Strategische uitdagingen voor het Sociaal Forum
10 minuten

In 2010 is er geen Wereld Sociaal Forum (WSF) voorzien. In de plaats zijn er zo'n 40 evenementen gepland over de wereld heen om de alterglobalistische beweging te verbreden, om over de crisis te discussiëren – gaat het om een economische en sociale crisis of een beschavingscrisis - en om de volgende wereldbijeenkomst voor te bereiden van februari 2011 in Dakar, Senegal.

Begin van het jaar was er een succesrijke bijeenkomst in Porto Alegre, in mei was er de Bijeenkomst der Volkeren in Cochabamba. De anti-kapitalistische en de ecologische bewegingen vonden er een nieuwe concensus in de slogan: Het kapitalisme is niet duurzaam. Diezelfde maand was er ook een sociaal forum in Mexico.

Eind juni had het tweede VS Sociaal Forum (USSF) plaats in Detroit. Dit was de terugkeer naar de goede oude dagen van de fora: een geweldig enthousiast publiek van 15.000 deelnemers, een motiverende openingsbetoging, een centrale locatie waar (bijna) alle seminaries doorgingen, waar er ruimte was voor ontmoetingen, eten, drinken. Het forum in Detroit was ook heel divers: inheemsen, blanke, zwarte, latino mannen en vrouwen. Actieve en levendige seminaries met vertaling waar nodig.

Het Europees Sociaal Forum (ESF) in Istanboel van een week later was eerder een anti-climax. De slotbetoging was een goede zaak, sommige seminaries ook en uiteraard was er kans om contacten te leggen. Maar het ESF gaat duidelijk achteruit. Na Firenze, Londen, Parijs, Athene en Malmö kan je niet anders dan besluiten dat de Europese activisten deze formule niet appreciëren. Er waren nauwelijks zo'n 2500 deelnemers in Istanboel, en verhoudingsgewijs zeer weinig Turken. De organisatie was ronduit slecht.

Laat me het VS Sociaal Forum en het Europees Sociaal Forum even van korter bij bekijken en zien welke conclusies daar kunnen uit getrokken worden voor de toekomstige strategie van het Wereld Sociaal Forum.

Detroit was verschillend

Ik bekijk hier vier punten die volgens mij het VS Sociaal Forum zo speciaal maakten.
Vooreerst is er de voorbereiding. Men bleef vasthouden aan de principes van de open ruimtes, maar wilde geen vrijblijvende open ruimte: het zoeken van de nodige partners werd grondig aangepakt. Men wilde de meest gemarginaliseerde groepen er zeker bij hebben: contacten, discussies, groepen die mekaar niet kenden. Het is deze houding van 'intentionaliteit' die dit forum tot een inclusief basisgebeuren heeft gemaakt met wederzijds vertrouwen onder de participanten.

Ten tweede werd de oude controverse tussen 'ruimte' en 'actie' (discussie over het WSF als ontmoetingsplaats of als actieplatform) opgelost via de 'vergaderingen van de volksbewegingen' die al lange tijd samen kwamen om het forum voor te bereiden. Zo'n 50 volksbeweginsvergaderingen hadden plaats – naast de zowat 1000 zelf-georganiseerde seminaries en werkgroepen - tijdens het forum zelf, met analyses en discussies maar ook met resoluties en actie-agenda's. De laatste dag van het forum werden vele van deze resoluties in het plenum ingebracht. De kracht van deze werkwijze ligt in het feit dat het forum dus eigenlijk een hoogtepunt is in een langer continu proces van praktijk en toekomstontwikkeling.

Ten derde waren de seminaries en werkgroepen zeer participatief en motiverend. Sprekers zaten in een cirkel met het publiek, niemand speechte langer dat 5 à 10 minuten, er waren culturele intermezzo's. De deelnemers werden constant uitgenodigd om tussen te komen. Diversiteit werd scrupuleus bewaakt.

