Image
1 mei

01/05/2025, Gent; B. Willemot

Gemeenschappelijke veiligheid: actueler en noodzakelijker dan ooit
Artikel
9 minuten

Hoe veiligheid gezien en gedefinieerd wordt, is enorm belangrijk want het bepaalt mee welk beleid die veiligheid moet garanderen. Militaire veiligheid, (nucleaire) afschrikking en militarisering vormen het dominante veiligheidsconcept in de huidige multipolaire wereld. Er zijn echter alternatieve paradigma’s, zoals menselijke veiligheid en gemeenschappelijke veiligheid.

Bijna 50 jaar geleden, te midden van de Koude Oorlog, tekenden 33 toenmalige staten uit Oost- en West-Europa plus de VS en Canada, in het kader van de Conferentie over Veiligheid en Samenwerking in Europa (CVSE), de Slotakte van Helsinki, dat het fundament legde voor een breed en vernieuwend veiligheidsconcept. De Slotakte had tot doel de spanningen tussen de twee ideologische blokken te verminderen via diplomatie, wederzijds respect, en multilaterale afspraken. De betrokken staten erkenden dat veiligheid ondeelbaar is en dus verbonden aan de veiligheid van anderen. In de slotakte benadrukten ze ook het belang van mensenrechten, sociaal welzijn, economische ontwikkeling en milieubescherming om te komen tot duurzame vrede. Verder beloofden de staten om af te zien van het gebruik van geweld bij onderlinge disputen, respect op te brengen voor de bestaande grenzen en te werken aan “algemene en volledige ontwapening” binnen een klimaat van vertrouwen.

De these dat veiligheid ondeelbaar is, werd van 1980 tot 1982 verder uitgediept door de Onafhankelijke Commissie voor Ontwapening en Veiligheidskwesties onder het voorzitterschap van de later doodgeschoten Zweedse premier Olof Palme. Toen de commissie zijn conclusies uitbracht in een rapport getiteld ‘Gemeenschappelijke veiligheid: een programma voor ontwapening’, beheerste het beangstigende vooruitzicht van een kernoorlog de internationale agenda. Het rapport legde de gruwelijke gevolgen van een nucleair conflict bloot en ontmaskerde de foutieve veronderstelling dat nucleaire afschrikking veiligheid biedt. Als alternatief voor de nucleaire en conventionele wapenwedloop ontwikkelde de commissie het concept gemeenschappelijke veiligheid. Het centrale uitgangspunt was het idee dat naties en bevolkingen zich alleen veilig kunnen voelen als hun tegenhangers zich veilig voelen: “Staten kunnen niet langer veiligheid zoeken ten koste van elkaar. Ze moeten veiligheid vinden in samenwerking”. Het concept menselijke veiligheid was gebaseerd op een aantal basisprincipes, onder meer dat alle naties recht hebben op veiligheid, dat geweld geen legitiem instrument is om geschillen tussen naties op te lossen, en dat reducties en kwalitatieve beperkingen van bewapening noodzakelijk zijn.

Het rapport van de Palme-commissie speelde een belangrijke rol op vlak van ontwapening. Het bevatte verschillende aanbevelingen voor ontwapeningsakkoorden die nadien ook geheel of gedeeltelijk zijn afgesloten zoals, het verdrag over de vermindering van strategische nucleaire wapens (START), het verdrag voor de uitbanning van alle middellange afstandsraketten in Europa (verwerkt in het INF-akkoord in 1987 tussen de Sovjet-Unie en de VS, maar waaruit Washington zich in augustus 2019 terugtrok) en een verbod op kernproeven (het in 1996 afgesloten CTBT dat evenwel nog niet van kracht is). De commissie stelde ook -vergeefs- de instelling van een kernwapenvrije zone in Europa voor.

