De leden van de nieuwe ‘verandering’-coalitie in Israël lijken vooral gemeen te hebben dat ze af willen van premier Benjamin Netanyahu en diens controversiële stijl.
Na in totaal 5 termijnen als premier van Israël lijkt het rijk van Likoed-leider Benjamin Netayahu uit. Op 2 juni tekende de ultrarechtse Naftali Bennett een coalitieakkoord met de voormalige minister van Financiën van Netayanhu, Yair Lapid. Laatstgenoemde is voorzitter van de seculiere centrumrechtse partij Yesh Atid (letterlijk: ‘Er is een toekomst’). Volgens het akkoord neemt Bennet het premierschap op zich tot 2023, waarna -als de coalitie tot dan stand houdt- Lapid deze post overneemt voor de rest van de termijn tot 2025.
Het vertrek van Netanyahu -die zijn immuniteit zal verliezen en gevangenis riskeert wegens corruptie- staat echter allerminst gelijk met betere vooruitzichten voor de Palestijnen. Op het eerste zicht lijkt de participatie aan de coalitie van een kleine islamitische Arabisch-Israëlische partij (de Verenigde Arabische Lijst) dit misschien te suggereren, maar het was in de eerste plaats het grote verlangen om zich te ontdoen van Netanyahu dat zowel de Arabische partij als de ideologisch zeer uiteenlopende joods-Israëlische partijen gemotiveerd heeft om hun lot aan elkaar te verbinden.
Naast Yesh Atid en de Verenigde Arabische Lijst zijn de andere partijen die een handtekening zetten onder het coalitieakkoord: het centrum-liberale Blauw en Wit van Benny Gantz, die in april vorig jaar nog een coalitieakkoord sloot met Netanyahu dat uiteindelijk nooit uitgevoerd werd; de sociaaldemocratische Labour-partij; de rechts-nationalistische Yisrael Beiteinu; Nieuwe Hoop, een eveneens rechtse afsplitsing van Likoed, de groene en links-zionistische partij Meretz; en de ultrarechtse Yamina-partij.
Bennett
Naftali Bennett, de partijleider van Yamina en potentieel de volgende premier van Israël, is een voormalige bevelhebber van het Israëlisch Defensieleger (IDF), die zich transformeerde tot een multimiljonair in de technologie-industrie.
In 2005 werd hij stafchef van Netanyahu, met wie hij duidelijk een ultrarechtse zionistische ideologie deelt. Tot 2010 diende Bennett in de Likoed-regeringen van Netanyahu op verschillende ministerposten. Daarna werd hij directeur van ‘Yesha Council’, een lobbyorganisatie voor de kolonisten in de illegale joodse nederzettingen op de bezette Westelijke Jordaanoever. In 2012 stortte hij zich opnieuw in de politiek als leider van het religieus-nationalistische Joods Huis. Hij liet zich onder meer opmerken door zijn hardlijnige posities ten opzichte van de Palestijnen en Iran.
Een aantal van zijn controversiële uitspraken zijn: “De Westelijke Jordaanoever wordt niet bezet, want er was hier nooit een Palestijnse staat”; “Het Israëlisch-Palestijns conflict kan niet opgelost worden, maar moet worden doorstaan” en “De creatie van een onafhankelijke Palestijnse staat betekent zelfmoord voor Israël”.
Op economisch vlak is Bennett ultraliberaal. In 2018 richtte hij Yamina op en maakte met deze partij deel uit van Netanyahu’s regeringscoalitie die datzelfde jaar nog in elkaar stuikte. De relatie tussen Bennett en Netanyahu lijkt sindsdien verzuurd te zijn. De Yamina-leider werd vorig jaar niet gevraagd voor Netanyahu’s eenheidsregering en sloot zich nu dus ook aan bij de anti-Netanyahu coalitie van ex-televisiepresentator Yair Lapid.
Binnen de coalitie zijn het de rechtse partijen die de numerieke overhand hebben.
