Image
haram al sharif

De rotskoepel op de Haram al Sharif, Oost-Jeruzalem (Foto: Ludo De Brabander)

Extreemrechtse regering Netanyahu stuurt aan op escalatie van geweld
Artikel
7 minuten

Sinds het aantreden van de extremistische regering van premier Netanyahu passeert er nauwelijks een dag zonder gewelddadige spanningen. De jongste golf van geweld kwam er na een provocatie van joodse rechtsextremistische activisten die opriepen tot de religieuze slachting van geiten op de Haram al-Sharif -de Tempelberg in de joodse religieuze mythologie- voor het paasfeest, dat dit jaar samenviel met de Ramadan. (De Haram al-Sharif in het bezette Oost-Jeruzalem is na Mekka het belangrijkste heiligdom voor moslims.)

Palestijnse moslims uitten hun ongenoegen over deze oproep en zouden zich volgens de Israëlische media hebben gebarricadeerd in de al-Aqsa moskee op de Haram al-Sharif. De politie viel de moskee met veel geweld binnen en zette o.m. met rubber omhulde metalen kogels en traangas in. Nadat beelden van het politiegeweld en de massale arrestaties de wereld rondgingen, reageerden militante groepen (wellicht Hamas en/of de  Islamitische Jihad) met het afvuren van raketten richting Israël. Daarop bombardeerde Israël verschillende doelwitten in Gaza en Libanon.

De VN-Veiligheidsraad kwam in spoedzitting bijeen om zich over de jongste escalatie te buigen. Een voorstel om het Israëlisch politiegeweld te veroordelen werd afgeblokt door de Verenigde Staten die als permanent lid over een vetorecht beschikt. De VS riep op tot kalmte en veroordeelde de raketlanceringen vanuit Gaza en Libanon, maar weigerde dat te doen voor het Israëlische politieoptreden in Al-Aqsa.

Volgens de Israëlische krant Haaretz hebben leden van een joodse extremistische Tempelbergbeweging “alles gedaan wat ze konden om de Palestijnen te provoceren” en werden beloningen uitgereikt voor zij die een geit offerden op de Haram al-Sharif of die bij pogingen daartoe gearresteerd zouden worden.

Tempelbergbeweging

Er bestaan verschillende organisaties binnen deze extremistische Tempelbergbeweging die de moslims en hun heiligdommen wil verdrijven van de Haram al-Sharif. Het Tempelinstituut dat gefinancierd wordt door de Israëlische regering werkt actief aan de bouw van een tempel in het islamitisch heiligdom, waarbij het architecten plannen laat uittekenen, mensen opleidt voor tempelceremonies en het onderwijs indoctrineert met de boodschap dat de bouw van zo’n tempel een religieuze en nationale plicht is. Andere organisaties pleiten openlijk voor de vernietiging van de al-Aqsa-moskee en de Rotskoepel (een ander islamitisch bouwwerk op deze site), een daad die de hele moslimwereld in vuur en vlam zou zetten, verglijkbaar met de vernietiging van de kerkelijke gebouwen in Vaticaanstad.

Voor de Israëlische bezetting van Oost-Jeruzalem in 1967, bepaalde de Israëlische wetgeving zelf dat de Tempelberg verboden terrein is voor joden. Na de Zesdaagse Oorlog van 1967 kwam het tot een ‘Status Quo’-akkoord tussen Israël en Jordanië volgens dewelke de islamitische Wafq (religieuze stichting volgens islamitisch recht), verantwoordelijk zou zijn voor het beheer en de veiligheid van de site, terwijl Israël de verantwoordelijkheid kreeg voor de Klaagmuur en het ervoor gelegen plein. Sindsdien aanvaardden de verschillende opeenvolgende Israëlische regeringen de opdeling van de gebedsplaatsen met de islamitische gebouwen op de Haram al Sharif voor moslims en de Klaagmuur voor joden.

Onder druk van joods-extremistische organisaties namen de Israëlische autoriteiten geleidelijk aan afstand van deze status quo door de leden ervan toe te staan provocatieve bezoeken af te leggen aan het islamitische heiligdom. Nu de vertegenwoordigers van deze organisaties in de regering zitten, lijkt het hek helemaal van de dam. Itamar Ben-Gvir, de minister van Nationale Veiligheid, bracht kort na zijn aantreden een bezoek aan de Haram al-Sharif bedoeld om een boodschap de wereld in te sturen, namelijk “het (joods) ‘herstel’ van de soevereiniteit en eigenaarschap over de Tempelberg”, zoals het in een platformtekst van zijn partij Joodse Kracht staat geformuleerd.

Provocaties

Sinds de vorming in december 2022 van de nieuwe extreemrechtse Israëlische regering onder premier Netanyahu laten zionistisch-supremacistische ministers zoals Itamar Ben Gvir (wiens partij de erfgenaam is van de terreurorganisatie Kach) en Bezalel Smotrich van de Religieus Zionistische Partij, geen moment onverlet om te provoceren en racistische opruiende taal uit te bazuinen. De sleutelfuncties die ze bekleden in de regering stellen hen in staat om de onderdrukking van de Palestijnen, zowel in de bezette gebieden als in Israël zelf, nog verder op te drijven. Ben-Gvir heeft de controle over de grenspolitie die in de Palestijnse bezette gebieden actief is. Binnenkort zou hij volgens een deal met Netanyahu ook een ‘nationale garde’ mogen uitbouwen. Die kan ingezet worden tegen de Palestijnse minderheid in Israël zelf, alsook tegen de demonstranten die al weken de straat optrekken tegen de plannen van de Israëlische regering om de vleugels van het justitieapparaat te kortwieken.