Hoewel zowel de Slotakte van Helsinki als de Palme-commissie veiligheid breed definieerden, legden ze de focus van het veiligheidsdebat op de ontspanningspolitiek tussen Oost en West tijdens de Koude Oorlog. Na het wegvallen van de rivaliteit tussen de twee grote ideologische blokken kwam er ruimte voor een groeiende aandacht voor gewelddadige conflicten buiten Europa. De schuldenlast en dalende grondstoffenprijzen zetten het mes op de keel van de armste bevolkingsgroepen. In het zog van de armoede groeide een meedogenloze strijd om schaarse middelen tussen rivaliserende groepen vooral in gebieden waar staatsstructuren zeer zwak waren.

Het ‘nieuwe’ geweld uitte zich in burgeroorlogen met als kenmerk dat ze zich voordoen in regio’s met een lage ‘menselijke ontwikkelingsindex’ (HDI – een samengestelde parameter van de graad van gezondheidszorg, onderwijs en per capita inkomen). In 1994 gaf het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) het debat over veiligheid een nieuwe impuls met een rapport waarin het concept ‘menselijke veiligheid’ uitgewerkt wordt. Het uitgangspunt: “De wereld zal pas vrede kennen als het dagelijks leven van de mensen veilig is”. Volgens het rapport ligt de juiste referentie voor veiligheid eerder op menselijk dan op nationaal/militair niveau, en mensen zijn pas echt veilig als ze vrij zijn van angst, honger, onderdrukking en uitzichtloosheid. Het UNDP-rapport ziet zeven dimensies van veiligheid: economische, voedsel-, gezondheids-, milieu-, persoonlijke, gemeenschaps- en politieke veiligheid. “Menselijke veiligheid gaat niet over wapens - het gaat over menselijk leven en menselijke waardigheid.”

Anno 2025, lijken ideeën als menselijke en gemeenschappelijke veiligheid actueler en noodzakelijker dan ooit. De internationale orde staat vandaag voor enorme uitdagingen. De mensheid wordt niet alleen geconfronteerd met de existentiële dreiging van een kernoorlog, maar ook van een klimaatcrisis, verergerd door een giftige mix van grote sociaal-economische ongelijkheid, oorlogen, extremisme, nationalisme, gendergeweld en een krimpende democratische ruimte. Hoe de mensheid op deze bedreigingen reageert, zal bepalend zijn voor ons voortbestaan. Kiezen we voor een bestaan dat gebaseerd is op confrontatie en agressie of een bestaan dat geworteld is in een transformatieve vredesagenda en gemeenschappelijke veiligheid?

Kwakkelende mondiale orde

Ten tijde van het Palme-rapport vormden kernwapens de gevaarlijkste en dodelijkste dreiging in de wereld. Helaas is de dreiging van een kernoorlog vandaag nog steeds onverminderd aanwezig en zelfs groter dan ooit. Nucleaire wetenschappers hebben de wijzers van de Doomsday Clock dit jaar immers op 89 seconden voor middernacht gezet: de mensheid was nog nooit zo dicht bij een zelf gecreëerde mondiale catastrofe.

Er zijn nog steeds 12.331 kernkoppen in de wereld en alle negen kernwapenstaten zijn volop bezig met de modernisering -en sommigen zelfs uitbreiding- van hun arsenalen. Duizenden van deze wapens staan klaar om in een oogwenk gebruikt te worden en zijn veel krachtiger dan de kernkoppen die op Hiroshima en Nagasaki werden gedropt in 1945 (met meer dan 300.000 doden tot gevolg). Massale investeringen in snellere, dodelijkere kernwapens, gekoppeld aan toenemende spanningen tussen nucleair bewapende staten, creëren een gevaarlijke combinatie voor conflicten.

Terwijl de internationale omgeving veranderd is sinds de val van het Oostblok en het einde van de Koude Oorlog, gaat de strategische concurrentie en de machtsstrijd tussen landen onverminderd door, nu in een multipolaire wereld. Regionale conflicten en noodsituaties hebben vaker een weerslag op de mondiale arena en de huidige geopolitieke confrontaties worden op vele fronten uitgevochten. De zogenaamde ‘hybride oorlogsvoering’ omvat economie, handel, politieke filosofie, democratische principes, technologie en militaire macht. Het gebruik van desinformatie, proxy-groepen en cyberaanvallen vervaagt de grens tussen strijders en burgers en zaait wantrouwen tussen naties en volkeren. In een (in toenemende mate) multipolaire wereld hebben regionale conflicten en noodsituaties bovendien vaak een weerslag op de mondiale arena.

