Image
Trump
President Trump, februari 2017; Foto: Michael Vadon, Creative Commons Attribution-Share Alike 4.0
Het zijn geen conservatieven, het zijn extremisten
Opinie
7 minuten

Door de radicale leden van de Republikeinse Partij verkeerdelijk als “conservatief” te bestempelen, geven de reguliere media hen een vernislaagje van respectabiliteit.

De ‘House Freedom Caucus’ wordt systematisch omschreven als conservatief, zowel door de eigen leden, de mainstream media als Wikipedia. Deze caucus (een politieke fractie binnen een partij), verzamelt 45 parlementsleden van de Republikeinse Partij en is de meest rechtse politieke formatie in de Verenigde Staten. 

De meest extremistische en flamboyante Amerikaanse politici, zoals de door schandalen achtervolgde Trump-fanaticus Matt Gaetz van Florida en de met geweren zwaaiende Lauren Boebert van Colorado, zijn trotse leden van deze caucus die ze als hun politieke thuis beschouwen. Zelfs Marjorie Taylor Greene, de vertegenwoordiger van Georgia, die dreigde met de oprichting van een expliciet racistische 'America First Caucaus', koos er uiteindelijk voor om haar nativistische, QAnon-geïnspireerde overtuigingen te blijven promoten vanuit de Freedom Caucus. (QAnon is een extreemrechtse complottheorie die beweert dat een kliek van machtige satanische en kannibalistische pedofielen samenzwoer tegen voormalig president Donald Trump tijdens zijn ambtstermijn, nvdr.) 

Volgens elke redelijke maatstaf zijn de Freedom Caucus en zijn leden niet conservatief. Vanwege hun ontwrichtende tactieken en retoriek, hun minachting voor fundamentele conservatieve waarden zoals de rechtstaat, en hun bewondering voor de meest radicale populist in de moderne geschiedenis van de VS (Trump), zijn ze meer verwant met Europese extreemrechtse politici in partijen zoals 'Alternative für Deutschland' en Fidesz in Hongarije. 

Volgens elke redelijke maatstaf zijn de Freedom Caucus en zijn leden niet conservatief.

Traditionele Republikeinen erkennen dat de Freedom Caucus en zijn leden niets te maken hebben met de partij waar ze zich jaren geleden bij aansloten. De voormalige voorzitter van het Lager Huis, John Boehner, een meer traditionele Republikein, gaf een accurate beschrijving van de caucus toen hij in 2017 zei: “Het zijn anarchisten. Ze willen totale chaos. Alles afbreken en opnieuw beginnen. Dat is hun geestesgesteldheid”. 

De verkeerde identificatie van de Freedom Caucus als conservatief is niet het enige voorbeeld van het foutief gebruik van de term. Op verschillende momenten tijdens de afgelopen vier jaar werd Donald Trump een “conservatieve president" genoemd.

Bepaalde beleidsmaatregelen zoals de ontmanteling van de milieuwetgeving of de promotie van een laissez-faire economie, werden ook ten onrechte conservatief genoemd. Op gelijkaardige wijze werden verschillende mediakanalen en persoonlijkheden -van 'One America News' tot de complotdenker Glenn Beck- onjuist als conservatief bestempeld.

Wanneer de krant 'The Washington Post' dit probleem probeert aan te pakken door naar de extreemrechtse activist Ali Alexander te verwijzen als “ultraconservatief”, maakt dat de zaak alleen maar verwarrender. Ultraconservatieven zouden immers nog vastberadener moeten zijn om de status quo te handhaven in plaats van die te ondermijnen, zoals Alexander. (Alexander is een van de gezichten van ‘Stop the Steal’, een campagne die de samenzweringstheorie promoot dat de verkiezingsoverwinning van Biden in 2020 het resultaat is van wijdverbreide kiezersfraude. Hij organiseerde ook een van de vele bijeenkomsten die voorafgingen aan de bestorming van het Capitool in 2021, nvdr.) 

Evoluerende ideologie

Het misbruik van de term ‘conservatief’ is niet alleen het resultaat van een structurele eigenaardigheid van de Amerikaanse politiek, nl. het tweepartijenstelsel, maar ook van de evolutie van de politieke ideologie in de Verenigde Staten. 

In Europa zorgen meerpartijenstelsels voor meer nuance in de politieke etikettering. Op die manier wedijveren conservatieven in de verschillende christendemocratische partijen voor stemmen met extreemrechtse populistische partijen die duidelijk antidemocratische, racistische en zelfs fascistische standpunten verdedigen.

In Europa zorgen meerpartijenstelsels voor meer nuance in de politieke etikettering.

Het tweepartijenstelsel in de VS daarentegen herleidt alle verschillen naar een binaire tegenstelling tussen één enkele ‘liberale’ (in de zin van progressief) en één enkele ‘conservatieve’ partij. Als er een factie ontstaat binnen de Republikeinse Partij is die dus per definitie conservatief, zelfs al is dat duidelijk niet zo. De politiek in de VS is als het ware digitaal -één of nul- terwijl de Europese politieke alle rommelige gradaties van de analoge wereld weerspiegelt. 

Tegelijkertijd zijn ideologieën in de Verenigde Staten aanzienlijk geëvolueerd de voorbije halve eeuw. Conservatief stond ooit voor het in stand houden van traditionele waarden of arrangementen in de maatschappij, zoals de familie, het geloof, de gemeenschap, en kleine handelszaken, tegen de moderniserende krachten van de markt. 

Conservatieven namen eveneens de afkeer voor het Verlichtingsproject van mensenrechten en egalitarisme over van de Britse filosoof Edmund Burke. En ooit waren conservatieven ook natuurbeschermers. (Het was bv. Richard Nixon die in 1970 het Milieubeschermingsagentschap creëerde en de 'Clean Air Act Extension' tekende.)