Ten vierde werd er zwaar gewaakt over het vermijden van machtsrelaties tussen bewegingen en mensen. Elk idee werd collectief bediscussieerd en al dan niet aanvaard, niets werd automatisch afgewezen. De deelnemers werden serieus genomen, niemand zwaar aangepakt of vernederd: er was een grote bereidheid tot luisteren.

Crisis in het Europees Sociaal Forum

Zeker de laatste twee items vormden een probleem op de Europese editie.
Seminaries en panelgesprekken werden in Istanboel op de klassieke wijze georganiseerd met grote panels en voornamelijk mannelijke intervenanten die gedurende 15 à 20 minuten hun punt maken zodat het publiek anderhalf à twee uur moet zitten 'luisteren'. De participatie was daardoor uiterst beperkt. Er was geen aandacht voor diversiteit, de vertaling ontbrak meestal of gebeurde consecutief (wat de zaak trager maakt en langer doet uitlopen). De activiteiten waren bovendien geografisch verspreid, hoewel toch iets minder dan in Malmö (Zweden) in 2008.

De houding tegenover deelnemers was gebaseerd op het elkaar kennen, waarbij men meer aandacht kreeg om wie of wat men vertegenwoordigde dan om wat men in te brengen had. Dit vormde een heuse hindernis voor nieuwe ideeën en de kansen tot convergentie.

Er bleef een opdeling lopen volgens de lijn revolutionair-reformistisch. Vakbonden waren welkom maar werden dikwijls bestempeld als niet radicaal genoeg. Kritiek op de Europese Unie maakte teveel deel uit van een louter anti-unie concept of werd in een zwart-wit benadering gepresenteerd. Post- en anti-modernisten zitten tegenover modernisten waarbij iedereen opkomt voor sociale en ecologische rechtvaardigheid vanuit radicaal verschillende perspectieven. Hier moet meer systematisch gezocht worden naar verduidelijking en convergentie of we riskeren in een permanente blokkering verzeild te geraken. Open discussies zijn een absolute noodzaak.

Het ESF was vooral ook een top-down proces, georganiseerd door enkele linkse vakbonden en een kleine groep sociale bewegingen. Mensen die mekaar al langer kennen en hun eigen posities verdedigen in plaats van naar een proces van convergentie te zoeken, waar toch zoveel potentieel in zou kunnen zitten. Ik denk niet dat dit moedwillig zo opgezet werd, maar dat de visie ontbreekt om tot een nieuwe politieke cultuur en de broodnodige politieke convergentie te komen.

De verklaring van de slotassemblee van Istanboel roept op om op 29 september 2010 overal in Europa te mobiliseren tegen de soberheidspolitiek. Maar er was geen consensus om op te roepen tot massale deelname aan de betoging die de vakbonden die dag organiseren in Brussel. Dit is werkelijk een schande omdat enkel eengemaakte acties, en bijgevolg een zekere graad van compromisbereidheid, nodig zijn wanneer de sociale rechten worden bedreigd. Nu is er concurrentie ter linkerzijde in plaats van samenwerking, onderlinge krachtsverhoudingen lijken belangrijker dan de politieke inhoud. Kennelijk zijn heel wat links-radicalen zich niet bewust van de enorme machtserosie van de linkerzijde ten gevolge van de crisis. Samenwerking is broodnodig om te overleven.

En het WSF?

Alle verschillende tegenstellingen moeten dan ook nog verbonden worden met de doelstellingen van het Wereld Sociaal Forum. Volgens Chico Whitacker, een van de stichters van het WSF, zijn dat er drie: een nieuwe politieke cultuur creëren gebaseerd op respect en diversiteit; politieke macht geven aan de civiele samenleving; politieke actie en sociale strijd organiseren om het kapitalisme en neoliberalisme te kunnen vervangen.