Grenzen zijn verlegd en allianties zijn verschoven, maar conflicten en geweld blijven constant. Volgens het 'Heidelberg Institute for International Conflict Research', waren er in 2023 zo’n 220 gewelddadige conflicten en steeg het aantal grootschalige oorlogen tussen 2022 en 2023 van 20 naar 22.  In Europa woedt een verwoestende oorlog sinds Rusland Oekraïne binnenviel in februari 2022, in het Midden-Oosten richt Israël al 19 maanden een ware genocide aan op de Palestijnen in Gaza, en ook in landen als de Democratische Republiek Congo, Soedan, Myanmar, enz. worden mensen nog steeds geteisterd door onophoudelijke gewelddadige conflicten.

Het respect voor de basisprincipes van het internationaal humanitair recht wordt daarbij steeds meer bedreigd, zoals duidelijk blijkt uit de oorlogen van de 21e eeuw (Israël/Palestina, Irak, Afghanistan, Jemen, Syrië, Oekraïne, enz). Het aantal burgerslachtoffers is groot; explosieve wapens worden gebruikt in dichtbevolkte gebieden; scholen, ziekenhuizen en vitale civiele infrastructuur, zoals water- en energievoorzieningen, worden bewust geviseerd, enz.

Daarnaast wordt het gezag van- en het vertrouwen in de Verenigde Naties als het belangrijkste mondiale bestuursorgaan steeds meer ondermijnd en op de proef gesteld. Parallel daarmee heeft de trans-Atlantische Verdragsorganisatie (NAVO) -het westers militair bondgenootschap dat voornamelijk fungeert als vehikel voor de geopolitieke en economische belangen van de VS- zich opgeworpen als de mondiale ‘veiligheidsbewaker’. Militarisme is volgens de NAVO echter het standaardantwoord op alle mondiale problemen en crisissen. Onder impuls van deze organisatie lijkt het concept diplomatie uit het westers vocabularium te zijn verdwenen, zoals duidelijk is gebleken uit de langdurige trans-Atlantische weigering om ernstige diplomatieke initiatieven te nemen om een uitweg te zoeken uit het bloedige Oekraïense oorlogsmoeras. (Dat VS-president Donald Trump daar nu wel pogingen toe lijkt te ondernemen, doet niets af aan die vaststelling.)

De NAVO is een destabiliserend orgaan dat naar eigen goeddunken, ver buiten het grondgebied van de lidstaten, militair intervenieert en daarbij de VN omzeilt en het internationaal recht schendt. De organisatie is bovendien uitgegroeid tot dé drijvende kracht achter de militarisering van de internationale relaties. De opeenvolgende oostwaartse uitbreidingen van de NAVO kunnen gezien worden als een inbreuk op het principe van gemeenschappelijke veiligheid, dat er rekening wordt gehouden met ieders veiligheidsbezorgdheden. Een opschuivende militaire alliantie richting grens van een gedeclameerde tegenstander, zorgt daar immers onvermijdelijk voor een perceptie van onveiligheid. In 2023 jaar gaf toenmalig NAVO-secretaris-generaal Stoltenberg voor het Europees Parlement zelf toe dat Rusland ten oorlog trok om “de NAVO, meer NAVO, dicht bij zijn grenzen” te voorkomen. (Dat legitimeert op geen enkele manier de illegale Russische invasie van Oekraïne, maar het legt wel de roekeloze ‘provocaties’ van de NAVO bloot.)

De vijandigheid tegenover landen die de NAVO consequent bestempelt als “systemische rivalen”, met name Rusland en China, heeft een gevaarlijke (ook nucleaire) wapenwedloop aangewakkerd. Daarnaast is de NAVO, met zijn dwingende push voor steeds grotere militaire uitgaven, de belangrijkste motor van de militarisering in Europa. (De 32 NAVO-lidstaten waren in 2024 samen goed voor 55% van de wereldwijde militaire uitgaven).