De nieuwe coalitie verwijst naar zichzelf als de “verandering-coalitie”, maar wat het buitenlands en het bezettingsbeleid betreft zullen er zeker geen fundamentele verschuivingen komen. Binnen de coalitie zijn het de rechtse partijen die de numerieke overhand hebben en Bennetts persoonlijke politieke lijn is nog extremer dan die van Netanyahu: tegen een onafhankelijke Palestijnse staat, voor de repressieve aanpak van elke vorm van Palestijns verzet, voor de verdere constructie van joodse nederzettingen in de bezette gebieden, voor de annexatie van een groot deel van de Westelijke Jordaanoever, tegen een nucleaire deal met Iran, enz.
Offensief tegen de coalitie
Alvorens het tot een concrete regering kan komen, moet het nieuwe coalitieakkoord eerst nog goedgekeurd worden door het Israëlisch parlement, de Knesset. Dit vereist 61 van de 120 stemmen. De voorzitter van het parlement is een vertrouweling van Netanyahu die de pleidooien van Bennett en Lapid om de stemming te vervroegen, negeert. Bij wet moet die stemming doorgaan voor 14 juni. Voorlopig circuleert de op het moment van dit schrijven nog niet bevestigde datum van 9 juni.
Alvorens het tot een regering kan komen, moet het nieuwe coalitieakkoord goedgekeurd worden door de Knesset.
Netanyahu en zijn aanhangers maakten alvast volop gebruik van deze periode vóór de stemming om een intensieve (sociale) mediacampagne te initiëren tegen de verandering-coalitie. Ze richten zich specifiek aan de ultrarechtse en rechtse Knesset-leden van de partijen die participeren aan de coalitie om ze te proberen overhalen tegen te stemmen.
Netanyahu die zich wanhopig vastklampt aan de macht in een poging criminele vervolging te vermijden, zal waarschijnlijk alles in de strijd gooien om de totstandkoming van de coalitie te dwarsbomen, inclusief bedreigingen en omkoperij.
Zijn Likoed-partij controleert 30 zetels in de Knesset -bijna tweemaal zoveel als Lapids Yesh Atid- en is er geallieerd met 3 religieuze en nationalistische partijtjes. De kans dat hij een aantal van de Knesset-leden van Yamina (7), Nieuwe Hoop (6) en Yisrael Beiteinu (7) kan overtuigen zich tegen hun eigen partij te keren, groeit naarmate de stemming langer uitgesteld wordt.
Amper een uur na de aankondiging van het coalitieakkoord voer Netanyahu uit op Twitter tegen “het verraad” van de ideologisch aan Likoed verwante partijen die zich alliëren met “gevaarlijk extreem links” tegen zijn persoon. Hij probeert ook het ongenoegen aan te wakkeren van de aanhangers en Knesset-vertegenwoordigers van deze partijen over een coalitie met de Arabieren in Israël.
Historische deal
De beslissing van de conservatief islamitische Verenigde Arabische Lijst (VAL) om samen met seculier links in een coalitie te stappen die dan nog geleid zal worden door een ultrarechtse zionistische jood, is opmerkelijk te noemen. Veel Palestijnen (zowel binnen als buiten Israël) zien dit evenzeer als een verraad als de rechtse joodse zionisten.
Het is alvast een historische deal, want de VAL zou de eerste partij van Palestijnse burgers in Israël zijn die deelneemt aan een regeringscoalitie in het land. VAL-partijleider Mansour Abbas verklaart zijn keuze als volgt: “We hebben besloten om de regering te vervoegen om de balans van de politieke krachten in het land te veranderen”.
Concreet hoopt hij de levensomstandigheden van de Palestijnse burgers binnen Israël te kunnen verbeteren. Deze groep, die 20% van de bevolking in Israël uitmaakt, wordt systematisch gediscrimineerd en verwaarloosd door de overheid.
De VAL hoopt via de coalitie de levensomstandigheden van de Palestijnse burgers in Israël te kunnen verbeteren.