De Reagan/Thatcher revolutie bracht hier verandering in. Conservatieven werden plots ultra-liberalen in de economisch zin van het woord. Ze drukten de vrije markt met heel hun hart in de armen in hun gretigheid om elke kracht in te zetten tegen wat zij als het belangrijkste kwaad in de wereld beschouwden: een sterke overheid. 

Ze steunden de laissez-faire economie -wat neerkomt op helemaal geen controle van de overheid op de economie- hoewel ongebreidelde marktkrachten de traditionele conservatieve hoekstenen aantasten. Ze verscheuren gemeenschappen, trekken gezinnen uit elkaar, ondermijnen het geloof, vernietigen familieboerderijen en vegen kleine handelszaken van de kaart. Maar omdat een dergelijke markt diende als een tegenwicht voor het overheidsgezag, waren de neoliberale conservatieven bereid om alle noodzakelijke baby’s weg te gooien om van het badwater af te geraken. 

Een nieuwe revolutie in het conservatieve denken kwam er met de neoconservatieven. Deze haviken van het buitenlands beleid ontdekten een voorliefde voor mensenrechten en een hang naar revolutionaire verandering, zolang het maar was in landen waar de VS tegen was. Het omverwerpen van bv. de Taliban, Saddam Hoessein en Muammar Qhaddafi, vereiste een revolutionaire vernietiging van de status quo. Het werd een nieuw toevoegsel aan de conservatieve agenda.

Een nieuwe revolutie in het conservatieve denken kwam er met de neoconservatieven.

In sommige opzichten probeerde Trump de conservatieve beweging van deze twee nieuwere tendensen te ontdoen, door zijn verwerping van zowel de gekoesterde vrijhandel van de neoliberalen, en de “eeuwige oorlogen” van de neoconservatieven. In de plaats daarvan greep de president terug naar de oudere rechtse ideologie van nationalisme, populisme en racisme van de Know-Nothing Party van de jaren 1850 en de America First-beweging van de jaren 1940. (De Know-Nothing partij was in de eerste plaats een anti-katholieke, anti-Ierse, anti-immigratie, populistische en xenofobe beweging. Ze was vooruitstrevend in haar standpunten over arbeidsrechten, verzet tegen slavernij en de noodzaak van meer overheidsuitgaven, nvdr.) 

Tegelijkertijd kon Trump de loyaliteit van de nieuwerwetse conservatieven behouden door de betrokkenheid van de overheid in de economie in te perken en te pleiten voor hogere budgetten voor het Pentagon.

Het resultaat van dit alles is dat de huidige Republikeinse Partij een mengelmoes van rechtse ideologieën omvat. Je vindt er fervente neoliberalen, zoals Senator Rob Portman uit Ohio die een totale vrijemarkteconomie aanhangt, maar ook tal van neoconservatieven, zoals Senator Tom Cotton van Arkansas, die fel uitvaart tegen het neo-isolationisme (de idee dat de VS zich moet terugtrekken van deelname aan de internationale politiek en niet in het buitenland hoeft in te grijpen, nvdr). 

En een stevige meerderheid van de partij staat nog altijd achter Trump, hoezeer hij ook afwijkt van bepaalde ‘conservatieve waarden’. Gezien het onvermogen van de Republikeinen om zichzelf met enige graad van precisie te definiëren en gezien hun voorkeur om zich te verschuilen achter labels als ‘conservatief’, valt het niet te verwonderen dat de media het moeilijk hebben met het ontleden van de rechtse terminologie. 

Als de Freedom Caucus zichzelf conservatief noemt en de Amerikaanse Conservative Union (een politieke lobby-organisatie die pleit voor een conservatief beleid en de Amerikaanse politici rangschikt aan de hand van hun conservatisme, nvdr.) het daarmee eens is, kunnen we dan van de journalisten van de 'The New York Times' verwachten dat ze dit corrigeren? Nochtans is dat precies wat de reguliere media doen voor andere belachelijk ongepaste benamingen. 

Er is geen enkel groot dagblad dat gelooft dat Noord Korea democratisch is simpelweg omdat de officiële benaming van het land de Democratische Volksrepubliek van Korea is. Er is geen enkele mainstream journalist die de extreemrechtse Zweedse Democraten zou verwarren met de gelijknamige Amerikaanse politieke partij. Net zoals de Russische Liberaal-Democratische Partij verre van tegemoetkomt aan haar naam aangezien ze het persoonlijk politiek vehikel is van de razende rechtse extremist Vladimir Zhirinovsky. Heb medelijden met de journalist die zomaar aanneemt dat een partij is wat ze projecteert te zijn met haar benaming. 

Er is geen enkel groot dagblad dat gelooft dat Noord Korea democratisch is simpelweg omdat de officiële benaming van het land de Democratische Volksrepubliek van Korea is.

Het is de hoogste tijd dat de reguliere media in de VS deze logische naamgevings-regels ook toepassen op de Amerikaanse politiek. Er zijn verschillende inspanningen aan de gang om de Republikeinse Partij te doen ontwennen van haar verslaving aan Trump. Misschien kan een belangrijkere eerste stap het opnieuw opeisen van de term ‘conservatief’ zijn, zodat die in de VS verwijst naar een gelijkaardig waardensysteem dat de conservatieve partijen in Europa inspireert. Pas dan kan de Republikeinse Partij opnieuw de verdediger van de status quo worden -wat conservatief zijn effectief betekent- in plaats van zijn grootste sloopkogel.  

Dit artikel werd vertaald vanuit het Engels en verscheen eerder op Foreign Policy in Focus


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Thema

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.