Image
Zuid-Afrika

Shutterstock.com

Operatie Dudula: basisdemocratie als een xenofoob wapen in Zuid-Afrika
Artikel
5 minuten

‘Actief burgerschap’ klinkt als een geweldig idee – maar ingezet tegen ongedocumenteerde migranten kan het moord in de hand werken.

Grassrootsdemocratie kan een instrument zijn om te bevrijden, maar kan ook gebruikt worden om te onderdrukken of als wapen tegen de kwetsbaren. Dat lijkt zo te zijn in het geval van Elvis Nyathi, die vorig jaar op 7 april gestenigd en verbrand werd toen een groep van ongeveer 30 mensen zijn identiteitspapieren en geld (dat hij niet had), opeiste.

Nyathi, een 43-jarige tuinman, was afkomstig uit Zimbabwe maar woonde in Zuid-Afrika, in Diepsloot. Dat is een overwegend zwarte volkswijk met ongeveer 140.000 inwoners aan de noordelijke rand van Johannesburg, berucht vanwege de hoge misdaadcijfers, de slechte publieke dienstverlening en de geldende wet van de meute. 

Er zijn aanwijzingen dat de mensen die Nyathi die avond in april zouden hebben vermoord, het niet alleen op hem gemunt hadden. Ze gingen van hut naar hut om documenten en geld te eisen. Dit was een praktijk ontwikkeld door Operatie Dudula, een burgerwacht tegen immigranten. Dudula had niet lang daarvoor ook buiten Diepsloot bekendheid verworven met zijn xenofobe vitriool tegen buitenlanders zonder papieren die volgens Dudula schuld hebben aan de stijgende criminaliteit en werkloosheid. De groep beweert dat het Zuid-Afrikaanse volk zelf in actie moet komen omdat de regering niets doet aan de wildgroei van 'illegale' buitenlanders.

Net zoals de westerse media de neiging hebben om de omvang van de migratie vanuit het Zuiden naar het Noorden te overdrijven, wordt ook het aantal migranten dat naar Zuid-Afrika -de economische grootmacht van Afrika- trekt, schromelijk overdreven. Het aantal migranten in het land bedraagt in feite minder dan 4 miljoen, of ongeveer 6,5% van de bevolking, wat vergelijkbaar is met internationale normen.

In tegenstelling tot wijlen Desmond Tutu's hoopvolle aspiraties voor een Zuid-Afrikaanse ‘Regenboognatie’ geassocieerd met mensenrechten en ubuntu -de collectivistische filosofie die stelt dat "ik alleen ben omdat wij zijn"- wordt Zuid-Afrika ook na de apartheid gekenmerkt door xenofoob en raciaal geweld, met name tegen immigranten.

De eerste grote incidenten met xenofoob geweld tegen immigranten in het democratische Zuid-Afrika doken op in 2008 in Alexandra, een arme arbeiderswijk van Johannesburg op een steenworp afstand van de ultrarijke voorstad Sandton City. Het geweld verspreidde zich naar verschillende delen van het land, met 62 doden, duizenden gewonden en tienduizenden ontheemden tot gevolg.

Het regerende Afrikaans Nationaal Congres (ANC), dat Zimbabwanen en andere politieke en economische migranten -waarvan velen al meer dan tien jaar legaal in het land wonen- zelf tot zondebok heeft gemaakt voor de tekortkomingen van de regering, ontkende dat er xenofobie achter het geweld zat en beweerde dat het louter om criminaliteit ging.

In werkelijkheid gaat het echter om rechts-populistische groeperingen die in feite de volksdemocratie als een wapen gebruiken tegen de meest kwetsbare migranten. De genocide in Rwanda heeft, net als andere gruweldaden, aangetoond dat als de leiders van een beweging zeggen dat zij hun gemeenschap willen ‘zuiveren’ van "slangen" of "kakkerlakken", deze taal kan worden gebruikt om raciaal, gender- en etnisch geweld te plegen.

Zuid-Afrika wordt nog altijd geplaagd door xenofoob en raciaal geweld, met name tegen immigranten.

In februari 2020 had de gemeenschap van Diepsloot actie gevoerd om de regering aan te manen de hoge misdaadcijfers op haar agenda te zetten. De minister van de Politie, Bheki Cele, beloofde in te grijpen, maar de volgende twee jaar bleef het probleem onopgelost. Begin april vorig jaar trok de gemeenschap de straat op om aan te klagen dat de week ervoor zeven mensen waren vermoord door een migrant zonder papieren. Er werd geëist dat de regering zou ingrijpen.

Cele trok naar de wijk en sprak de mensen voor de televisiecamera’s toe. Hij beloofde om meer politie te ontplooien in het gebied en om de volgende dag terug te keren met de minister van Binnenlandse Zaken die verantwoordelijk is voor het beleid rond immigranten. Verder adviseerde hij de gemeenschap op het recht niet in eigen handen te nemen. Ceke deed wat hij beloofd had en kwam de volgende dag terig met zijn collega. De heisa had ondertussen echter ook de aandacht getrokken van Dudula. Die avond nadat de ministers weer vertrokken waren werd Nyathi vermoord.

Dudula –dat letterlijk ‘dring terug’ of ‘bulldozer’ betekent in het isiZulu– had het vuur aangewakkerd: ontevreden bewoners van Diepsloot hadden geprotesteerd om het ingrijpen van de regering te versnellen, maar de toenmalige leider van Dudula, Nhlanhla ‘Lux’ Dlamini, had hen aangemoedigd om het heft in eigen handen te nemen. Het is niet mogelijk om te stellen dat een openbare toespraak het geweld heeft veroorzaakt, maar Dudula's anti-buitenlander-discours en acties creëren een sfeer van onveiligheid en geweld.

Dudula propageert expliciet het ‘actief burgerschap’, wat vaak wordt geassocieerd met grassroots participatie en basisdemocratie: het idee dat door de staat geïnitieerde interventies van bovenaf, moeten worden tegengegaan door benaderingen van onderaf, die zogenaamd dicht staan bij de behoeften van het volk. Maar deze benaderingen kunnen worden gebruikt door mensen met bijbedoelingen. Basisdemocratie kan een instrument zijn voor zowel een conservatieve politiek die de status quo in stand houdt, als voor bijvoorbeeld een marxistische politiek die een alternatief biedt voor het kapitalisme.

Ons onderzoek, gebaseerd op de anti-xenofobe en pan-Afrikaanse campagne ‘Kopanang Africa Against Xenophobia’ (KAAX), toont aan dat basisdemocratie een mechanisme kan zijn om de onderdrukten te bevrijden. Maar dit vereist dat we de drijvende krachten achter de opkomst van het rechtspopulisme begrijpen. Dat populisme vloeit doorgaans voort uit een gevoel van economische en sociale uitsluiting van de kapitalistische democratie, en uit de kunstmatige grenzen tussen Afrikaanse landen die gecreëerd zijn tijdens het kolonialisme.

Door de idee van internationale solidariteit te linken aan grassrootspolitiek en leiderschap in verarmde gemeenschappen, kunnen we misschien het gebruik van democratie als een wapen afstoppen en de dood van een volgende Elvis Nyathi voorkomen.

Dit artikel verscheen eerder op Opendemocracy.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.