De relaties tussen de NAVO en Rusland zijn onderhevig aan groeiende spanningen vooral met betrekking tot de situatie in en rond Oekraïne. Op 12 januari vindt een ontmoeting plaats van de NAVO-Rusland Raad.
Volgens de NAVO dreigt een Russische invasie van het land nadat Moskou massaal troepen heeft ontplooid aan de grens met Oekraïne. Rusland van zijn kant beschuldigt de NAVO-staten ervan de veiligheid van Rusland te ondermijnen met verdere uitbreidingen van haar territorium richting Oost-Europa en het opvoeren van militaire steun aan Oekraïne.
Sinds enkele weken en vooral de jongste dagen is er druk diplomatiek overleg tussen de VS en Rusland in een poging om de situatie te ontmijnen. Op dit ogenblik lijkt geen van beide kampen tot toegevingen geneigd. Op 12 januari vindt een ontmoeting plaats van de NAVO-Rusland Raad. Rusland streeft naar duidelijke veiligheidsgaranties met zowel de NAVO-lidstaten en met de VS afzonderlijk. Midden december 2021 legde de onderminister van Buitenlandse Zaken, Sergei Ryabkov, daarvoor twee ontwerpteksten op tafel. De eerste overeenkomst met de NAVO-lidstaten zou er moeten voor zorgen dat de veiligheid van alle partijen wordt verzekerd, een tweede is een ontwerpverdrag met afspraken over wederzijdse veiligheidsgaranties tussen Rusland en de Verenigde Staten.
Hoewel de Britse krant The Guardian de inhoud ervan afdoet als “agressieve voorstellen”, vormen de meeste punten ervan een kans voor een politieke uitweg uit de impasse. Zo opent de Russische ontwerpovereenkomst met de NAVO-lidstaten met: “de partijen laten zich in hun betrekkingen leiden door de beginselen van samenwerking, gelijke en ondeelbare veiligheid. Zij versterken hun veiligheid niet individueel, binnen internationale organisaties, militaire allianties of coalities ten koste van de veiligheid van andere Partijen.” Ook stelt Rusland voor om mechanismen te ontwikkelen voor “dringende bilaterale en multilaterale consultaties”.
Struikelblokken
Een belangrijk struikelblok is de passage waarin de NAVO zich er zou toe moeten engageren om af te zien van verdere uitbreidingen met nieuwe lidstaten. In de aanloop naar de Duitse hereniging van oktober 1990 zijn door verschillende politieke leiders in de VS, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk beloftes gedaan dat de NAVO niet oostwaarts zou opschuiven. In de woorden van voormalig VS-minister van Buitenlandse Zaken James Baker: “We begrijpen dat het niet alleen voor de Sovjet-Unie maar ook voor andere Europese landen belangrijk is om garanties te krijgen dat de Verenigde Staten (…) geen ‘inch’ van de huidige militaire jurisdictie van de NAVO zal uitbreiden in oostelijke richting.” De NAVO ontkent dat die beloftes zijn gedaan, maar uit 30 officiële documenten, gepubliceerd op de website van het Nationaal Veiligheidsarchief van de George Washington Universiteit, blijkt het tegendeel.
In Atlantische kringen was men zich zeer bewust van het feit dat een NAVO-uitbreiding naar het oosten een gevoelig thema was. Vanaf 1997 volgden desondanks verschillende uitbreidingsrondes met opname van voormalig Warschaupactlanden en Sovjetrepublieken. Moskou protesteerde maar werd vooral boos omdat op de NAVO-top in Boekarest (2008) lidmaatschap van Oekraïne en Georgië in het vooruitzicht werd gesteld. Dat zou betekenen dat de NAVO een 3.200 km lange grens met Rusland zou delen. Voor Rusland is dat een Rode lijn. De NAVO reageert evenwel dat er niet kan getornd worden aan de ‘open deur’-politiek van de westerse alliantie en dat de betrokken landen het soeverein recht hebben om hun buitenlandse en veiligheidspolitiek te organiseren zoals zij dat wensen. Het valt te betwijfelen of de NAVO zelf het opschuiven van Russische veiligheidsgrenzen richting het Westen zou tolereren.
