Image
Europese Defensie

Foto: David Plas, EDA (CC BY-SA 2.0)

Trump blaast nieuw leven in de idee van een onafhankelijke EU-defensie
Artikel
7 minuten

Een mogelijke overwinning van Donald Trump in de aankomende presidentsverkiezingen van de Verenigde Staten, doet de discussie over de wenselijkheid van een grotere militaire onafhankelijkheid van Europa, inclusief een EU-leger, opnieuw oplaaien in de EU-hoofdsteden. Over de noodzaak van verdere militarisering en een nucleaire afschrikking heerst consensus. 

Defensie is momenteel een nationale bevoegdheid binnen de EU en de Europese landen steunen op het decennia-oude engagement van de VS om hun veiligheid te garanderen binnen het kader van de trans-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO). Artikel 5 van het NAVO-handvest stelt dat een militaire aanval op één lidstaat wordt beschouwd als een aanval op alle leden, die door alle leden gezamenlijk zal worden beantwoord.  

Binnen Europa staan de transatlantisten al jarenlang tegenover de voorstanders van een meer onafhankelijke Europese Defensie. De mogelijke terugkeer op het mondiale politieke toneel van de onvoorspelbare Trump maakt de EU-leiders zenuwachtig en versterkt het kamp dat pleit voor een robuuste en onafhankelijke Europese militarisering. Trumps recente verklaring dat hij Rusland zou “aanmoedigen” om in essentie elk NAVO-land binnen te vallen dat niet voldoet aan de financiële verplichtingen tegenover het trans-Atlantisch bondgenootschap, katapulteerde de kwestie in de media-aandacht.  

Europees leger en nucleaire capaciteit

De idee van een onafhankelijke Europese veiligheidscapaciteit, en meer bepaald van een leger van de Europese Unie, is zeker niet nieuw. Al in het begin van de jaren 1950 werden daarover ballonnetjes opgelaten, maar de Koude Oorlog consolideerde een Europese veiligheidsdoctrine binnen de schoot van de NAVO en onder de nucleaire paraplu van de Verenigde Staten.

Tegelijk vormen de formele uitbreiding van de Europese militarisering en de militaire integratie binnen de EU, alsook de versterking van de Europese wapenindustrie, processen die zeker de afgelopen twee decennia volop aan de gang zijn. Met het Verdrag van Lissabon (2009) werden verschillende elementen van deze processen ook verdragsrechtelijk vastgelegd.    

Sinds de 9/11-aanslagen in de VS en de daaropvolgende lancering van de ‘wereldwijde oorlog tegen terreur’ (met de oorlogen in Irak en Afghanistan), dook de discussie over de noodzaak van een EU-leger opnieuw op. Tijdens de vorige passage van Trump als VS-president -toen hij eveneens enkele ‘controversiële’ uitspraken deed over de NAVO- vergaarde de idee ook prominente politieke steun. Zo verklaarden zowel de Franse president Macron als de toenmalige Duitse bondskanselier, Angela Merkel, expliciet dat ze voorstanders waren van een EU-leger.

In het licht van Trumps recente dreigementen gericht aan de Europese NAVO-bondgenoten is het dus niet verwonderlijk dat de mogelijke ontwikkeling van een Europees defensiebeleid dat minder of niet afhankelijk is van de VS, terug prominent opduikt als een alternatief om de Europese veiligheid te verzekeren. In de wandelgangen van de Europese instellingen en onder de geschrokken regeringsfunctionarissen in de EU-staten circuleren allerlei ideeën daaromtrent.

Duits debat over een Europese nucleaire capaciteit

In Duitsland is er de afgelopen week zelfs een hele polemiek ontstaan toen enkele politici lieten optekenen dat de EU gebaat zou zijn bij een eigen nucleair arsenaal. De bal ging aan het rollen na een opiniestuk van de Duitse minister van Financiën Christian Lindner (van de liberale Freie Demokratische Partei), met als titel: ‘Europa moet vasthouden aan een nucleaire afschrikking’.

Als er niet meer gerekend zou kunnen worden op de nucleaire afschrikking van de VS in het geval Trump president wordt, blijven het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk over als Europese kernmachten. Sinds Brexit is de Franse ‘force de frappe’ -die buiten de commandostructuur van de NAVO valt- het enige arsenaal binnen de EU. (Al liggen er in NAVO-verband nog steeds vooruitgeschoven kernbommen van de VS in vijf Europese landen, waaronder België). Niet toevallig tijdens de vorige ambtstermijn van Trump, liet de Franse president Emmanuel Macron verstaan dat hij openstaat voor gesprekken over een strategische autonomie rond collectieve Europese veiligheid en de rol die de Franse nucleaire afschrikking daarbij kan spelen.  

Het nucleair pleidooi van Lindner voor een eigen Europese nucleaire afschrikking die in eerste instantie steunt op zowel de Franse als Britse arsenalen, werd onmiddellijk bijgetreden door verschillende Duitse politici, waaronder de christendemocratische fractievoorzitter van de centrumrechtse Europese Volkspartij in het Europees Parlement, Manfred Weber, Europees parlementslid voor de Sociaaldemocratische Partij (SPD), Katarina Barley, en voormalig minister van Buitenlandse Zaken, Sigmar Gabriel (SPD), die zelfs opriep tot de uitbreiding van de nucleaire capaciteit in de EU. "Ik had nooit gedacht dat ik hierover zou moeten nadenken. Maar Europa heeft een geloofwaardige afschrikking nodig. Dit omvat een gemeenschappelijke nucleaire component ... idealiter samen met de Britten”, schreef Gabriel in een gastartikel voor het tijdschrift Stern.