Zijn extremistische collega Smotrich, heeft als minister van Defensie het beheer over de bezette gebieden in zijn portefeuille, met als missie om de illegale nederzettingen verder te ontwikkelen en ze te integreren in (aan te hechten bij) het Israëlische grondgebied. Smotrich is eveneens minister van Financiën, waardoor hij de nodige middelen kan vrijmaken om de nederzettingen ruimschoots te financieren. Smotrich schuwt de controverse niet. Nadat honderden kolonisten op 26 februari de Palestijnse stad Huwara aanvielen en in brand staken met als resultaat een dode en tientallen gewonden (het aanwezige Israëlische leger kwam niet tussenbeide), verklaarde Smotrich dat “Huwara van de kaart zou moeten worden geveegd”.

In het eerste kwartaal van 2023 verloren al een 100-tal mensen het leven in het opnieuw oplaaiende Israëlische bezettingsconflict met de Palestijnen. Daarbij hebben de Palestijnen veruit het grootst aantal slachtoffers te betreuren. Afgelopen jaar doodden Israëlische troepen ook al 204 Palestijnen, van wie 142 op de Westelijke Jordaanoever, het hoogste aantal sinds 2004. Van eind december tot 20 maart vielen er reeds 86 Palestijnse doden op de Westelijke Jordaanoever tegenover 14 slachtoffers aan Israëlische kant.

De recente gewelddadige escalatie in Israël en Palestina is mede de bittere oogst van een jarenlange Europese struisvogelpolitiek die sterk contrasteert met de doortastendheid die de EU rond Oekraïne aan de dag legt. Rusland kreeg inmiddels al tien sanctiepakketten opgelegd voor zijn flagrante schendingen van het internationaal recht. Op zijn website heeft de Europese Raad het over “enorme en ongekende sancties tegen Rusland”. Vele duizenden Palestijnse burgerdoden, een decennialange bezetting en kolonisatie van de Palestijnse gebieden, harde militaire repressie en de installatie van een uitvoerig gedocumenteerd Apartheidsregime zijn voor de Europese leiders zelfs nog niet voldoende om de geprivilegieerde relaties tussen de EU en Israël op te schorten, laat staan dat er sancties overwogen worden tegen Tel Aviv voor zijn permanente schendingen van het internationaal recht.

Apartheid

Al jaren pleegt de EU lippendienst aan een zogenaamde tweestatenoplossing terwijl opeenvolgende Israëlische regeringen aan sneltempo de illegale joodse nederzettingen in bezet Palestijns gebied uitbreiden. Een onafhankelijke Palestijnse staat wordt op die manier gereduceerd tot een luchtspiegeling. Producten uit de illegale nederzettingen komen nog altijd ongehinderd op de Europese markt. Europese banken, verzekeraars en investeerders blijven er bovendien massaal bedrijven financieren. Ook enkele banken die actief zijn in België, zijn belangrijke kredietverleners en investeerders van bedrijven die actief zijn in de illegale Israëlische nederzettingen. BNP Paribas is een van de grootste Europese financierders. Daarnaast -in dalende volgorde van belangrijkheid- verstrekken ING, KBC, AXA, Delen Private Bank (waarvan Ackermans & Van Haaren 78,5% aandelen bezit), Bank Degroof Petercam en zelfs de staatsbank Belfius samen vele miljarden euro’s aan bedrijven actief in de nederzettingen.

De Verenigde Naties tekende in de eerste drie maanden van de regering Netanyahu een sterke stijging op van het aantal vernietigingen van Palestijnse woningen. In het bezette Oost-Jeruzalem gaat het om een verdubbeling ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar (van 40 naar 77 gebouwen). Dit maakt deel uit van het project om Jeruzalem te zuiveren van Palestijnen. De EU houdt zich afzijdig en beperkt zich hooguit tot verbale afkeuringen en aanmaningen die in Israël geen enkele indruk maken, onder meer omdat er geen daden aan gekoppeld worden.

In een opiniestuk onder de titel “De EU moet de realiteit van de Israëlische Apartheid erkennen” klaagt Amnesty International het gebrek aan Europese daadkracht aan. De organisatie benadrukt dat Israël een Apartheidsstaat is volgens de definitie van het Statuut van Rome, dat het fundament vormt van het Internationaal Strafhof. “Daar waar Palestijnen leven onder de effectieve controle van Israël -zowel in Israël, de bezette Palestijnse gebieden of in andere landen als vluchtelingen- onderwerpen de Israëlische autoriteiten ze aan systematische onderdrukking en dominantie”, aldus de internationale mensenrechtenorganisatie. “Als de Commissie werkelijk begaan is met het brengen van vrede en rechtvaardigheid, dan moet ze erkennen dat de Israëlische autoriteiten zich schuldig maken aan de misdaad van Apartheid”.

Nood aan meer Europese daadkracht

Het gebrek aan Europese daadkracht zorgt ervoor dat in Israël de indruk leeft dat het straffeloos verder kan gaan met het plegen van misdaden tegen de Palestijnen.

Een consortium van Belgische ontwikkelings-, solidariteits- en vredesorganisaties eist al langer dat er dwingende maatregelen komen die een einde beogen van de grootschalige Israëlische mensenrechtenschendingen, zoals een opschorting van het EU-Associatieverdrag met Israël, een formeel wapenembargo, een totale stopzetting van de handel met de nederzettingen, de confiscatie van de tegoeden van de verantwoordelijken van zware mensenrechtenschendingen waarmee slachtoffers vergoed kunnen worden voor geleden schade, enz.

Oekraïne illustreert dat het een kwestie van politieke wil is om iets te ondernemen tegen grove schenders van het internationaal recht.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Basisinfo

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.