Sovjet-regime.
De VS hield het in Afghanistan ruim dubbel zo lang uit als de Sovjet-Unie - de langste Amerikaanse oorlog in de geschiedenis. Tien jaar na de aanslagen van 9/11 waren er meer dan 130.000 VS- en NAVO-troepen actief in Afghanistan.
De manier waarop de Amerikanen oorlog voerden -met hoogtechnologische apparatuur en zoveel mogelijk vanuit de lucht via bombardementen en drone-aanvallen- heeft er voor gezorgd dat de dodentol onder de geallieerde troepen relatief laag ligt. Begin 2021 stond de teller op 3586 coalitie-soldaten, waaronder 2442 VS-militairen.
Voor de menselijke kost onder de Afghanen, zowel regeringstroepen, verzetsstrijders als burgers, lopen de schattingen uiteen van meer dan 170.000 tot verschillende honderdduizenden. Meer dan 5 miljoen Afghanen sloegen bovendien op de vlucht, zowel binnen de eigen grenzen als naar het buitenland.
Financieel gezien had de oorlog in Afghanistan twee gezichten voor de VS. Enerzijds zadelde ze de staat tussen 2001 en 2021 op met een geschatte monsteruitgave van maar liefst 2,261 biljoen dollar (2261 miljard dollar!). Anderzijds bleek ze net als de mondiale oorlog tegen terreur waarin ze kadert, een absolute goudmijn voor de Amerikaanse militaire en veiligheidsindustrie. Op die manier vloeide het grootste deel van de overheidsinvesteringen in de oorlog terug naar de VS-economie.
De VS gaf tussen 2001 en 2021 maar liefst 2,261 biljoen dollar uit aan de oorlog in Afghanistan.
Naast de grote defensiebedrijven bestond er ter plaatse een heel ecosysteem aan private VS-contractanten verbonden aan de Amerikaanse aanwezigheid in het land, die er alle belang bij had dat de missie aanhield.
Het is ondertussen gekend dat de corruptie in Afghanistan wijdverbreid is. Op de recentste Mondiale Corruptie Index staat het land op de 190ste plaats van 198 landen en territoria in de wereld. VS-commentatoren wijzen er graag op dat de Amerikaanse inspanningen in het land voortdurend gedwarsboomd werden door deze plaag.
Maar de Speciale Inspecteur-generaal voor de Afghaanse Reconstructie (een onafhankelijke toezichtfunctie gecreëerd door het Amerikaans Congres), stelde in zijn rapporten herhaaldelijk verbijsterende corruptie en fraude vast bij de Amerikaanse firma’s en individuen aan het werk in Afghanistan. Het gaat om vele miljarden aan hulpfondsen die in rook opgingen.
Humanitair
In vergelijking met de hallucinante bedragen die de VS gepompt heeft in de oorlogsinspanning zijn de budgetten die werden uitgetrokken voor de ‘reconstructie’ en vooral de ‘humanitaire ontwikkeling’ van Afghanistan, laag.
Terwijl er in 2019 bijvoorbeeld 49 miljard dollar uitgegeven werd aan de Amerikaanse militaire missie in Afghanistan (‘Operation Freedom’s Sentinel’), ging er in hetzelfde jaar ‘slechts’ 83 miljoen dollar aan VS-steun naar gezondheid (basisgezondheidszorg, reproductieve gezondheid, drinkwatervoorziening), en 69 miljoen dollar naar onderwijs in het land.
Een aantal humanitaire indicatoren zijn het afgelopen decennium verbeterd. Terwijl de gemiddelde levensverwachting in 2010 nog 44,6 jaar bedroeg, was die in 2020 bijvoorbeeld gestegen tot 64,8 jaar. Toch blijft Afghanistan op de 'Human Development Index' van de Verenigde Naties in het onderste deel van de lijst hangen. In 2020 stond het land op de 169ste plaats van 189 landen.
Wat gezondheid en inkomen betreft, zijn het vooral bepaalde, voornamelijk stedelijke groepen die beter af zijn. 55% van de ongeveer 48 miljoen Afghanen leeft echter nog altijd in multidimensionale armoede, 38,2% van de kinderen onder de 5 jaar oud is ondervoed (exact hetzelfde cijfer als 10 jaar geleden) en de geletterdheid bij volwassen (ouder dan 15 jaar) bedraagt 43% (een stijging van iets meer dan 10% ten opzichte van 2010).
55% van de ongeveer 48 miljoen Afghanen leeft vandaag in multidimensionale armoede.
Afghanistan blijft een arm, uitgeput land, dat geplaagd wordt door geweld en onveiligheid. Vele decennia van oorlog hebben het land overspoeld met wapens en een cultuur gecreëerd waarin macht afgedwongen wordt met geweld -wat ook in stand gehouden werd door de militaire operatie van de VS en de NAVO.
Bovenop het aanhoudende conflict en een zwakke regering kreeg Afghanistan de laatste jaren ook te kampen met dalende internationale hulp, droogtes en in 2020 de uitbraak van de COVID-19 pandemie. Een combinatie van dit alles, leidde ertoe dat het land vandaag, op Jemen na, het hoogst aantal inwoners heeft dat in voedselonzekerheid leeft.
Vrouwen
Op het vlak van vrouwenrechten werden de afgelopen 2 decennia de grootste stappen gezet, maar er moeten hier wel kanttekeningen bij geplaatst worden. Afghanistan is een sterk patriarchale maatschappij. Een groot deel van het gerechtelijk apparaat en het parlement -waarin volgens de grondwet onder de Ghani-regering 25% vrouwen moet zetelen- is bevolkt met misogyne fundamentalisten.