Hoe het ook zij, een mogelijke uitweg die alle partijen ten goede kan komen, zou er kunnen uit bestaan om Oekraïne een neutraal statuut toe te kennen, met ingebouwde veiligheidsgaranties voor alle partijen met inbegrip van Oekraïne zelf.
Een ander struikelblok zijn de militaire activiteiten in en rond Oekraïne. Dat land voelt zich bedreigd door de Russische troepenopbouw aan zijn grenzen en een mogelijke invasie. Omgekeerd voelt Rusland zich bedreigd door de opeenvolgende grootschalige militaire oefeningen in Oekraïne en de Zwarte Zee. Ook leverden NAVO-lidstaten voor miljarden aan wapens aan Oekraïne met inbegrip van pantservoertuigen, gewapende drones en marineschepen.
Het Russische voorstel biedt een uitweg daarvoor. “Om incidenten uit te sluiten, mogen de Russische Federatie en de Partijen die lid zijn van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie geen militaire oefeningen of andere militaire activiteiten uitvoeren boven het brigadeniveau in een zone van overeengekomen breedte en configuratie aan weerszijden van de grens van de Russische Federatie”, zo klinkt het. Dat principe zou dan in overeengekomen verificatiemechanismen kunnen worden uitgewerkt. Ook is het belangrijk dat er een herbevestiging komt van de Minsk 2 akkoorden zoals overeengekomen tussen Duitsland, Frankrijk, de Russische Federatie en Oekraïne met garanties dat ze eindelijk worden uitgevoerd. Die voorzien o.m. in het terugtrekken van zware wapens van de frontlijn ter hoogte van de opstandige regio’s Donetsk en Lugansk, het terugtrekken van alle buitenlandse gewapende troepen en huurlingen, een politieke oplossing die voorziet in meer autonomie voor de opstandige regio’s, het herstel van de Oekraïense controle over de buitenlandse grenzen en een staakt-het-vuren. Dat laatste is problematisch. De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking constateerde duizenden inbreuken vanwege beide kampen.
Ontwapeningsvoorstellen
Tot slot bevat het Russische voorstel ook een aantal ontwapeningsvoorstellen. Zo zouden alle partijen geen korte en middellange afstandsraketten mogen opstellen waarvan de reikwijdte andermans grondgebied kan raken. In het ontwerpverdrag met de VS vraagt Rusland ook dat de partijen er zich van onthouden om kernwapens op te stellen buiten hun nationale grondgebied en dat dergelijke wapens die al buiten hun nationale grondgebied zijn opgesteld terugkeren naar het land van oorsprong. De VS is het enige land met kernwapens op een ander grondgebied. Sinds de jaren ’60 staan er kernbommen van de VS opgesteld in België, Duitsland, Italië, Nederland en Turkije. Het is uitermate twijfelachtig dat de VS en de NAVO daaraan tegemoet willen komen, maar het sluit wel aan bij de eis van de vredesbeweging in de betrokken landen. De NAVO zou het voorstel kunnen aanvullen door voor te stellen om heel Europa kernwapenvrij te maken van Groot-Brittannië tot aan de Oeral met duidelijke verificatiemechanismen.
Net zoals tijdens de Koude Oorlog kan van de nood een deugd worden gemaakt en door een nieuwe ontspanningspolitiek te voeren. In plaats van de Russische voorstellen te verwerpen zou de NAVO ze als basis kunnen nemen om ze aan te vullen en bij te werken. Dat betekent wel dat de militaire organisatie afstapt van de idee dat veiligheid kan verkregen worden ten koste van Rusland. Een echte veiligheidspolitiek houdt rekening met de veiligheidsbelangen van de tegenpartij. Zo’n gemeenschappelijk veiligheidsstreven vormde de centrale doelstelling van de Slotakte van Helsinki uit 1975 waaruit de Organisatie van Veiligheid en Samenwerking is gegroeid en die de basis legde voor heel wat ontwapeningsakkoorden aan het eind en kort na de Koude Oorlog.