Er volgde onmiddellijk scherpe kritiek, o.a. van de linkse leider Martin Schirdewan (Die Linke). Binnen de SPD reageerden zowel de Duitse minister van Defensie, Boris Pistorius, als parlementslid, Ralf Stegner, gepikeerd op het opiniestuk van partijgenoot Gabriel. Ralf Stegner, beschreef de drang naar gemeenschappelijke Europese of eigen Duitse kernwapens in de Tagesspiegel als een “uiterst gevaarlijke escalatie”. Pistorius zei op de publieke omroep ARD: “Er is geen reden om nu over de nucleaire paraplu te praten".

Duitsland is, net als België, een van de vijf gastlanden voor de VS-kernwapens die in NAVO-verband verspreid liggen in Europa. Hoewel het praktisch gezien totaal onrealistisch is voor de EU, laat staan voor Duitsland, om op korte termijn een kostelijke eigen nucleaire afschrikking te verwerven, toont het louter ontstaan van een openbaar debat over het onderwerp de militaristische logica waarin de Europese leiders vastgeroest zitten. Ook de reacties die de idee verwerpen wijzen daarop. Zo vindt Marie-Agnes Strack-Zimmermann, voorzitter van de Commissie Defensie in de Bundestag (Duits parlement) en partijgenoot van Lindner, dat een debat over een eigen Europese nucleaire macht nu nog niet aan de orde is, maar moet er prioritair geconcentreerd worden op “de uitbouw van een gemeenschappelijk Europees leger en cyberdefensie”.    

Een ander obstakel voor de uitbouw van een Europese nucleaire afschrikking is dat alle EU-leden het Verdrag inzake de non-proliferatie van kernwapens (NPV) ondertekend, wat meewerken aan de verspreiding of de ontwikkeling van deze moordtuigen in Europa illegaal maakt. Volgens haar officiële website is de EU nog steeds “vastbesloten om de integriteit van het [non-proliferatie]Verdrag te handhaven en te versterken”.  

Militarisering

De uitspraken van Trump noopten NAVO-secretaris-generaal Jens Stoltenberg te reageren. "Elke suggestie dat bondgenoten elkaar niet zullen verdedigen, ondermijnt de veiligheid van allen, inclusief die van de VS, en brengt Amerikaanse en Europese soldaten in verhoogd gevaar", aldus Stoltenberg. Verder probeerde hij gerust te stellen: "Ik verwacht dat de VS een sterke en toegewijde bondgenoot van de NAVO zal blijven, wie de presidentsverkiezingen ook wint."

De financiële verplichtingen van de NAVO-staten waaraan Trump refereerde, duidt op de afspraak die in 2014 op de top in Wales werd gemaakt door de leden om er binnen de 10 jaar -tegen dit jaar dus- naar te streven om het equivalent van 2% van hun bruto binnenlands product (BBP) te besteden aan defensie (lees militarisering). De 2%-richtlijn wordt door de NAVO zelf beschouwd als een belangrijke indicator van de politieke wil van individuele bondgenoten om bij te dragen aan de gemeenschappelijke defensie-inspanningen van het bondgenootschap.

In 2024 zullen naar verwachting 18 NAVO-leden ten minste 2% van hun BBP aan defensie besteden - een verzesvoudiging ten opzichte van 2014, toen slechts drie bondgenoten aan de richtlijn van 2% voldeden. In de afgelopen tien jaar hebben de NAVO-staten in Europa hun collectieve investeringen in defensie systematisch en versneld verhoogd - van 1,47% van hun gezamenlijke BBP in 2014 tot 2% in 2024, wanneer ze samen in totaal 380 miljard dollar zullen investeren in defensie. In nominale cijfers gaat het om ongeveer een verdubbeling van de militaire uitgaven op 10 jaar tijd!

Het hele huidige discours in de Europese media, ook de Belgische, dat Defensie dringend behoefte heeft aan een inhaalbeweging wegens te weinig investeringen is dus misleidend. Of het nu gaat om voorstanders van een sterkere positie van Europa binnen de NAVO of van een meer militair onafhankelijke EU, beide kampen zijn volledig vergroeid met de heersende logica van alsmaar verder voortschrijdende militarisering.

Deze militarisering wordt verteerbaar gemaakt voor het grote publiek en gestuwd dankzij een politiek discours van angst, dat als het erop aankomt alleen de zakken van de wapenindustrie vult. Zo zou het machtige en oorlogszuchtige Rusland zogenaamd op het punt staan om heel Europa aan te vallen. In werkelijkheid heeft een door oorlog verzwakt en onrustig Rusland daar totaal geen belang bij, noch interesse in. De militaire uitgaven van alleen de NAVO-leden in Europa liggen nu al meer dan vier maal hoger dan die van Rusland. Tellen we daar de militaire uitgaven van NAVO-bondgenoot de Verenigde Staten bij, dan liggen ze 14 maal hoger dan die van Rusland.

Er moet dringend uit de militariseringslogica gebroken worden. Meer wapens, en al zeker nucleaire wapens, maken Europa alleen maar onveiliger. Daarnaast slorpen ze enorme budgetten op die anders besteed zouden kunnen worden aan het verzekeren van menselijke veiligheid (o.a. sociaal-economsche veiligheid, klimaatveiligheid, enz.) en gemeenschappelijke regionale veiligheid, (gebaseerd op ontwapeningsakkoorden, consideratie voor de veiligheidsbekommernissen van buurlanden, enz.).


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Land

Basisinfo

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.