De economische en sociale last van militaire uitgaven was reeds een centraal aandachtspunt van de Commissie Palme. Vandaag blijven deze uitgaven cruciale middelen onttrekken aan sociale en milieu-investeringen. Volgens het 'Stockholm International Peace Research Institute' (SIPRI) zijn de wereldwijde militaire uitgaven onafgebroken toegenomen sinds de jaren 1990. In 2024 waren de militaire uitgaven in de wereld opgelopen tot een recordbedrag van 2718 miljard dollar - een toename van 9,4% ten opzichte van 2023. De kosten van het heersende militarisme -dat gevoed wordt door bedrijfsbelangen- staan in schril contrast met het tekort aan geld om sociaaleconomische en andere problemen aan te pakken. Dit leidt tot een vicieuze cirkel: geld uitgeven aan wapens in plaats van aan mensen, vergroot de ongelijkheid en wakkert angst en verdeeldheid aan, waardoor nog meer militaire middelen nodig zijn.

Besluit

Nucleaire en militaire afschrikkingsstrategieën, stijgende militaire uitgaven en voortdurende militarisering (ook van de geesten) zijn er niet in geslaagd om vrede en stabiliteit te bereiken. Integendeel. Onze internationale systemen en structuren -die nodig zijn om veiligheid te bieden, armoede en ongelijkheid te bestrijden en menselijk lijden te voorkomen- zijn ontoereikend en worden vaak genegeerd of geschonden.

Het is daarom hoog tijd voor een herziening en vernieuwing van de kwakkelende mondiale orde, met als leidraad menselijke en gemeenschappelijke veiligheid. Om deze concepten levensvatbaar te maken, moet er allereerst worden afgezien van de idee dat militarisme en militarisering dé oplossingen bieden voor wereldwijde geschillen en crisissen. De rol van het ‘militair-industrieel complex’ moet dringend worden ingeperkt. Hoewel alle winsten en rijkdom die voortkomen uit oorlog en destructie moreel verwerpelijk zijn, moeten regeringen er op zijn minst voor zorgen dat militaire uitgaven niet langer een zichzelf in stand houdende en zichzelf reproducerende macht over de politieke besluitvorming hebben. Verder is het opbouwen van vertrouwen tussen naties en volkeren fundamenteel voor een vreedzaam en duurzaam menselijk bestaan.

Voortbouwend op de principes vastgelegd door de Palme-commissie in 1982, kunnen we daarbij een aantal stelregels naar voor schuiven:

   1. Alle naties en volkeren hebben recht op menselijke veiligheid: vrij zijn van angst 
en vrij zijn van armoede of gebrek.
   2. Vertrouwen opbouwen tussen naties en volkeren is van fundamenteel belang voor 
een vreedzaam en duurzaam menselijk bestaan.
   3. Er kan geen sprake zijn van gemeenschappelijke veiligheid zonder nucleaire ontwapening, sterke beperkingen op conventionele wapens en verminderde militaire uitgaven.
   4. Mondiale en regionale samenwerking, multilateralisme en de rechtsstaat zijn cruciaal om veel van de uitdagingen in de wereld aan te pakken.
   5. Dialoog, conflictpreventie en vertrouwenwekkende maatregelen moeten agressie en militair geweld vervangen als middel om geschillen op te lossen.
   6. Betere regelgeving, internationaal recht en verantwoordelijk bestuur moeten ook 
worden uitgebreid naar nieuwe militaire technologieën, met name cyberspace, de ruimte en artificiële intelligentie.

Ten slotte nog dit: als we er niet in slagen onze multilaterale systemen te repareren, zullen we ook falen in onze strijd tegen de klimaatcrisis, die alleen kan worden aangepakt door op mondiaal niveau samen te werken.

 

 


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Land

Campagne

Meer wapens maken de wereld gevaarlijker! Stop de groei van de militaire uitgaven en de militarisering van onze samenleving!

Basisinfo

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.