Vooral in de rurale gebieden bepalen beslissingen van mannen het leven van de meeste vrouwen. Het uithuwelijken van meisjes onder de 18 jaar is er nog steeds ingeburgerd en maar liefst de helft van de vrouwelijke bevolking wordt in haar leven het slachtoffer van huiselijk geweld. Vrouwenrechtenactivisten worden permanent met de dood bedreigd en leven vaak ondergedoken.
Maar al is het beeld dat de VS graag ophangt van de Afghaanse vrouwen die bevrijd werden dankzij de oorlog, een fantasie, de terugkeer van de Taliban betekent voor hen een ware ramp. Onder het vorige obscurantistische Taliban-regime was het verboden voor meisjes om naar school te gaan. Vrouwen mochten niet werken, en het huis niet verlaten zonder boerka en begeleiding van een mannelijk familielid.
De terugkeer van de Taliban kan een ware ramp betekenen voor de vrouwen en hun rechten.
De vooruitgang die geboekt is, dreigt verloren te gaan. Vooral op het vlak van onderwijs voor meisjes zou dat desastreus zijn. Educatie is namelijk het belangrijkste emancipatorische instrument dat er bestaat. Het droppen van bommen kan nooit een echte attitudewijziging tegenover vrouwen verwezenlijken, maar die kan wel afgedwongen worden door de eigen bewustwording en onafhankelijkheid te vergroten.
Tijdens een persconferentie in Kaboel op dinsdag 17 augustus, antwoordde de woordvoerder van de Taliban, Zabihullah Mujahid, op een vraag van de media over de positie van de vrouw: “Vrouwen zullen al hun rechten krijgen, of het nu gaat om werk of andere activiteiten, omdat vrouwen een sleutelrol vervullen in de samenleving. En we garanderen alle rechten binnen de grenzen van de islam”. Wat dit concreet betekent, wordt voor de vrouwen in Afghanistan bang afwachten.
Noodzakelijke terugtrekking
Biden hield tijdens zijn toespraak afgelopen maandag voet bij stuk: "een terugtrekking van de Amerikaanse troepen is de juiste beslissing". En hij heeft gelijk. Het heeft een illegale militaire inval, 20 jaar van ongewenste bezetting en vele mensenlevens gekost, maar de VS heeft ingezien dat er geen militaire oplossing is in Afghanistan. Het project van gemilitariseerde natie-opbouw was van bij het begin gedoemd om te mislukken.
Zelfs mensen die overtuigd waren van de zelfverklaarde nobele doelstellingen van de VS en de NAVO, moeten nu ook inzien dat ze op deze manier niet bereikt zullen worden. Democratie en vrouwenrechten kunnen niet van buitenaf, bruusk en met geweld opgelegd worden, maar alleen gestaag bewerkstelligd door Afghaanse krachten die deze principes geïnternaliseerd en zelf afgedwongen hebben.
De vredesbeweging was van in het begin tegen een militaire interventie in Afghanistan en voorspelde al jaren dat de strategie van de VS en de NAVO zou leiden tot een verplichte aftocht genre Vietnam. Langer blijven, had alleen uitstel betekend van het onvermijdelijke scenario waarvan we vandaag getuige zijn.
Wil dat zeggen dat we de Afghanen nu volledig aan hun lot moeten overlaten? In de vele commentaren op de recente gebeurtenissen, wordt duidelijk in welke mate het denken in termen van militaire oplossingen ingeburgerd is. Het is alsof er slechts 2 keuzes zijn: opnieuw ten oorlog trekken -wat duidelijk contraproductief is gebleken- of niets doen. Een volledig scala aan humanitaire, politieke en diplomatieke mogelijkheden wordt terzijde geschoven. En het zijn net dit soort van inspanningen die nu hoogstnoodzakelijk zijn.
De Taliban beweert een vreedzame overname van de macht, geen vergeldingsacties en een samenwerking met wat overschiet van de regering na te streven. Het voortzetten van vredesgesprekken op het hoogste niveau is alleszins een absolute must. Alleen het faciliteren van onderhandelingen met alle relevante nationale en regionale actoren kan leiden tot een politiek akkoord dat een einde brengt aan het geweld. Vredesopbouw moet gestimuleerd worden en ook lokale vredesprocessen moeten ondersteund worden. Het demilitariseren van de veiligheid in Afghanistan is een monumentale uitdaging.
Het is belangrijk dat humanitaire noodhulp verleend wordt wanneer en waar nodig. Terwijl de bezorgdheid om de Afghaanse burgers momenteel groot is, beginnen internationale donoren hun staart al in te trekken. Humanitaire organisaties ter plaatse roepen hun internationale partners op om betrokken te blijven en te werken met de complexe veiligheidssituatie. Het is de enige manier om de dringende noden van de Afghanen te lenigen.
Terwijl de bezorgdheid om de Afghaanse burgers momenteel groot is, beginnen internationale donoren hun staart al in te trekken.
De ondersteuning van wederopbouw-, humanitaire- en ontwikkelingsprogramma's zijn essentieel. Wat zou het resultaat zijn als daar even strikt en systematisch in zou geïnvesteerd worden als de voorbije 20 jaar in de oorlog, zelfs aan slechts een fractie van de kost van de militaire inspanningen?
Voor landen die de Afghanen onmiddellijk willen helpen, is een eerste concrete stap het opnemen van vluchtelingen. NAVO-lidstaten die betrokken waren bij de oorlog, zoals België, en dus rechtstreeks hebben bijgedragen aan de bestendiging van het conflict, zouden zich daartoe zelfs moreel verplicht moeten voelen. Een algemene regularisering van Afghaanse vluchtelingen die hier reeds zijn, is een andere logische maatregel.