De herhaalde Israëlische luchtaanvallen op het vluchtelingenkamp Jabalia in Gaza gaan mijn begrip te boven. Al minstens 10 van de afgelopen 40 dagen regenen raketten neer op het meest dichtbevolkte vluchtelingenkamp in heel Gaza. En het zijn niet alleen de dagen, het zijn ook de nachten. De bombardementen vinden plaats in het donker, wanneer de stroom is uitgeschakeld en het enige licht de brandende vuren zijn. Het gebeurt wanneer het internet wordt afgesloten, wanneer de journalisten worden doodgeschoten om de misdaden -het verbranden van kinderen- te kunnen verbergen.
Ik heb een lange geschiedenis en een sterke band met de mensen in dit kamp. Mijn vrienden, voormalige collega's, patiënten en mensen die ik al tientallen jaren ken via mijn werk als arts in het Al-Awda ziekenhuis in Gaza, wonen in dit kamp. De kinderen die er opgroeiden en naar de bibliotheek kwamen die ik in Jabalia heb opgericht, zijn nu jonge mannen en vrouwen, die hun eigen kinderen hebben, hun eigen gezinnen. Mijn prachtige buren, vrienden en patiënten wonen er. Zij zijn geen bloedverwanten, maar wel mijn familie. Ze vormen generatie na generatie van vluchtelingengezinnen die leven in een van de meest overbevolkte plaatsen op aarde.
Na het recentste bloedbad, kan ik geen van hen bereiken.
Ik zie diezelfde gezinnen in de video die ik kreeg toegestuurd, waarin mijn buren kinderen vanonder het puin halen. Ik zie ze in mijn herinneringen, toen we leefden en het moeilijk hadden onder een dubbele bezetting, onder de Israëlische bombardementen en apartheid. Ik hoor hoe het klinkt wanneer vrouwen en kinderen -de overgrote meerderheid van degenen die in Jabalia wonen en er gewond geraken of gedood worden- in de nasleep van de bombardementen schreeuwen van angst en rouw. Ze worden wakker om opnieuw te schreeuwen en te rouwen. Ik kan de chemicaliën proeven, het vergif dat uren en dagen na deze willekeurige explosies in de lucht blijft hangen. Ik kan de scherpe geur ruiken van de witte fosfor die Israël inzet in Gaza en aankoekt op de muren van brandende gebouwen en lichamen. Ik voel de collectieve honger: naar voedsel en naar gerechtigheid en dat het allemaal stopt.
Ik ben nu echter in Caïro en het is zo moeilijk en schrijnend om elke dag meer verschrikkelijk nieuws te horen, nieuws over mijn dierbaren die gedood zijn door deze misdadige bezetting, door deze oorlogsmisdaden waar Israëlische functionarissen over opscheppen. Ze pochen dat er geen gebouwen meer over zullen zijn in Gaza, dat we een "stad van tenten" zullen zijn.
Ik was altijd thuis, in Gaza, tijdens eerdere Israëlische bombardementen, die zo vaak gebruik maken van vliegtuigen en raketten van de Verenigde Staten, gegeven als ‘hulp’. Dergelijke ‘hulp’ is het tegenovergestelde van de hulp die ik nu koop met mijn organisatie de ‘Middle East Children’s Alliance’. Het voedsel, de medicijnen en zelfs speelgoed voor kinderen die zo ongelofelijk veel verloren hebben. We verzamelen geld om deze goederen te kopen en van zodra we kunnen te leveren aan de kinderen en gezinnen in Gaza.
Ik ben zo verschrikkelijke bedroefd. Maar het is niet alleen verdriet dat ik voel. Het is ook woede. Hoe voed ik een kind dat niet wil eten van pure angst? Hoe geef je speelgoed aan een kind dat niet wil spelen, dat de hemel afspeurt naar wat het weet dat zal komen?
Ik ben woedend over de voortdurende, meedogenloze bombardementen van Israël, die duizenden mensen doden, van pasgeboren baby's tot grootvaders. Wat er nu gebeurt in Gaza is een genocide. De mensen die niet door Israëlische bommen zijn gedood, sterven langzaam door gebrek aan medicijnen, voedsel en water.
Ik rouw elke dag om steeds meer van mijn dierbaren, zowel familie als vrienden, en ik vraag me af wie de volgende zal zijn. Vorige week werd een van mijn beste vrienden gedood in Jabalia. We waren al meer dan 35 jaar bevriend, sinds we samenwerkten tijdens de eerste intifada in 1987. Voordien was het mijn eigen familie. Mijn broer spreekt in de video die ik kreeg over onze familieleden die een paar weken geleden gedood werden. Dit is ons verhaal en het is de tragedie van elke familie in Gaza. Meer dan één op de tweehonderd Palestijnen in Gaza is de afgelopen 40 dagen gedood.
Ik heb mijn brieven aan supporters en vrienden van over de hele wereld altijd afgesloten met de woorden: “From Gaza with Love” (Vanuit Gaza met liefde). Maar vandaag schrijf ik met een woede die geen enkele moeder zou mogen kennen, een woede vanuit wanhoop en ongeloof over wat toegestaan wordt te gebeuren. Ik voel nog steeds liefde voor iedereen in Palestina, en voor mensen die onze gezamenlijke strijd steunen en solidair zijn. Maar alsjeblieft, onderneem actie! En doe dan nog meer! We moeten deze genocide stoppen!
Wil je meer te weten komen over hoe jij actie kan ondernemen voor een staakt-het-vuren in Gaza? Kom dan op dinsdagavond 21 november naar onze Vredesacademie 'Solidair met de Palestijnen'.
- Locatie: De Expeditie, Dok Noord 4F, 9000 Gent
- Aanvang: 20u (deuren 19u30)
- De Vredesacademie is gratis, maar gelieve in te schrijven via bastien@vrede.be