De partij van Abbas beweert dat het coalitieakkoord de toekenning van een substantieel bedrag inhoudt voor de verbetering van de infrastructuur in de Arabische steden in Israël. Er zou ook sprake zijn van de toewijzing van een officiële status aan verschillende Bedoeïenendorpen in de Negev-woestijn. “Ik zeg dit hier duidelijk en eerlijk: wanneer de oprichting van deze regering gebaseerd is op onze steun… zullen we in staat zijn om ze te beïnvloeden en geweldige dingen te realiseren voor onze Arabische gemeenschap”, aldus Abbas.
Niet alleen lijkt het weinig waarschijnlijk dat de kleine Arabische partij echt zal kunnen wegen op het regeringsbeleid, ze schuift de solidariteit met en de legitieme rechten van de Palestijnen in de bezette gebieden en de diaspora volledig terzijde in de miezerige hoop het lot van een deel van de eigen gemeenschap in Israël zelf misschien een beetje te kunnen verbeteren.
Beleid
Indien Netanyahu erin slaagt om genoeg Knesset-leden van kamp te doen wisselen en de verandering-coalitie op de schop gaat, dan staat de Israëli’s wellicht een vijfde verkiezing in iets meer dan twee jaar tijd te wachten.
Indien de coalitie de vertrouwensstemming van de Knesset wel overleeft, geloven veel observatoren dat de nog te vormen regering geen lang leven beschoren is, wegens ideologisch te eclectisch, te verdeeld en te fragiel.
Als het coalitieakkoord verworpen wordt, staat de Israëli’s wellicht een vijfde verkiezing in iets meer dan twee jaar tijd te wachten.
Indien de nieuwe regering er, tegen alle verwachtingen in, toch in zou slagen om op langere termijn stand te houden of zelfs om haar termijn van 4 jaar uit te dienen, zal ze dat alleen kunnen door ideologisch moeilijke kwesties totaal te vermijden. Dit zou grotendeels neerkomen op een politieke verlamming en het behoud van de status quo wat het bezettings- en apartheidsbeleid betreft.
De focus zal noodgedwongen komen te liggen op de interne economische agenda, het verbeteren van de relaties tussen de seculiere en de religieuze joodse gemeenschappen in Israël en het verder nastreven van genormaliseerde relaties met de Arabische landen in de regio (een recent buitenlands beleid dat onder impuls van de Amerikaanse ex-president Trump geleid heeft tot normaliseringsakkoorden met Bahrein, Marokko, Soedan, Oman en de Verenigde Arabische Emiraten.)
Wat de persoonlijke stijl van Bennett betreft, verwachten de media over het algemeen een veel aangenamere en diplomatischere houding dan die van Netanyahu. Maar dat zegt uiteraard niets over zijn standpunten of het door hem nagestreefde beleid. Bennett verklaarde wel dat zijn partijleden compromissen moeten sluiten over ideologische kwesties om het land politiek en economisch (na de pandemie) terug op de rails te krijgen.
Het rechtse en ultrarechtse kamp zal ongetwijfeld de bovenhand hebben binnen de coalitie – ondanks de aanwezigheid (waarschijnlijk van korte duur) van centrum- en linkse partijen. Het centrumrechtse tot extreemrechtse politieke spectrum in het algemeen, weerspiegelt ook een meerderheid binnen de Israëlische maatschappij.
Besluit
Het eenheidsgevoel van de 'verandering-coalitie' beperkt zich tot het verdrijven van Netanyahu. De diversiteit van de coalitie zal ze totaal onstabiel maken, waardoor ernstige politieke actie sowieso onmogelijk lijkt. Concreet betekent dit dat er waarschijnlijk geen grote beleidsveranderingen op til zijn, en al zeker geen die de levens en de rechten van Palestijnen positief zullen beïnvloeden.
Zo lang de VS Israël vrijwel onbeperkte economische, militaire, diplomatieke en politieke steun blijft bieden en zolang Europa blijft afzien van veroordelingen en sancties -ondanks de systematische schendingen van het internationaal recht en de mensenrechten- heeft het land bovendien geen enkele reden om veel te veranderen.