De politieke relevantie van het WSF, zijn potentieel om nieuwe politieke inhoud te creëren, om belangrijke intellectuelen van over de wereld aan te trekken, om nieuwe alternatieven aan te bieden aan sociale bewegingen, en om de beginnende oppositie tegen het kapitalisme en neoliberalisme te vormen, vereisen dat het WSF constant zichzelf kan heruitvinden en erin slaagt een aantrekkelijk intellectueel kader te scheppen. Over de noodzaak van politieke actie en sociale strijd zullen we het wellicht snel eens zijn, maar laat ons de rijke diversiteit van deelnemers aan deze fora niet over het hoofd zien. 'Oud links' heeft niet de sterkste traditie in democratie, en het gevaar is groot dat nieuwe methodes over het hoofd worden gezien, of nieuwe manieren van denken bv. van de nieuwe sociale actoren die minder op concurrentie focussen en meer op samenwerking.

Dit laatste punt helpt het verschil tussen de fora in Europa en de VS te verduidelijken. Het ESF is meer gericht op inhoud en actie, het USSF is sterker in methode en politieke cultuur.

De crisis van links

De moeilijkheid voor het Sociaal Forum en de sociale bewegingen in het algemeen om hun strategie te herdefiniëren en politieke relevantie te herwinnen, is nauw verbonden met de crisis van links op vele plaatsen in de wereld, en zeker in Europa. Deze crisis betreft niet uitsluitend de ideologische verschillen, maar ook de ecologische crisis die een belangrijke discussie op gang heeft gebracht over moderniteit. Links is een product van die moderniteit, en dus zijn beiden erg verbonden: wat wordt bedoeld met de term moderniteit, wat willen we of moeten we verwerpen, wat willen of moeten we behouden? Kunnen de problemen opgelost worden via een marxistische analyse van de ecologische crisis? In de wereld zijn er nu heel wat discussies over een 'beschavingscrisis', over 'verwesterlijking', ontwikkeling, groei, mensenrechten, staten, etc..

Het debat over 'moderniteit' kan perfect binnen het Forum worden opgezet. Maar het zal wel enkele jaren vergen vooraleer we een soort gemeenschappelijk - of uiteenlopend – begrip verwerven, en voor we een idee hebben over hoe we van daaruit nieuwe strategieën kunnen ontwikkelen. Dergelijk debat zou goed passen in de zoektocht naar een nieuwe 'emancipatorische universaliteit' (een nieuw algemeen kader waarin de verschillende vormen van sociale strijd hun plaats kunnen vinden) zoals de Afrikaanse organisatoren van het WSF 2011 voorstellen. Alleen respect voor culturele en politieke eigenheden van alle sociale bewegingen kan leiden tot het bepalen van de nieuwe waarden voor de relatie ten opzichte van de natuur, en van de 'oude' waarden in een nieuwe vertaling.

Indien links wil overleven, zeker in Europa, heeft het een innovatieve benadering nodig om jonge mensen aan te trekken waarbij toegespitst wordt op rechten en democratie, nieuwe en gediversifieerde vormen van solidariteit op verschillende niveaus, en op een herdefiniëring van de doelen van de economie en de band met de sociale en politieke realiteit.

Besluit

Het WSF kan de Europese sociale bewegingen zeker helpen om hun problematiek een nieuw kader te geven, en de oude onderlinge tegenstellingen achter zich te laten die geen oplossing konden of kunnen brengen voor de hedendaagse problemen in de wereld. Dit wil helemaal niet zeggen dat ideologische perspectieven zouden moeten worden opgegeven, maar wel dat ze wellicht op een nieuwe, andere manier kunnen worden gekaderd. Het WSF kan ook de dynamiek van het USSF overnemen om beter te mobiliseren en basisbewegingen aan te trekken.

Het WSF is een weerspiegeling van de sociale bewegingen die er deel van uitmaken. In Europa hebben heel wat van deze bewegingen hun wortels in een socialistisch kader dat op de staat is gericht. De financiële en economische crisis heeft ervoor gezorgd dat verschillende bewegingen zijn teruggevallen op hun orthodoxe marxistische visie, zonder rekening te houden met haar gekende tekortkomingen of met de globale veranderingen en de nieuwe politieke actoren. 'Oud' links blijft een van de ruggengraten van het sociaal forum, maar is tegelijkertijd een van de belangrijkste hinderpalen om de tekortkomingen van het forum aan te pakken.

Het WSF in Dakar zou een middenweg moeten kunnen vinden tussen het Europees en het Sociaal Forum van de Verenigde Staten, door vooreerst de dynamieken van de Afrikaanse bewegingen te gebruiken, alsook de sterktes en capaciteiten van 'oud' links, en de innovatieve methode van het VS Forum. Dit is geen eenvoudige evenwichtsoefening en het is begrijpelijk dat de 'stichters' voorzichtig blijven spreken over 'open ruimte', 'civiele samenleving' en 'nieuwe politieke cultuur' zonder deze termen ooit te definiëren. Maar de moeilijkheden bij de bepaling van de grote thematische assen voor het volgend forum tonen aan hoe lastig het is om nieuwe onderwerpen in te brengen en om nieuwe visies te integreren.

Het weze duidelijk, het WSF kan het zich niet veroorloven 'oud' links te verliezen met zijn analyse-capaciteit en zijn kennis van het verleden. Maar om z'n politieke relevantie te behouden heeft het WSF een herdynamisering nodig. Enerzijds om de vaagheid uit te klaren rond begrippen als 'open ruimte' en 'civiele samenleving' en anderzijds om de concurrerende benaderingen van 'oud' links te overstijgen. Nieuwe agenda's met nieuwe discours zijn nodig.

Vandaag is het WSF een belangrijke 'middenveld'-beweging in de wereld. Het Forum staat voor de keuze: ofwel verder een groot aantal bewegingen samen brengen zonder inhoudelijke coherentie, ofwel proberen nieuwe manieren van denken te ontwikkelen in functie van nieuwe allianties. De eerste optie past perfect met de wil om een embryonale vorm te worden van een soort mondiale middenveld-vertegenwoordiging. De tweede optie moet kunnen organiseren rond inhoud en ideologische alternatieven die kunnen leiden tot gemeenschappelijke actieprogramma's. Beide keuzes hebben het potentieel om links te vernieuwen, maar de tweede benadering garandeert meer innovatie in termen van politieke cultuur. Het komt er dus op aan om een middenweg te vinden tussen het idee van de socialebewegings-assemblees en de 'open ruimte' benadering.

Chico Whitacker beschreef ooit het WSF als een “gemeenschappelijk goed voor de mensheid”. En dat is het zeker. Maar aangezien het niets meer is dan een instrument voor een transformatieve politieke actie, heeft het steeds nieuwe mensen nodig om dit instrument te moderniseren, om meer innovatie toe te laten, om vooruitgang te realiseren naar een andere, betere wereld.

Het Wereld Sociaal Forum van 2011 te Dakar in Senegal kan een groot succes worden dankzij de dynamiek en de inbreng van vele Afrikanen; Dakar kan de Europeanen leren discussiëren maar vooral leren luisteren en hen leiden naar nieuwe agenda's en discours. Dakar kan van het VS Sociaal Forum leren hoe de 'regels' van het WSF te combineren vallen met een meer politieke inhoud.

Francine Mestrum is politicologe en lid van de internationale raad van het Wereld Sociaal Forum. www.globalsocialjustice.com

Oorspronkelijke tekst, 'The US and the European Social Forum: Strategic challenges for the WSF', vertaald, ingekort en bewerkt door Georges Spriet.

Deze tekst met alle nuances en detail van de auteur vindt u op het Engelstalig gedeelte van http://www.vrede.be

Op ‘De Wereld Morgen’ werd een blog geopend over het WSF: www.dewereldmorgen.be/blogs/francine.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.